03

Dit artikel hoort bij: Defensiekrant 27

Vijftig jaar voorbij gevlogen

Tekst Evert Brouwer
Foto John van Helvert

F-16 centraal in expositie NMM

Snel, wendbaar en flexibel inzetbaar. Dat is de beste omschrijving voor het trouwe mulitrole gevechtsvliegtuig F-16 dat dit jaar Abraham ziet. En dat vijftigjarig jubileum laat het Nationaal Militair Museum (NMM) in Soesterberg niet zomaar voorbij gaan. Morgen opent de Commandant Luchtstrijdkrachten, luitenant-generaal Dennis Luyt een speciale expositie: ‘F-16, 50 jaar Fast Forward’. De tentoonstelling blijft minimaal een jaar ‘in de lucht’.

Twee jaar lang werkte het NMM onder leiding van projectmanager Monique Brinks aan de tentoonstelling. “Passen, meten en zweten”, vat ze samen. Behalve het verzamelen van allerhande objecten, vroeg vooral de afsluitende experience veel inzet.

De YF-16 met daarnaast een foto van testvlieger Phil Oestricher en zijn pak. Diens zoon is morgen bij de opening van ‘F-16, 50 jaar Fast Forward’.

Lijfelijk

Per uur kunnen 160 bezoekers bijna lijfelijk ervaren hoe het is om met het beroemde toestel te vliegen. Op een scherm van vier meter hoog en 35 meter breed neemt de ervaren vlieger luitenant-kolonel Joost ‘Niki’ Luijsterburg de deelnemers acht minuten mee in zijn F-16 vanaf het Amerikaanse Tuckson (Arizona).

‘Het was passen, meten en zweten’

“Het is echt een heksenklus geweest. Zeker in de coronaperiode”, weet vaandrig (reserve) Tijmen Dokter, een van de teamleden van Brinks. “Dat geldt zowel voor het filmen, het formaat dat we op het doek projecteren als de plaatsing van de F-16 (J-248) in de zaal. Het past allemaal net.”

De speciale expositie heeft veel oog voor detail en dat houdt niet op met kijken. Zo kun je zelf een callsign maken en ervaren wat snelheid is.
Kolonel Peter Tankink vliegt nog steeds in de F-16. ‘Volgend jaar mei waarschijnlijk voor de laatste keer: in de J-063.”

Tekening

De ervaring in beeld en geluid vormt in meer opzichten het klapstuk van de expo, die in drie delen is opgezet. Het begint allemaal met ‘machine’: van de eerste tekeningen van General Dynamics tot de eerste, onbedoelde, vlucht van testpiloot Phil Oestricher op 20 januari 1974. Het team rond de expositie heeft daarbij beslag weten te leggen op het pak dat de Amerikaan destijds droeg in de, toen nog, YF-16. Het tweede onderdeel, Team, handelt over alles en iedereen die nodig is om de Fighting Falcon in de lucht te krijgen en te houden. Mission tot slot vertelt het verhaal van de internationale inzet van het toestel door de jaren heen. Daarin vertellen Nederlandse vliegers over hun ervaringen.

Op de foto met een F-16, wie wil dat nu niet?

Wobble

Onmisbaar daarin is het verhaal van kolonel-vlieger Peter ‘Wobble’ Tankink. Hij schoot in 1999 met zijn F-16 nummer J-063 tijdens het Kosovo-conflict een Servische MiG-29 Fulcrum neer. Tankink is zeer in zijn nopjes met de tentoonstelling, waaraan het Commando Luchtstrijdkrachten ruim medewerking heeft verleend. En terugkijkend naar de beslissing van het kabinet om in 1975 voor de F-16 te kiezen? “Het was toen absoluut het beste toestel en dat heeft de Viper, zoals Amerikaanse vliegers ‘m noemen, wel bewezen.

‘Het was toen absoluut het beste toestel’

“Sinds de eerste operationele vlucht is er héél veel veranderd aan het toestel”, weet Tankink. “De doorontwikkeling heeft tot nu geduurd, waardoor de F-16 lang  berekend was op nieuwe uitdagingen, zoals nieuwe tegenstanders en taken. We hebben er steeds meer onder gehangen, waardoor er nog meer van het toestel werd gevraagd. Daaraan is nu een einde gekomen.”

Tijdlijn van de (Nederlandse) F-16 geschiedenis.
De legendarische papegaai Polly van 322 Squadron, dat als motto ‘Niet praten, maar doen’ hanteert.

Rol F-16 niet uitgespeeld

De laatste Nederlandse F-16 verlaat dan over een jaar of twee de Koninklijke Luchtmacht, de rol van het multifunctionele toestel is nog lang niet uitgespeeld. Zeventien jaar na de laatste levering overweegt de Amerikaanse luchtmacht een bestelling voor nieuwe F-16’s. De laatste F-16C, (Block 50) werd in maart 2005 afgeleverd. Dit vliegtuig was de laatste van 2.231 F-16's die voor de US Air Force zijn geproduceerd. Daarvan zijn er nog 1300 in gebruik.

De F-16 heeft in 50 jaar een enorme ontwikkeling doorgemaakt. De mid-life update (MLU) zorgde ervoor dat Nederland weer letterlijk en figuurlijk vooraan vloog bij missies.

Opvolger

Net als de opvolger van de F-16 waren in 1972 meer toestellen in beeld om de F-104 Starfighter (en later de NF-5) bij de Koninklijke Luchtmacht op te volgen. Een aantal Europese landen besloot samen te werken om gezamenlijk een nieuw vliegtuig te kopen en nam in de weging de Franse Mirage F1 van Dassault, de Zweedse Saab Viggen en YF-17 van Northrop mee. Nederland kocht 213 stuks, maar 1 werd nooit geleverd. De eerste F-16’s in ons land waren op Vliegbasis Leeuwarden te bewonderen (juni 1979). Volkel en de inmiddels gesloten Vliegbasis Twenthe volgden in de jaren tachtig.

Speciale staartstukken van F-16’s en squadrons.

Straaljager Hannie

Een naam die voor altijd aan de komst van de F-16 verbonden zal blijven, is die van politica Hannie van Leeuwen (ARP, later CDA). Ze kreeg een bijnaam van de legendarische leider van de Communistische Partij Nederland, Marcus Bakker: Straaljager Hannie. Enerzijds omdat de oud-verzetsstrijdster hartstochtelijk pleitte voor de komst van de Fighting Falcon, anderzijds omdat ze regelmatig sprintjes trok naar de interruptiemicrofoon. Van Leeuwen overleed in 2018 op 92-jarige leeftijd.