Tekst kapitein Jessica Bode
Foto archief NIMH en Wikimedia Commons

Nieuwe database biedt schat aan informatie

De database vindt u hier

Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden Nederlandse koopvaardijschepen van de een op andere dag ingezet voor geallieerde oorlogsvoering. Burgers die aanvankelijk onschuldige handelswaar vervoerden, werden ineens doelwit van Duitse en Japanse aanvallen. Wie waren deze mannen die met gevaar voor eigen leven troepen en wapens onder de meest gevaarlijke omstandigheden vervoerden? Het Nederlands Instituut voor Militaire Historie (NIMH) heeft deze week persoonskaarten van 32.000 opvarenden gedigitaliseerd in een openbare database.

De Nederlandse koopvaardij bracht in de oorlog zware offers. Vaak onbewapende koopvaarders werden verplicht om de oorlogsjaren op volle zee door te brengen. Bombardementen, torpederingen en schipbreuken maakten het leven van elke opvarende onzeker. Bijna de helft van de vloot ging verloren. Ruim 3.400 bemanningsleden kwamen om het leven.

“Op welke schepen werkten zij? Wat was hun leeftijd, religie en burgerlijke staat?”, begint NIMH-onderzoekster Welmoed Bons, betrokken bij het opzetten van de database.

Twee persoonskaarten koopvaardij, zoals te vinden in de nieuwe database.

Torpedo

Ze vervolgt: “De persoonskaarten van al deze bemanningsleden bieden een schat aan informatie. Enerzijds staan er persoonsgegevens op, anderzijds geeft het aanwijzingen wat er met iemand op zee is gebeurd. Is het schip vergaan? Bijvoorbeeld door een torpedo of bombardering door de Duitsers of Japanners. Of is iemand een natuurlijke dood gestorven, geïnterneerd of overgelopen naar de vijand.”

Het archief is 183 meter lang en 6 meter hoog

Andere rol voor koopvaardijschepen

Na de meidagen van 1940 kregen de Nederlandse koopvaardijschepen een andere rol. Zo werden passagiersschepen ineens ingezet voor transport van militairen en vrachtschepen voor het vervoer van militaire middelen. Vissersschepen gingen door als hulpmijnenjagers. En met sleepboten werden zwaar beschadigde schepen naar geallieerde havens gesleept.

De bemanning van een Nederlands passagiersschip, dat op dat moment dienst doet als schip voor troepentransport, mei 1944.

Vaarplicht

Tijdens de meidagen van 1940 verbleven veel Nederlandse koopvaardijschepen niet in Nederlandse havens, maar konden vanwege de Duitse inval ook niet naar huis terugkeren. Bovendien beval de Vaarplicht van juni 1940 de opvarenden om door te varen.

‘Het gros van de burgerslachtoffers kwam om door oorlogshandelingen’

Die Vaarplicht duurde tot 2 maart 1946, waardoor sommige bemanningsleden jaren op zee doorbrachten zonder contact met het thuisfront. “Er zijn veel verhalen van kinderen die midden jaren dertig zijn geboren en jarenlang hun vader hebben moeten missen. Sommigen zagen hun vader of opa nooit meer terug”, deelt Bons.

Emotioneel

Bovendien gaat het hier om burgeropvarenden van burgerrederijen die voor oorlogsdoeleinden werden ingezet. “Zij voeren onder oorlogsomstandigheden en het gros van de slachtoffers kwam om door oorlogshandelingen. Dat alles maakt het onderwerp zo emotioneel en daarom willen we de informatie over de bemanningsleden zo graag delen.” 

Zeelieden aan boord van een Nederlandse kustvaarder, Londen 1943.

Waar komt het archief vandaan?

Het NIMH beheert het archief van ‘The Netherlands Shipping en Training Company’. Kortweg ‘De Shipping’. Deze organisatie werd na mei 1940 opgericht met het doel om de Nederlandse koopvaardij, met schepen van tal van rederijen, te verenigen en centraal aan te sturen. De Shipping had deze persoonskaarten voor de eigen administratie.

Niet meer aankloppen bij verschillende instanties

Analyse

Informatie is er genoeg. De zestigduizend kaarten die zijn opgeslagen in een archief van 183 meter lang zijn allemaal gecontroleerd en overgetypt door 350 vrijwilligers. Voorafgaand werden alle datasets grondig geanalyseerd. “We doen dit samen met onder meer het Netwerk Oorlogsbronnen. Dat brengt zoveel mogelijk verschillende informatie uit de Tweede Wereldoorlog op één plek samen, zodat je niet meer bij verschillende instanties hoeft aan te kloppen voor informatie.” 

Passagiersschip “Marnix van St. Aldegonde" van de Stoomvaart Maatschappij Nederland (SMN) werd tijdens de oorlog gebruikt als troepentransportschip. In 1943 door Duitse vliegtuigen tot zinken gebracht voor de kust van Algerije.

Openbare bron

Zo wordt deze database persoonskaarten nu gelinkt aan de data van de Oorlogsgravenstichting en de Japanse interneringskaarten. Op die manier ontstaat een grote, openbare bron. “Voor iedereen toegankelijk. Je hoeft maar een naam in te typen en er verschijnt informatie op het scherm,” verduidelijkt Welmoed Bons. “Grote kans dus dat mensen iets over hun familiegeschiedenis te weten komen waar ze zich nooit van bewust waren.”

Voor de database en meer informatie ga naar: www.oorlogsbronnen.nl/mensen.