Tekst Bert van Elk
Foto SGT Aaron Zwaal
Verhaal Holloway ontroert telkens weer
Een groepje militairen van 13 Infanteriebataljon Regiment Stoottroepen Prins Bernhard loopt door het Belgische Dreiherrenwald, pal op de grens met Duitsland. Ze torsen een houten kruis met betonnen voet met zich mee. Op de dwarsbalk staat ‘2nd lieutenant Lonnie O. Holloway jr.’. Het logo van de 99th Infantry Division en een kunststofplaat met een foto en een levensbeschrijving geven meer duidelijkheid. Op een voor een buitenstaander willekeurige plek graven de militairen het monument in.
Maar zo willekeurig is die plek niet. Exact daar sneuvelde op de eerste dag van het Ardennenoffensief, zaterdag 16 december 1944, luitenant Holloway. Dat het leven en sterven van deze Texaan aan de vergetelheid werd ontrukt, is te danken aan sergeant-majoor Marcel van Dijken, korporaal-1 Gerard Overweg en diens broer Johan.
‘Ik wilde er mijn mensen over vertellen’
Krijgshistorische voorbeelden voor vorming
Van Dijken, afkomstig van 13 Infanteriebataljon in Assen, werd in 2014 in Wezep CSM bij 101 CBRN Verdedigingscompagnie van 11 Pantsergeniebataljon. Daar leerde hij Gerard Overweg kennen. “Hij vertelde mij het verhaal van Holloway. Dat sprak mij zo aan dat ik mijn mensen erover wilde vertellen."
Het verhaal van Lonnie Holloway
In juni 1944 landen de Geallieerden in Normandië. Na de Slag bij Falaise vluchten de Duitsers naar de Siegfriedlinie met de Geallieerden op de hielen. Een Amerikaanse militair bij de Siegfriedlinie is 2e luitenant Holloway van het Weapons Platoon, Company K, 393rd Infantry Regiment, 99th Infantry Division.
Begin december 1944 arriveert hij met zijn eenheid in het Dreiherrenwald. Holloway is commandant van een ‘zware wapen’ peloton met 2 mitrailleurs en 3 mortieren. Deze bezet posities vlak achter de infanterie-eenheden aan het front om hen met de mortieren te ondersteunen.
De Duitsers houden het Ardennenoffensief goed geheim. In de ochtend van 16 december verrassen ze de Amerikaanse eenheden. Holloways peloton vuurt met de mortieren om de infanterie te helpen, maar de stelling wordt door de Duitsers overlopen. Holloway blijft tot het allerlaatst schieten om zijn positie behouden. De mortieren wijzen op een moment bijna loodrecht omhoog bij het vuren. De statieven van de stukken zijn verwijderd, omdat de elevatie van de loop te sterk is. Holloways mensen gebruiken dekens om de mortieren recht te houden. Aan het begin van de middag kruipt hij uit zijn schuttersput om bevelen te geven aan zijn mortieristen en wordt daarbij geraakt. Holloway sterft ter plekke en de posities van zijn peloton worden overlopen. De SS’ers vinden het lichaam van Holloway en gooien het in een put met lege mortierkisten. Het stoffelijk overschot van Holloway blijft daar liggen tot 1990 als 2 Belgische onderzoekers van het Missing in Action (MIA)-project het na veel onderzoek vinden.
Van Dijken vervolgt: "Ik gebruikte krijgshistorische voorbeelden voor hun vorming met de kernwoorden van de landmacht: moed, toewijding en veerkracht. In 2016 gingen we naar de Ardennen en gebruikte ik het verhaal van Holloway. Toen ik in 2017 terugging naar het 13e, dacht ik dat het daarmee ophield. Ik was geen CSM meer. Maar mijn bataljonsadjudant in Assen was ook geraakt door het verhaal en vond dat de staf naar de Ardennen moest om de locatie te bekijken waar het allemaal gebeurde.”
Jarenlang was onbekend waar Holloway is gesneuveld. Tot 2 Belgische onderzoekers, Jean Louis Seel en Jean Philip Speder, zijn stoffelijke resten, persoonlijke spullen zoals dogtags en een portefeuille met foto’s vonden. De stoffelijke resten werden naar Hawaï gestuurd voor DNA-identificatie. In 1991 werd Holloway met militaire eer begraven in het bijzijn van zijn zus Sarah en haar dochter Denise Holland in Fort Sam Houston in San Antonio, Texas.
‘Elke keer weer hoor je een speld vallen als Gerard het verhaal vertelt’
Armband Holloway
Maar daarmee is het verhaal over Holloway nog niet afgelopen. In 2011 vonden korporaal Overweg en zijn broer Johan in het Dreiherrenwald een gouden armband met daarop de naam L.O. Holloway. Via-via kregen ze contact met de familie van Holloway. Ze zeiden dat ze het sieraad wilden teruggeven aan de familie en het zouden opsturen, maar dat vond Denise Holland niet goed. Ze kwam in 2013 naar Europa om de armband in het Dreiherrenwald te ontvangen.
“Dat was zeer emotioneel. Vanaf dat moment is er contact met haar geweest”, vertelt Van Dijken. “Gerard en ik besloten dat er een monument moest komen. Ik ga 4 jaar voor het werk naar de VS en wilde het voor vertrek gerealiseerd hebben. Korporaal-1 Joost Rademaker van 101 Geniebataljon maakte het gedenkteken. We wilden de ceremonie klein houden, maar de bataljonscommandant van het 13e vond het een mooi initiatief en sponsorde ons. Het monument is namens het 13e geplaatst. Er waren mortieristen van de Alpha-, Bravo- en Charliecompagnie bij en 1 van de 2 Belgische vinders. Jean-Louis Seel heeft het monument samen met plaatsvervangend bataljonscommandant majoor Arthur Duursma onthuld.”
‘Ik ben tweemaal bij zijn graf geweest’
Het verhaal van Holloway raakt Van Dijken iedere keer weer. “In 2014 kreeg ik kippenvel over mijn hele lichaam en werd zelfs een beetje emotioneel. Als het mij zo raakt, raakt het ook anderen. Ik ben zo’n 20 keer op de locatie geweest en elke keer weer hoor je een speld vallen als Gerard het verhaal van Holloway vertelt. Vooraf hebben wij vaak contact met Denise Holland. Zij schrijft dan een persoonlijk briefje aan de (pelotons)commandant van de eenheid. Dat lees ik vervolgens voor en dan zie je de mensen slikken. Uit de feedback blijkt steeds weer dat mensen dit verhaal uniek vinden. Ik ben tweemaal bij het graf van Holloway geweest in San Antonio en heb daar een korte ceremonie gehouden. Het is fantastisch dat we dit nog voor hem kunnen doen, voor de familie en zo respect uitspreken voor hem. Hij is uiteindelijk gevallen voor onze vrijheid en vrede.”