Tekst LTZ 2OC (SD) Joost Margés
Foto SGT Aaron Zwaal en video: AOO Richard Frigge
Geen onverantwoorde risico’s tijdens grootse Continuation Cruise 2020
Lang waren Nederlandse marineschepen niet in een groot en internationaal verband naar zee geweest, vanwege de impact van het coronavirus. De afgelopen weken kwam daar verandering in. De oefening Continuation Cruise 2020, op de Noordzee, Skagerrak en Kattegat, bracht veel en vooral ook uiteenlopende eenheden bij elkaar, binnen een uitvoerig scenario. Was dat niet koorddansen met corona en vragen om problemen? Het pakte bijzonder goed uit.
In verband met het wegvallen van diverse internationale oefeningen, organiseerde de Maritime Battle Staff van NLMARFOR in mei en juni al de oefenreis Baltic Breeze, om de getraindheid van de bemanningen op peil te houden en op de langere termijn inzetbaar te blijven. Baltic Breeze was een succes, daarom werd besloten om bij een volgende gelegenheid een volledig eskader naar zee te brengen. Dat werd dus Continuation Cruise 2020.
Zeer motiverend
Commander Netherlands Maritime Force commandeur Ad van de Sande kijkt er tevreden op terug: “In een eskader versterkt het ene schip het andere schip. Door samen te trainen houden wij onze vaardigheden op het juiste peil. Dit begint al aan boord met bijvoorbeeld brandoefeningen, maar ook zeemanschappelijke oefeningen. We trainen verder onze warfare skills, samen met collega’s van andere krijgsmachtdelen en nationaliteiten, en beoefenen amfibische vaardigheden met onze mariniers. Met meerdere schepen naar zee, echt oefenen, door echt te schieten en met echte schepen en vliegtuigen te opereren, was zeer motiverend voor onze mensen.”
Permanente dreiging
Corona hing uiteraard als permanente dreiging boven de operationele inzet. Waar mogelijk werden risico’s op het importeren en verspreiden van deze ziekte geïdentificeerd en gemitigeerd. Luitenant ter zee 1 (AR) Pieter Dijk: “Voor veel mensen is het een uitdaging om uit te leggen aan het thuisfront hoe we omgaan met corona. Wij hebben als werkgever de plicht om een goed mitigatieplan te hebben; er worden vanuit personeelszorg geen onverantwoorde risico’s genomen.”
Zo vond er (na thuisquarantaine) een medische screening plaats aan de valreep voor vertrek. Mensen die later aan boord komen, zoals de mariniers van 1 MCG, kwamen ook net uit thuisquarantaine. Aan boord hield iedereen zich zoveel mogelijk aan de anderhalve meter-maatregel. Mocht er iemand toch klachten krijgen, dan werd deze persoon geïsoleerd en zo snel mogelijk naar de wal gebracht om zich te laten testen.
Flexibiliteit en doorzettingsvermogen
Er vonden verschillende luchtverdedigingsoefeningen binnen Continuation Cruise plaats, waarbij een dreiging in het hoogste geweldsspectum werd nagebootst. Hierin werkten F35’s en F16’s van de Koninklijke Luchtmacht, Deense F16’s en F15’s van de United States Airforce samen. Aan Zr.Ms. Evertsen en Zr.Ms. Van Speijk de taak om Zr.Ms. Rotterdam te verdedigen tegen deze luchtaanvallen. De oefening werd met groot succes gecoördineerd door Zr.Ms. Evertsen en het Air Operations Control Station in Nieuw Milligen.
Een week later vormde de Rotterdam samen met Zr.Ms. Johan de Witt de uitvalsbasis voor een Wet And Dry Exercise Rehearsal (WADER). Onder aansturing van de Maritime Battle Staff beoefenden de mariniers van 1 MCG, samen met de landingsvaartuigen van de Surface Assault and Training Group (SATG), het Stingerpeloton van het DGLC en een Cougar-transporthelikopter van 300 Squadron, assault-routines op de rede van Den Helder. Majoor der mariniers Ronald de Groot: “Het embarkeren en debarkeren van de landeenheden, inclusief logistieke ondersteuning en gidsen-organisatie, gebeurde zowel bij daglicht als bij duisternis.” Het combineren van operaties met helikopters, voertuigen en vaartuigen is volgens De Groot erg complex. “Amfibische operaties vragen om flexibiliteit en doorzettingsvermogen.”
