Tekst Evert Brouwer
Foto Mediacentrum Defensie

Defensie en de Tweede Kamerverkiezingen

Adjudant Mustafa Bal zou een slechte zijn voor de reclame van een Leids onderwijsinstituut. Van hem geen ‘tja, wat wil ik later worden?’. De 39-jarige onderofficier heeft als trotse zoon van Turkse ouders al van jongs af aan tegen de stroom in geroeid. Hij koos overtuigd voor de Nederlandse krijgsmacht en voor een partij die begint met de C van Christelijk. “Ik zoek de verbinding op basis van overeenkomsten in plaats van botsen op de verschillen. Mijn droom is dan ook om burgervader, ik zeg bewust geen burgemeester, te worden. En dat gaat gebeuren.”

Nog 33 dagen tot de verkiezingen voor de Tweede Kamer. In een serie van vijf artikelen laat de Defensiekrant de komende weken een aantal Defensiemedewerkers aan het woord dat kans maakt op een Kamerzetel. Wat kunnen zij straks voor Defensie betekenen?

Als militair naar de Kamerverkiezingen

We trappen dus af met de nummer 33 van de CDA-lijst, adjudant van de Koninklijke Marechaussee Mustafa Bal. Verder staan (reserve) tweede luitenant Don Ceder (ChristenUnie), wachtmeester-1 Mounir Kasmi en burgerfunctionaris Peter Valstar (VVD) gepland. In de laatste aflevering een overzicht van wat de (meeste) deelnemende partijen voor Defensie in petto hebben.

1. Adjudant Bal, waarom juist het CDA?

“Ik ben ooit benaderd door een collega die vroeg of de politiek niks voor me is. Toen ben ik me gaan verdiepen in de programma’s van de partijen. Ik vond de meeste raakvlakken bij het CDA. Ja, ook bij de ChristenUnie, de SGP en nog wel andere partijen; maar die zijn voor mij te dogmatisch. Er zijn zoveel overeenkomsten tussen christendom, islam, het Jodendom, het hindoeïsme, het boeddhisme. Vanzelfsprekend zijn er verschillen, maar die zijn te overbruggen. Dat is ook een van de redenen om niet voor een partij als DENK te kiezen, die stijl van politiek is niet de mijne.”

2. In hoeverre speelt je afkomst een rol in je ambities?

“Het valt niet te ontkennen dat ik in bijna veertig jaar vaak het gevoel heb gehad me dubbel te moeten bewijzen. De gebeurtenissen van 9/11 in de Verenigde Staten spelen daarin een grote rol. Nooit was ik op mijn afkomst aangesproken, maar opeens moest ik me als moslim en zoon van een imam overal verdedigen. Dat heeft me wel gevormd. Diversiteit en inclusiviteit staan bij mij niet voor niets zo hoog op de agenda. Mede daarom ben ik al jaren actief binnen het multicultureel netwerk van Defensie. In 2009 heeft het netwerk voor elkaar gekregen dat Defensie twee islamitische geestelijk verzorgers kreeg. Een heftige, maar belangrijke strijd in die tijd.”

Mustafa Bal in zijn rol als vertrouwenspersoon bij de marechaussee. Foto: sergeant-majoor Maartje Roos.

3. Kun je je ervaring als militair goed inzetten in de politiek?

“Ik heb meegewerkt aan de defensieparagraaf en daar sta ik ook volledig achter. Ik ben er vooral trots op dat we de 2%-norm erin hebben gekregen. Mijn ervaring als militair betekent dat ik, in mijn geval, de eed aan Allah de Almachtige heb afgelegd. Dat ik mijn land, Nederland, zal dienen. Die eed blijft staan, de politiek is alleen een andere manier van je land dienen. Politici zijn over het algemeen hoog opgeleid, maar vaak in een speciaal taakveld. Militairen staan met beide benen in de samenleving en hebben een hands-on-mentaliteit. Ik neem mijn ervaring van een uitzending (toen nog als landmachtmilitair, red.), die van mentor/supervisor bij de marechaussee en mijn defensievorming mee.”

StuiterBal

Adjudant Bal is een bezig baasje, zowel binnen als buiten Defensie. Naast zijn werk als mentor/supervisor van jonge marechaussees in Den Haag, beveiligers en Hoog Risico Beveiliging, is hij lokaal vertrouwenspersoon. Verder: lid van het Dagelijks Bestuur CDA Den Haag, voormalig Statenlid Zuid-Holland, lid van het Bondsbestuur van de ACOM, regiovoorzitter en sinds twee jaar internationaal ook trainer bij de Eduardo Frei Stichting klik hier

Als er meer defensiemedewerkers zijn die op de landelijke lijst staan, kunnen zij dat kenbaar maken via defensiekrant@mindef.nl.