Tekst RITM Arthur van Beveren
Foto SGT Aaron Zwaal

Coördinatie militaire inzet vanuit Amersfoort

Het Territoriaal Operatiecentrum (TOC) van de Koninklijke Landmacht coördineert de militaire bijstand en steunverlening aan civiele partners tijdens de coronacrisis. Het zenuwcentrum bestaat pas 2 maanden, maar moet meteen serieus aan de bak.

Vanaf 13 februari dit jaar is het TOC operationeel. Oorspronkelijk moest het operatiecentrum als eerste grote klus een groot Amerikaans militair transport door Nederland (voor de oefening Defender 20) in goede banen leiden. Toen duidelijk werd dat die exercitie niet doorging, werd de aandacht snel verlegd. Terwijl in Nederland de impact van het coronavirus in rap tempo groter werd en het TOC de eerste steunverzoeken binnenkreeg, coördineerde het tegelijkertijd de retourverplaatsing van 3 schepen vol Amerikaans materieel en honderden Amerikaanse en Britse militairen die al in Nederland aangekomen waren.

De commandant van het TOC kolonel Piet Hagenaars en de commandant van de medische sectie kolonel Jeroen Hulst ontvangen commandant Landstrijdkrachten luitenant-generaal Martin Wijnen in het TOC.

Werkwijze

Het TOC krijgt opdrachten binnen via het Crisis Actie Team (CAT) van de Directie Operaties in Den Haag. Daar wordt afgewogen of Defensie de aanvragen uit de samenleving wil, kan en mag uitvoeren. Is er capaciteit en is het juridisch mogelijk? Staan de lichten op groen, dan gaat het TOC concreet met zo’n opdracht aan de slag. Als het CAT heeft bepaald dat er beademingsapparatuur geleverd moet worden, regelt het TOC dat de machines goed werken en ook daadwerkelijk in de ziekenhuizen terechtkomen. Informatie over beschikbare aantallen mensen en materieel komen binnen vanuit het Actiecentrum Koninklijke Landmacht in Utrecht. De 3 organisaties wisselen hun informatie in een driehoeksverhouding uit.

Majoor Ciska praat haar collega’s van de Sectie Operaties bij in de opsroom van het Territoriaal Operatiecentrum.

Personeel

“De medewerkers van het TOC komen grotendeels van de staf CLAS, de brigades en van het Land Training Centre in Amersfoort. Maar ook andere krijgsmachtdelen dragen bij”, vertelt majoor Ciska van de Sectie 3. “We hadden nog niet eens een vaste ploeg, maar door de situatie hebben we snel kunnen opschalen.” Het proces van een opdracht binnenkrijgen, mensen zoeken, zorgen dat die de juiste informatie krijgen en dat verwoorden in een bevel, was niet nieuw voor het TOC. “Alleen ligt er nu veel meer druk op en gaat het om grote aantallen”, vervolgt de majoor. “De inzet spitst zich nu vooral toe op medisch personeel zodat de capaciteit in de ziekenhuizen kan worden uitgebreid. We leveren ook planners. Zij helpen civiele instanties die minder ervaring hebben met logistieke processen.”

TOC-commandant kolonel Hagenaars heeft regelmatig videocontact met zijn Regionaal Militair Commandanten (RMC’s).

Wat doet het TOC precies? Bekijk het in de animatie.

RMC’s

Voor TOC-commandant kolonel Piet Hagenaars zijn de Regionaal Militair Commandanten (RMC’s) en Regionaal Militair Operationeel Adviseurs (RMOA’s) de ogen en oren van het TOC in het land: “De plaatsvervangend commandant van elke landmachtbrigade voert de taak van RMC uit. Samen met de RMOA’s die als contactpersonen bij de veiligheidsregio’s rondlopen, zijn zij constant in overleg met brandweer, politie, GGD en burgemeesters om de bijstandsaanvragen van deze instanties uit te voeren. Een RMC bewaakt ook het mandaat van onze mensen en ziet erop toe dat zij het werk doen waar ze voor zijn neergezet.”