06

Dit artikel hoort bij: Defensiekrant 24

Terugkijker

Tekst Martin Zijlstra
Foto NIMH, NIOD

Het is weer tijd voor een blik op de kalender. In de rubriek 'Terugkijker' richten we het vizier om de week op een gebeurtenis uit het verleden. Van militair-historische aard en waarbij Defensie betrokken was of een situatie met globale impact.

Om het ‘o ja’-gevoel op te roepen, maar ook omdat we in deze jachtige tijd gebeurtenissen vaak zo snel vergeten of ons deze niet meer exact herinneren. In deze aflevering gaat alle aandacht naar 24 juni 1812, de dag waarop keizer Napoleon I zijn rampzalig verlopen tocht naar Rusland begon.

Napoleon Bonaparte wordt 15 augustus 1769 geboren op Corsica. Al op vijftienjarige leeftijd begint hij op een militaire school in Frankrijk aan een opleiding tot artillerieofficier. Na een jaar studeert hij vervroegd af en wordt tweede-luitenant. Het begin van een glanzende militaire carrière waarmee hij uiteindelijk op 26-jarige leeftijd brigadegeneraal is.

Napoleon Bonaparte in de tijd dat hij als eerste consul aan de macht kwam in Frankrijk. Schilderij: Antoine-Jean Gros via Wikimedia.

Staatsgreep

Napoleon dient in een tijd waarin het in Frankrijk erg onrustig is. De bom barst in 1789: de Franse revolutie. Koning Lodewijk XVI wordt door een nieuw bewind, dat de steun heeft van Napoleon, gedwongen af te treden. Maar al snel wordt een staatsgreep voorbereid tegen het nieuwe regime. De coupplegers vragen Napoleon om militaire steun. Door handig te manoeuvreren lukt het hem de macht te grijpen en de belangrijkste man van Frankrijk te worden. Op 2 december 1804 krijgt zijn positie nog meer glans wanneer hij zichzelf kroont tot keizer Napoleon I.

Oorlogen

Frankrijk komt terecht in een serie oorlogen. Een daarvan eindigt voor Rusland op 25 juli 1807 in een nederlaag. Rusland moet een aantal voorwaarden slikken, die slecht vallen bij de tsaar. Zoals een tariefstelsel dat de handel met Engeland onmogelijk moet maken. De tsaar accepteert dat niet. Napoleon ziet daarop geen andere mogelijkheid dan de tsaar op 22 juni 1812 opnieuw de oorlog te verklaren: de veldtocht van Napoleon naar Rusland.

Goed voorbereid

Twee dagen later trekken de Fransen grensrivier de Memel over. Napoleon beschikt, inclusief reserves, over 610.000 soldaten, 200.000 paarden en grote voorraden proviand, medicijnen, kleding en bouwmaterialen. Onder de soldaten zijn ook 25.000 Nederlanders die sinds de Franse annexatie Frans staatsburger zijn. De Russen beschikken in het begin over ‘slechts’ 280.000 militairen, maar dat aantal stijgt in rap tempo naar 900.000.

De Slag bij Borondino was een van de weinige veldslagen tussen de legers van Frankrijk en Rusland. Schilderij: Vasily Vereshchagin via Wikiart.

Verschroeide aarde

De Russische bevelhebber generaal Barclay de Tolly weet dat hij nooit van Napoleon zal winnen en bedenkt een defensieve strategie. Deze is er op gericht dat de Russen zich langzaam terugtrekken en de strijd mijden. Tegelijkertijd passen ze de tactiek van de ‘verschroeide aarde’ toe en vernietigen alles wat de Fransen kunnen gebruiken. Een zware tegenslag voor Napoleon die aan het begin van de veldtocht nog had voorspeld dat de Russen hem binnen twee maanden om vrede zouden smeken.

