Tekst kapitein Jessica Bode
Foto archief Mediacentrum Defensie
‘Huidige systemen beperkt en niet ingesteld op grootschalig conflict’
Europa is niet opgewassen tegen lucht- en raketaanvallen. De landen hebben onvoldoende wapensystemen en munitievoorraden om zichzelf of elkaar te beschermen tegen complexe aanvallen. Dat maakt ons extra afhankelijk van de Verenigde Staten. Deze conclusies doet het Den Haag Centrum voor Strategische Studies (HCSS) in een onderzoek dat werd uitgevoerd op verzoek van de marine, landmacht en luchtmacht.
In het onderzoek werd onder meer gekeken naar dreigingen op het gebied van raketten en (on)bemande vliegtuigen en hoe die zich ontwikkelen. “Maar ook welke middelen er zijn ter bescherming en waar gaten zitten in de verdediging van het Europese grondgebied en militaire eenheden”, vat Lotje Boswinkel het onderzoek samen. Samen met Paul van Hooft schreef ze het rapport.
Want problemen zijn er! “Onze huidige systemen zijn beperkt en niet ingesteld op een grootschalig conflict”, vervolgt Van Hooft. “Nederland kan hooguit Schiphol beschermen of Rotterdam. Of juist de uitgezonden eenheden in de Baltische Staten.”
Potentiële scenario’s
Om antwoord te vinden op de onderzoeksvragen interviewden de auteurs onder anderen tal van specialisten in binnen- en buitenland en raadpleegden ze bestaanden dataverzamelingen. Dat resulteert in een aantal potentiële veiligheidsscenario’s die in Europa zouden kunnen spelen en wat voor gevolgen dat allemaal kan hebben. “Het geeft een goed beeld van de problemen die er spelen”, reageert Van Hooft.
Hypersone wapens
De roep om betere geïntegreerde lucht- en raketverdediging (integrated air and missile defence systems) in Europa is groot. “Zeker nu Rusland en China op zorgwekkend grote schaal hypersone wapens testen. Deze nieuwe generatie wapens combineren potentiële snelheid met onvoorspelbaarheid waarmee ze het leven van de verdediger stukken moeilijker maken”, benadrukt Van Hooft.
Gevaarlijk
Wapensystemen worden steeds ‘goedkoper’, sneller en preciezer. Niet alleen grote mogendheden, maar ook kleine landen en niet-statelijke actoren kunnen wapens gebruiken of ermee te dreigen. “Conventionele wapens worden steeds gevaarlijker”, waarschuwt Van Hooft. “Vroeger waren raketten niet zo precies. Je was toen minder zeker dat je een bepaald doel daadwerkelijk zou uitschakelen. Het is nu makkelijk om informatie uit verschillende bronnen effectiever te combineren.
‘De drempel om een conflict te starten is lager’
Nu zijn ballistische raketten of kruisraketten met steeds meer nauwkeurigheid naar hun doelen te sturen met hulp van onder meer satellieten, vliegtuigen en drones. “Met diezelfde wapens kun je nu taken vervullen waar je vroeger een kernwapen voor nodig had. In navolging van de Verenigde Staten hebben Rusland en China hier de laatste decennia ook in geïnvesteerd. De drempel om een conflict te starten is lager. Bij kernwapens wist je immers dat het al snel uit de hand zou kunnen lopen en er een groot nucleair conflict zou ontstaan met alle gevolgen van dien”, vertelt collega-auteur Boswinkel.
Ieder voor zich
Het rapport concludeert bovendien dat het schort aan goede integratie tussen de systemen die verschillende Europese landen gebruiken. Qua aantallen zijn er bovendien onvoldoende wapensystemen om het gehele Europese grondgebied te verdedigen. “Dus dan moet je maximaal inzetten op efficiënte taakverdeling en die laat te wensen over”, haakt Boswinkel in.
De power van drones
Uit het rapport van HCSS blijkt ook dat drones een belangrijke rol spelen in moderne oorlogvoering. “De onbemande vliegtuigjes zijn op zichzelf niet spectaculair, maar je kunt er wel een kamikaze-aanval mee uitvoeren op een belangrijk doel. Denk aan een commandocentrale of een radar om daarmee een luchtverdedigingsnetwerk uit te schakelen. Daarna kunnen geavanceerdere systemen, zoals ballistische raketten, de rest van het werk doen.”
Amerika
Wat het niet makkelijker maakt is dat Europa in sommige gevallen volledig afhankelijk is van Amerika. Zo kan ons land met de laatste update van de Smart-L radar wel intercontinentale ballistische raketten (in de atmosfeer) detecteren, maar geen enkel Europees land heeft de wapens om die raketten vervolgens te vernietigen. Amerika wél. Op schepen, bijvoorbeeld bij Spanje. “Maar er zijn scenario’s denkbaar waarbij die schepen niet in Europa varen. Dan ontstaat dus zo’n gat in de verdediging”, voegt de schrijfster toe.
‘Politiek en burgers moeten beseffen dat het geen ver-van-mijn-bedshow is’
Show
En nu? Waar moet dit rapport nu aan bijdragen? “Met dit document gaan we de problematiek niet oplossen”, reageert Boswinkel direct. “Dat is niet ons doel en ook niet aan ons. Wij benoemen het probleem met feiten en cijfers en vertalen de complexe technologische materie naar een strategische tekst die iedereen kan begrijpen.”
Het dient volgens de auteurs als een stuk bewustwording. “Politiek en burgers moeten beseffen dat het geen ver-van-mijn-bedshow is”, vult Van Hooft aan. “De wereld wordt nog onveiliger door deze raketontwikkelingen. We verwachten niet vandaag of morgen een Derde Wereldoorlog, maar er is wel een reële dreiging. Tijd om gezamenlijk te investeren en het grote plaatje niet uit het oog te verliezen.”