Herdenken
De afgelopen weken hebben we veel herdacht. In Nederland en in Normandië. We stonden stil bij hen die tijdens de Tweede Wereldoorlog grote offers brachten voor vrijheid. Dergelijke herdenkingen zijn niet alleen indrukwekkend. Ze confronteren ons ook met het waarom van een krijgsmacht. Als vrede en vrijheid in het geding komen, moet je bereid zijn hiervoor te vechten.
Het is onze plicht onze voorgangers te eren. Hen vergeten is geen optie, want dan zijn alle offers voor niets geweest. Vergeven is ook onderdeel van herdenken, want offers zijn alleen zinvol als we niet blijven hangen in haat, maar het vizier richten op de toekomst. Zo laten we zien geleerd te hebben van het verleden.
Het is dan ook goed om na al deze herdenkingen plotseling in Stadtallendorf te staan voor de integratie van 11 LMB in de Duitse Division Schnelle Kräfte (DSK). De commandant van de Duitse landmacht, generaal Kasdorf, en ik voelen het als onze plicht een andere krijgsmacht na te laten aan de volgende generaties. Een krijgsmacht waarin grenzen vervagen en samenwerken geen kreet is maar een werkwoord. Waar we schouder aan schouder bereid zijn het risico te delen, in de overtuiging dat we samen sterker zijn dan alleen. Wij zijn daar klaar voor.
Maar dat gaat niet vanzelf. Niet alleen moeten er soms emoties worden overwonnen, maar we moeten ook zaken regelen op het gebied van organisatie, regelgeving en commandovoering. Daar gaan wij uitkomen, want tijdens missies hebben we de afgelopen decennia niet anders gedaan. En daarmee schrijven wij historie. Dat moet ook, want als wij niet leren van de lessen uit het verleden gaat de geschiedenis zich herhalen. Daarom kun je veel beter zelf de geschiedenis sturen. Niet voor ons, maar vooral uit respect voor onze voorgangers. Opdat hun offers niet voor niets zijn geweest. Dat is pas echt herdenken.