Tekst kapitein Jessica Bode
Foto sergeant Cristian Schrik
Ze werd meegenomen uit de London Zoo, vloog mee met een Starfighter, kreeg de rang van sergeant-majoor en de nu vijfde Polly Grey legde onlangs zelfs eieren. Sinds jaar en dag is deze grijze roodstaartpapegaai van 322 Squadron dé enige levende luchtmachtmascotte van Defensie.
‘Niet praten, maar doen’. De wapenspreuk van 322 krijgt wel een hele bijzondere betekenis als je weet dat de mascotte een papegaai is. “En wist je dat deze papegaaien de beste praters zijn, maar de slechtste vliegers”, doet Polly’s vaste verzorger sergeant-1 Berry Stolk er nog een schepje bovenop.
Logeren
De 32-jarige vogel is inmiddels de vijfde die het oudste operationele squadron van de luchtmacht sinds 1943 heeft gehad. “Toen werd Polly-1 door piloot luitenant-kolonel Nicolaas Wilhelm ‘Cooc’ Sluyter meegenomen uit Londen. Sindsdien hebben we er altijd één gehad”, vertelt Stolk. Naast het onderhoud aan de F-35 (en voorheen de F-16) zorgt hij al twintig jaar voor Polly. “Overdag en doordeweeks zit ze in of rondom haar verblijf in de crewroom op Vliegbasis Leeuwarden. In het weekend is ze bij mij. Collega’s kunnen zich ook inschrijven op de Pollylijst en dan gaat ze daar een weekendje logeren.”
Happen
Ondertussen zit de vogel rustig op een appeltje te knagen. Een ware traktatie. Collega’s die ze kent geeft ze kopjes en gaat daarbij gretig op de schouder zitten. Ze weet ook precies wie ze niet leuk vindt, daar hapt ze naar. “Als we zitten te praten en je betrekt Polly erbij, dan is ze heel rustig. Maar op het moment dat je op een afstandje gaat staan, zingt en praat Polly net zolang tot je haar erbij haalt. Het is een gezelschapsdier.”
Blauwvoorhoofdamazone
Stolk is geen papegaaienonbekende. Hij nam op zijn tiende de ‘blauwvoorhoofdamazone’ over, die zijn opa net na de Tweede Wereldoorlog kreeg. “Ik heb deze vogel tot z’n dood in 2010 gehad. Toen de vaste verzorger van de huidige Polly-5 de dienst verliet, hoefde ik niet lang na te denken over wie z’n opvolger moest worden.”
Schunnige woorden
Leuk aan een papagaai is natuurlijk dat je hem of haar van alles kunt leren. En dat is bij een defensie-eenheid vol militairen niet tegen dovemansoren gezegd. “Haar vocabulaire is groot. Haar schunnige woordenboek ook”, vat Stolk samen. “Ook weet ik nog goed dat we haar het Feyenoordlied hebben geleerd, net voordat ze ging logeren bij een collega die ontzettend Ajaxfan is. Hij kon er niet om lachen. Het beestje had ‘t weekend niets anders gedaan dan gezongen.”
Belangrijk
Alle gekkigheid daargelaten, Polly is belangrijk voor 322 Squadron. Ze is de verbindende factor. Iedereen kent haar en ze brengt de collega’s samen. Ze staat afgebeeld op alle jachtvliegtuigen en is vast onderdeel van het embleem. Er is ook bijna niemand te vinden die geen anekdote met één van de vijf Polly’s weet. Zo vertelt een sergeant dat hij met collega’s én Polly uit eten ging. Toen er een groepje dames binnenkwam begon Polly ineens te fluiten (fietfiew). “We wisten niet waar we het zoeken moesten”, lacht hij.
'We hebben Polly een keer uit de nok van de hangaar moeten bevrijden met een hoogwerker'
Bij iedere ceremonie van 322 is Polly aanwezig. “We hebben de huidige Polly-5 op een gegeven moment wel gekortwiekt, want bij een commando-overdracht vloog ze naar de nok van een hangaar. Daar heeft ze dagen gezeten. We hebben haar met een hoogwerker moeten bevrijden”, vertelt Stolk.
Tragische dood
Grijze roodstaarten kunnen wel tachtig jaar oud worden, maar zo oud zijn de defensiepolly’s nooit geworden. De voorlaatste Polly overleed vroegtijdig aan een infectie en diegene daarvoor stief een tragische dood toen ‘ie per ongeluk tussen een stoel en de muur terechtkwam.
“Maar Polly-5 zou wel eens heel oud kunnen worden”, reageert haar vaste verzorger. “Ze heeft onlangs namelijk vier eieren gelegd. Dat is al heel bijzonder voor een 32-jarige vogel en gebeurt echt alleen als alles goed is in haar leven.” Maar babynieuws hoeven we echter niet te verwachten, want de eieren waren niet bevrucht. Voorlopig dus geen papegaaiensquadron op Vliegbasis Leeuwarden.