Tekst Arno Marchand
Foto Marin-DND (boven)
Dutch Naval Design ontwikkelt innovaties die game changer kunnen zijn
Een marineschip is operationeel verouderd als het niet meer is opgewassen tegen de dreiging waarmee het schip in aanraking komt. Die situatie geldt voor het Commando Zeestrijdkrachten (CZSK) binnen nu en tien jaar voor vrijwel de hele vloot. Bijna alle schepen moeten worden vervangen. Maar innovaties bleven tot nu toe achter bij de wens van marine en de DMO. Daarom blies die laatste met Dutch Naval Design (DND) de ontwikkeling nieuw leven in.
‘Onze afdeling is gehalveerd, waarmee we veel kennis en kunde kwijtraakten’
Het innovatieproces begint volgens Michel Janssen, Hoofd Sectie Platformtechnolgie van de Afdeling Maritieme Systemen – Divisie Wapensystemen en Bedrijven, bij het verlangen van de marine tot vlootvernieuwing. “Tegelijkertijd hadden wij bij DMO het gevoel dat de innovatie achter bleef. Dat heeft een duidelijke reden. Toen Defensie onder minister Hillen 1 miljard moest bezuinigen, werd onze afdeling gehalveerd, waarmee we veel kennis en kunde kwijtraakten. Om dat op te vangen, sloten we een convenant af met het marinebouwcluster. Defensie, industrie en kennisinstituten zouden ieder een deel van de technologiegebieden voor zijn rekening nemen. Maar in de praktijk kwam er weinig van terecht. De partners keken steeds naar Defensie met de vraag ‘heb je daar ook geld voor?’ Omdat ‘nee’ steevast het antwoord was, kwam er niets van de grond en bloedde het dood.”
‘Innovaties die een game changer kunnen zijn’
Flex-ship
Maar wil Defensie innovatie bereiken, dan hebben de genoemde partijen elkaar simpelweg nodig. Daarom gaf DMO de samenwerking met bedrijfsleven en kennisinstituten anderhalf jaar geleden een nieuwe impuls met Dutch Naval Design. Janssen: “We zeggen als DMO niet dat we een bepaalde kant uit willen, maar we proberen gezamenlijk een selectie van ambities op te stellen. We gaan dus ook geen complete schepen ontwikkelen, maar wel innovaties die een game changer kunnen zijn. Als je steeds stappen zet die je integreert in opvolgende scheepsontwerpen, worden die schepen navenant beter. Zo moeten we uiteindelijk op een zogenoemd flex-ship uitkomen. Dat is een imaginair platform: het zal er – waarschijnlijk – nooit komen. Maar met alle verbeteringen die in nieuwe schepen worden verwerkt, komen we steeds dichter bij dat ultieme doel.”
Roadmaps
Om daar te komen, is er een hele weg te gaan. In de gezamenlijke visie van een flex-ship verwerkt DND zeven ontwikkelthema’s in roadmaps: missie en modelgebaseerd ontwerpen; bemanning en automatisering; slim onderhoud; verbeterde overlevingskansen; zelfstandig opereren; digitale representatie als tegenhanger van het daadwerkelijke product en proces en tot slot energie en mobiliteit.
“Die roadmaps willen we rond de jaarwisseling klaar hebben”, vervolgt Janssen. “Daarna presenteren we ze aan de stuurgroep van DND, voorgezeten door de Plaatsvervangend Commandant DMO, schout-bij-nacht Jan Willem Hartman. Vervolgens krijgen we hopelijk groen licht van de defensietop, zodat we ontwikkelingen kunnen financieren. Dan moeten er concrete voorstellen voor technische ontwikkeling en projecten uitrollen, zoals demonstrators of experimenten. Gaandeweg moeten er dan naast die roadmaps scheepsprojecten komen.”
Hoe kijken de DND-partners van DMO tegen de samenwerking aan? Lees het in onderstaande kaders.
‘We werken samen met partners met unieke kennis en innovatiekracht’
Joep Broekhuijsen van scheepsbouwer Damen Schelde Naval, vertegenwoordigt het Nederlandse marinebouwcluster binnen DND.
“Op initiatief van DMO kijken we naar technologieontwikkeling ten behoeve van toekomstige marineplatformen. Dat doen we samen met het ministerie van Economische Zaken, kennisinstellingen en vertegenwoordigers uit de industrie via het Nederlands Instituut voor Defensie en Veiligheid. Het doel is om meer focus aan te brengen en regie te voeren; zorgen dat er meer en sneller innovaties plaatsvinden dan tot nu toe.
We zitten met allemaal open vragen, maar we zien heel duidelijk dat het traditionele marineschip gaat veranderen. Dat komt door technologie die andere operaties mogelijk maken, maar diezelfde technologie verandert ook het dreigingsbeeld totaal.
De rol van Damen is vertegenwoordigend voor de bedrijvenkant die in het DND samenkomt. Het aandeel van de bedrijven kan heel groot zijn. De Nederlandse marinebouw is nog zelfscheppend en projecten zijn groot en veelzijdig. We bouwen schepen samen met een groot aantal partners die allemaal bijdragen met vaak unieke kennis en belangrijke innovatiekracht.”
‘We testen ook veel wat niet werkt – net zo belangrijk’
Jeroen de Jonge van de onafhankelijke onderzoeksorganisatie TNO, vertegenwoordigt binnen DND de kennisinstituten en onderwijsinstellingen.
“Traditionele ontwikkeling en aanbesteding is nogal proceduregebonden en daarmee traag. Het kost jaren. In DND beogen we die cyclus te versnellen. De vragen die we samen met Defensie hebben, zetten we uit in de markt. Misschien heeft iemand daarop al een antwoord bedacht dat we kunnen ombouwen om te gebruiken in een marineschip, zowel bestaand als toekomstig. Het is belangrijk om zowel snel toepasbaar – agile innovation – als planmatig te innoveren, want marineschepen worden voor dertig jaar ontworpen.
De rol van TNO daarin is meervoudig. Wij denken mee als schakel tussen DMO, universiteiten en industrie, maar werken ook exclusief voor de DMO. Wij vullen bijvoorbeeld het gat tussen wat hoogleraren bedenken – ‘het zou toch mogelijk moeten zijn om…’ – en de uitvoering. Wij kunnen dat concept vertalen naar een proefopstelling of een prototype en testen ook veel wat niet werkt. Dat is net zo belangrijk voor de marine.
Het is best een uitdaging, maar ook fantastisch om te doen, omdat je allemaal hetzelfde doel voor ogen hebt. Zoveel mogelijk innoveren en ontwerpprocessen versnellen, zodat de marine steeds de laatste stand van technologische innovaties kan integreren aan boord van haar marineschepen.”