Wat de Fransen ook in de weg zit is extreem slecht weer. Het komt met bakken uit de lucht en wegen veranderen in modderpoelen waardoor de Franse logistiek in de soep loopt. Daarna sterven door een hittegolf veel Fransen van de dorst óf worden ziek na het drinken van vervuild water uit de modderpoelen. Zonder een schot te lossen is Napoleon na twee weken 135.000 man kwijt.

Bloedig

Nog geen twee maanden later vindt een eerste confrontatie plaats bij Smolensk. Barclay de Tolly volhardt snel in zijn tactiek en vermijdt het gevecht. Maar veel Russische officieren zijn het zat om steeds weg te lopen voor de Fransen en eisen dat hun bevelhebber wordt ontheven. Tsaar Alexander I geeft toe. De nieuwe bevelhebber is generaal Michail Koetoezov, al verandert er niet veel. Hij handhaaft de defensieve tactiek, omdat hij ook weet dat ze kansloos zijn tegen Napoleon.

Evacuatie

Op 120 kilometer van Moskou, bij Borondino, treffen de legers elkaar op 7 september 1812 opnieuw. Niet geheel verrassend: na een dag trekken de Russen zich terug. De weg naar Moskou ligt open. De kersverse bevelhebber Koetoezov besluit de stad niet te verdedigen, maar te ontruimen. De bevolking wordt geëvacueerd en alles waar de Fransen iets aan zouden hebben wordt meegenomen.  

Napoleon kijkt naar het brandende Moskou. Schilderij: Adam Albrecht via Wikimedia.

Het Franse leger arriveert een week later in Moskou. Al snel stichten Russische saboteurs op allerlei plaatsen brand, waardoor de stad binnen de kortste keren in lichterlaaie staat. Door de veelal houten huizen verspreid het vuur zich in razend tempo.

Rampzalig

Drie weken later is driekwart van de staf afgebrand. De eerste sneeuw valt en de Fransen hebben geen beschutting tegen de extreme kou. Omdat ook voorraden letterlijk in rook zijn opgegaan, staan ze met lege handen. Napoleon kan niet anders dan terugtrekken. Op 20 oktober 1812 verlaat hij Moskou met nog slechts tachtigduizend soldaten.

Op de terugweg worden ze geteisterd door Russische partizanen die steeds aanvallen. En doordat de bevoorrading stagneert is er geen voer meer voor de paarden. Ze verzwakken en gaan dood van de honger óf worden opgegeten door de soldaten die zelf ook niets meer te eten hebben. Veel soldaten deserteren of overlijden door de kou.

De terugtocht uit Rusland was vreselijk voor de weinige overgebleven militairen van de Grand Armée. Schilderij: Illario Mihailovich Pryanishnikov via Wikimedia.

Nederlandse pontonniers

Eind november bereikt een restantje van het Franse leger de rivier Berezina. Om te kunnen oversteken moeten ze een brug bouwen. Het werk wordt gedaan door vierhonderd Nederlandse pontonniers. Wanneer ze klaar zijn met het bouwwerk, krijgen de pontonniers de opdracht om de brug samen met Nederlandse infanteristen en Franse troepen te bewaken.

Niet voor niets: op 28 november vallen de Russen aan. Midden in een sneeuwstorm. Na twee dagen van intense gevechten geven de laatste acht Nederlanders zich over. Alleen de keizer en een klein deel van zijn troepen kunnen ontsnappen. Terwijl het bijna veertig graden onder nul is, sjokken ze verder naar het westen. Via Vilnius naar Oost-Pruisen. Daar zijn ze veilig. Het is dan 7 december 1812.

Mislukt

Van de strijdmacht die op 24 juni 1812 de Memel overstak, zijn dan nog twintigduizend militairen over. Napoleon Bonaparte is er dan al niet meer bij. Hij vertrekt op 5 december naar Parijs, omdat daar een mislukte staatsgreep is geweest.  

De tocht naar Rusland is een grote afgang. Niet alleen een persoonlijke nederlaag, maar ook een enorm humanitair drama. Geschat wordt dat er tijdens de tocht naar Moskou en weer terug circa een miljoen militairen en burgers zijn omgekomen.