Tekst Evert Brouwer
Foto Sjoerd van der Hucht
AOOMARNALG Mark Veraart nieuwe Krijgsmachtadjudant
De nestels van de Krijgsmachtadjudant zitten nog wat onwennig op de schouder van zijn dagelijks tenue. Sinds een dikke maand heeft adjudant van de mariniers Mark Veraart, zijn werkplek in Den Helder verruild voor een van de historische vertrekken van het ministerie van Defensie in Den Haag. Op hink-stap-sprongafstand van Commandant der Strijdkrachten (CDS) generaal Onno Eichelsheim, die hij gevraagd én ongevraagd van advies mag, nee móét, voorzien vanuit de gemeenschap van manschappen en onderofficieren.
Zelf had hij het nog niet zo bekeken, maar de militaire loopbaan van adjudant Veraart begint in hetzelfde jaar als dat het begrip Krijgsmachtadjudant voor het eerst rondgaat: 1995. Nota bene een officier der mariniers, de toenmalige Commandant der Strijdkrachten generaal der mariniers Henk van den Breemen, vond dat de onderofficieren meer stem moesten krijgen.
Landmacht-adjudant René Clausen had de primeur, waarna alle krijgsmachtdelen aan de beurt kwamen. Adjudant van de mariniers Rob van Haastrecht werd in 2017 de eerste marinier die deze rol mocht bekleden. “De wijze waarop Rob invulling gaf aan de functie van Krijgsmachtadjudant inspireerde mij dusdanig dat ik graag in zijn voetsporen wilde treden”, aldus Veraart.
‘Ik stond tijdens mijn opleiding anders in de wedstrijd’
Als leider gezien
Het kan niet anders of het karakter van de adjudant heeft een grote rol gespeeld bij zijn benoeming. Hij omschrijft zichzelf als ‘zeer georganiseerd’ en ‘altijd vrolijk’. Dat je met zo’n positieve instelling en een groot doorzettingsvermogen kunt bereiken wat je wilt, hoef je hem niet uit te leggen. Op relatief late leeftijd, 23 jaar, stapte Veraart het Korps binnen. “Ik deed de opleiding met 18-, 19-jarigen en stond dus iets anders in de wedstrijd. Dat kwam nog meer aan het licht na mijn opleiding, tijdens mijn eerste operationele plaatsingen. Dan word je snel als leider gezien. Ik vind het nog steeds geweldig om mijn kennis en ervaring kwijt te kunnen”, vat hij het samen.
Dankbaar voor steun
Veraart legde zich na opleidingen tot mountainleader in het Verenigd Koninkrijk en Noorwegen toe op ‘militair opereren onder extreme omstandigheden’, kortweg MOX. Hij maakte deel uit van de Netherlands Maritime Special Operations Force. “Al deze uitdagingen hebben mij en mijn gezin, ondanks het vaak van huis zijn, veel gebracht. Ik ben zeker dankbaar voor hun steun. Gelukkig leidde mijn afwezigheid nooit tot onbegrip. Integendeel, mijn immer opgewekte humeur komt volgens hen mede voort uit het plezier dat ik uit mijn werk haal. En dit geldt hopelijk voor veel collega’s, wetende dat het leven van een militair veel vraagt van henzelf en hun thuisfront.”
‘Ik heb nooit een geheim gemaakt van mijn ambities’
Top bereikt
De Brabander bedwong tijdens zijn loopbaan een paar uitdagende bergpieken en nu heeft hij dus ook in de militaire loopbaan zijn top bereikt. En dat slechts anderhalf jaar na zijn benoeming tot Korpsadjudant bij de mariniers. “Als generaal Hut had gewild dat ik bleef, had ik dat zonder weerwoord gedaan”, bekent hij. Dat gebeurde dus niet. Sterker nog, de (inmiddels voormalig) Commandant van het Korps Mariniers waardeerde zijn ambitie en steunde de sollicitatie van zijn onderofficier. “Ik heb nooit een geheim gemaakt van mijn ambities.”
‘Rob heeft de onderofficiersgemeenschap op de kaart gezet’
Flinke erfenis
De nieuwe Krijgsmachtadjudant erkent meteen dat hij een flinke erfenis heeft meekregen. “Rob (van Haastrecht) heeft naar mijn mening de onderofficiersgemeenschap helemaal op de kaart gezet. Hij is erin geslaagd om zaken die diep in de organisatie leven in Den Haag te krijgen. Maar ook andersom: duidelijk uitleg geven van wat er speelt op het ministerie. Die wijze van werken wil ik heel graag voortzetten. Of dat extra druk op mij legt? Nee, dat niet, maar het voelt wel als een grote uitdaging.”
Prioriteitenlijst
Veraart kan niet ontkennen dat hij de tijd op veel vlakken mee heeft. Bezuinigingen behoren tot het verleden, het salaris gaat omhoog. “Dat is geen reden om nu 3 jaar op mijn lauweren te rusten. Als ervaren klimmer weet ik dat de meeste ongelukken in de bergen gebeuren door zelfoverschatting. En daarvoor moet je àltijd waken; ook in deze functie.”
Hij zet de lijn-Van Haastrecht voort, maar wel op de manier-Veraart. ‘Luisteren’, ‘nader kennismaken met de andere Operationele Commando’s’ en ‘een stem zijn voor de werkvloer’ behoren tot de logische dagelijkse werkzaamheden. “Voorzieningen verbeteren, werkdruk verlagen en het personeelstekort bestrijden; die punten staan al langer op mijn prioriteitenlijst.”
‘Ik gun iedereen zo’n geweldige tijd als ik heb bij Defensie’
Boeien en behouden
Hij hamert vooral op het versterken van de operationele gereedheid. “Dan moeten wel alle randvoorwaarden zijn ingevuld, zoals het wegnemen van obstructies die dat in de weg staan. Als de zaken wat dat betreft niet in orde zijn, leidt dat onherroepelijk tot frustraties. We moeten de omslag maken van hoofdtaak 2 (het beschermen van de internationale rechtsorde) naar hoofdtaak 1 (het beschermen van nationaal en NAVO-grondgebied). Dat betekent dat je hiervoor de juiste trainingen en het goede materieel moet hebben.”
Dat is volgens Veraart tevens nodig om mensen te blijven boeien en behouden. “Werving en behoud reflecteer ik dan graag op mijn eigen loopbaan: ik gun iedereen zo’n geweldige tijd als ik heb bij Defensie. Je moet de mensen kansen bieden. De nadruk ligt soms te veel op ervaring. Ik wist helemaal niets van bergklimmen toen ik de opleiding tot mountainleader inging, maar er was iemand die zei: ‘Dat leren we ‘m wel’. En kijk eens waar ik nu sta.”
Rol Krijgsmachtadjudant
De Krijgsmachtadjudant vertegenwoordigt alle onderofficieren en manschappen in de krijgsmacht. Hij of zij valt rechtstreeks onder de CDS en adviseert deze (on)gevraagd over onderwerpen uit het onderofficiers- en manschappendomein. De Krijgsmachtadjudant heeft een adviesrol vanuit de praktijk naar het beleid. Deze adjudant-onderofficier informeert de CDS bijvoorbeeld over alles wat speelt rond opleidingen, trainingen, inzetbaarheid, materieel, vulling en behoud en houdt daarnaast de CDS op de hoogte over het moreel bij de eenheden.