Ervaringen meegenomen
Kapitein-luitenant ter zee Wiggert Vooijs, branchehead NG3 (Current Operations) van de Maritime Battle Staff vat het succes van CC-2020 kernachtig samen: “De ervaringen van Baltic Breeze zijn duidelijk meegenomen naar de Continuation Cruise. De verbindingen stonden sneller, procedures verliepen beter, binnen de staf en tussen de eenheden, waardoor de informatiedeling ook beter verliep. Er werden deze reis ‘hoog niveau’ luchtverdedigings- en schietoefeningen gedraaid, waar de vorige reis meer focus lag op onderzeebootbestrijding en zeemanschap.”
Kleine kanttekening
“De Continuation Cruise heeft nogmaals aangetoond dat we, ook in deze tijd van corona, onze mensen een veilige omgeving kunnen bieden om te trainen en te oefenen”, aldus commandeur Van de Sande. “Het kostte de nodige energie, maar deze reis toont aan dat we in staat zijn om veilig, met gepaste maatregelen, veel mensen naar zee te brengen.” Een kleine kanttekening, ten slotte: “Helaas zijn er tijdens deze reis geen havens aangedaan. We hopen dat dit weer snel op een veilige manier mogelijk is, want dat hoort er gewoon bij.”
Wisselende samenstelling
Op het hoogtepunt van de oefening namen bijna 800 militairen deel; in totaal ongeveer 1.100. Het eskader is tijdens de reis meerdere keren van samenstelling gewisseld. Na de eerste week zijn Zr.Ms. Van Speijk, Zr.Ms. Evertsen en FGS Nordrhein-Westfalen vertrokken om zich voor te bereiden op andere reizen. Aan het eind van die eerste week arriveerde juist weer de Cougar-transporthelikopter. In de tweede week sloten de mariniers van 1 MCG en een LCTU van SATG aangesloten voor een amfibisch opwerkprogramma ter voorbereiding op NATO-oefening Dynamic Mariner in de Middellandse Zee. Daarnaast was er een NH90-maritieme gevechtshelikopter aanwezig voor het uitvoeren van Helicopter Qualifications.
Stingerpeloton versterkt luchtverdediging
Tijdens Continuation Cruise 2020 trainde een stingereenheid van het Defensie Grondgebonden Luchtverdedigingscommando (DGLC) op de Noordzee aan boord van Zr.Ms. Johan de Witt. Met de geleide raketten schoten de stingerteams drones uit de lucht. Schepen die zichzelf niet kunnen verdedigen tegen luchtdreiging, zoals bijvoorbeeld mijnenjagers of hydrografische opnemingsvaartuigen, kunnen zo hun luchtverdedigingscapaciteit uitbreiden. Daarmee zijn de vaardigheden voor de ATG2020 verder bestendigd. Dit jaar geeft de Netherlands Maritime Force (NLMARFOR) leiding aan de amfibische reactiemacht van de NAVO, de Amfibische Taakgroep (ATG). Binnen 30 dagen is de Nederlandse ATG wereldwijd inzetbaar voor operaties in het hoogste geweldsspectum, maar ook voor humanitaire operaties en alles wat daartussen zit. De stingereenheid van DGLC maakt ook deel uit van deze reactiemacht en kan de luchtverdedigingscapaciteit van Zr.Ms. Snellius, een hydrografisch opnemingsvaartuig, uitbreiden.
Welke Nederlandse (varende) eenheden namen deel?
- Maritime Battle Staff van de Netherlands Maritime Force
- Zr.Ms. Johan de Witt (LPD)
- Zr.Ms. Rotterdam (LPD)
- Zr.Ms. Evertsen (LCF)
- Zr.Ms. Van Speijk (M-fregat)
- Stinger-peloton van het DGLC
- Cougar-transporthelikopter (300 Squadron, DHC)
- NH90-maritieme gevechtshelikopter (860 Squadron, DHC)
- 1 Marine Combat Group
- Landing Craft Tactical Unit van de SATG
Betrokken landen
- Nederland met eenheden van de KM, KLu en KL
- België, met een Alouette III-helikopter
- Duitsland, met FGS Nordrhein-Westfalen (Baden-Württemberg-klasse)
- Denemarken met F-16’s en de MULTEX range
- De Verenigde Staten met F-15’s (Eagle)