06

Dit artikel hoort bij: Defensiekrant 38

Terugkijker

Tekst Leo de Rooij
Foto Diversen

Het is weer tijd voor een blik op de kalender. In de rubriek 'Terugkijker' richten we het vizier om de week op een gebeurtenis uit het verleden. Van militair-historische aard en gebeurtenissen waarbij Defensie betrokken was, maar ook situaties met globale impact. 

Om hiermee het ‘o ja’-gevoel op te roepen, maar ook omdat we in deze jachtige tijd gebeurtenissen vaak zo snel vergeten of het ons niet meer exact herinneren. In deze aflevering draait het om 1 oktober 1944, wanneer de Razzia van Putten plaatsvindt.

In het Gelderse Putten staat de bevolking ieder jaar begin oktober stil bij een dramatische gebeurtenis uit het verleden. In 1944 houdt de Duitse bezetter in het kleine Veluwse dorp een razzia, waarbij vrijwel de gehele mannelijke beroepsbevolking (659 man) wordt afgevoerd en op transport gesteld naar concentratiekampen. Van hen keren er slechts 48 levend in Putten terug.

Hinderlaag

In de nacht van 30 september op 1 oktober 1944 beschieten leden van de Puttense verzetsbeweging bij de Oldenallerbrug vanuit een hinderlaag een auto met officieren van de Wehrmacht. Een Duitse officier en een van de verzetsmensen komen hierbij om het leven. Enkele inzittenden weten te vluchten en alarmeren de Duitse bezettingsautoriteiten.

Vergeldingsactie

Een dag later wordt op bevel van generaal Friedrich Christiansen een vergeldingsactie uitgevoerd. Het grootste deel van de mannelijke beroepsbevolking wordt afgevoerd naar verschillende concentratiekampen. Militairen van onder meer 1 Fallschirm-Panzer-Division omsingelen Putten. De bewoners worden weggevoerd waarbij vrouwen en mannen van elkaar worden gescheiden. Ruim honderd woningen worden in brand gestoken. Daarbij zijn ook Nederlandse SS'ers betrokken. Zes mannen en een jonge vrouw worden ter plekke doodgeschoten.

Een van de 105 huizen die door de Duitsers in brand zijn gestoken als represaillemaatregel voor een aanslag op een Duitse militair. (Theo van Haren Noman/Anefo).

Op 2 oktober worden 659 mannen afgevoerd, in eerste instantie naar Kamp Amersfoort. Daar worden er 58 om gezondheidsredenen vrijgelaten. Vanuit Amersfoort gaan de overige 601 mannen op 11 oktober op transport naar het concentratiekamp Neuengamme. Onderweg springen dertien van hen uit de trein. Vanuit Neuengamme gaan de overgebleven mannen naar verschillende concentratiekampen. Na de oorlog keren slechts 48 van hen terug. In totaal komen 552 mannen om het leven.

Monument in het kamp Neuengamme in Hamburg, ter herdenking aan de deportatie en van de slachtoffers. (Roland.h.bueb-Eigen werk).
Administratie van de afgevoerden en vermisten door de heer Punt. (Theo van Haren Noman/Anefo).

Treurende weduwe

Een monument ter nagedachtenis aan de slachtoffers van de razzia is op 1 oktober 1949 door koningin Juliana onthuld. Het bestaat uit een herdenkingshof en een zandstenen beeld: de ‘treurende weduwe’, in de volksmond ‘De Vrouw van Putten’ genoemd. Het verbeeldt een rouwende vrouw in klederdracht met een zakdoek in haar hand. Ze kijkt in de richting van de Oude Kerk, van waaruit de mannen werden weggevoerd. De herdenkingshof is opgenomen in de Top 100 Nederlandse monumenten 1940-1958.

Oorlogsmonument bij de kerk van Putten. (Eve - Eigen werk).
Herdenkingshof met De Vrouw van Putten en 660 symbolische graven. (Brbbl-Eigen werk).

Stille herdenking

Jaarlijks vindt op 2 oktober bij het monument een stille herdenking plaats, die door honderden mensen wordt bijgewoond. Diverse organisaties leggen kransen en een zangkoor zingt verzen uit Psalm 84 die door de Puttense mannen werden gezongen voordat ze werden weggevoerd. Er zijn geen overlevenden meer van de Razzia van Putten. De laatste was de in augustus 2013 overleden Jannes Priem. Tot kort voor zijn dood vertelde hij zijn verhaal bij lezingen in Nederland en Duitsland.

Namen van de slachtoffers bij het gedenkteken in Wedel. (Flamenc - Eigen werk).