Tekst RITM Arthur van Beveren
Foto KAP Hester van Trommel
Ook Afghanistan voelt coronacrisis
Ondanks de coronacrisis gaat de missie Resolute Support in Afghanistan gewoon door. Op kamp Marmal bij Mazar-e-Sharif gelden strenge hygiënemaatregelen. Het risico op besmetting wordt zo klein gehouden, maar met patrouilles moeten de militairen toch echt samen in een pantserwagen.
Los van de maatregelen voelt korporaal Bart toch een mate van bewegingsvrijheid. Zeker als hij de verhalen hoort uit Nederland. De boordschutter van de A-cie 42 BLJ heeft het zelfs zo naar zijn zin dat hij 3 maanden langer blijft. “Mijn opvolger viel uit tijdens de quarantainetijd in Nederland dus kon ik de nieuwe staf uit de brand helpen door langer te blijven.” Naast zijn taak als boordschutter op de stafwagen is hij verantwoordelijk voor de bevoorrading van alle pelotons. “De hele dag door ritsel en regel ik spulletjes. Problemen met aanvoer zijn er eigenlijk niet.”
Kicken
Het mooiste van zijn uitzending zijn toch de patrouilles buiten de poort. “Aanklikken bij verschillende pelotons, door de stad heen. Dat is gewoon kicken. Vooraf had ik verwacht dat de dreiging voor ons groter zou zijn, maar dat valt mee. Ik heb eerder een missie in Mali gedraaid en dan ziet het er hier toch beter uit, er lijkt iets minder armoede te zijn. De laatste weken heeft het hier regelmatig geregend waardoor ook het erg groen is.” Rustiger is het voor Bart nu wel omdat verschillende landen hun adviseurs hebben teruggehaald. Vanwege het virus heeft het nu geen zin om deze mensen nog in Afghanistan te houden. Dat is een van de redenen waarom van de buitenpost op het Afghaanse militaire kamp Shaheen een ‘cold base’ is gemaakt.
Veilige haven
“Dagelijks vlogen hier zo’n 140 mensen in, militaire adviseurs en hun guardian angels. Op het kamp adviseerden zij hun Afghaanse counterparts”, vertelt eerste luitenant Roy die het grootste deel van zijn uitzending de commandant was voor het NAVO beveiligingsdetachement op de basis in Shaheen. In de veilige haven gaf hij vanuit het tactical operations center (TOC) leiding aan het multinationale FP-detachement dat iedere week uit een ander peloton bestond. “Er is nu geen vaste NAVO-eenheid meer aanwezig, maar er rijden wel regelmatig patrouilles heen”, weet de Limburgse Jager. Voor hem zit de missie in Afghanistan er bijna op. Roy kijkt terug op een interessante tijd, vooral door de samenwerking met buitenlandse partners.
Waarnemerstraining
“Het leukst vond ik de waarnemerstraining die werd gegeven door een Amerikaanse majoor en Duitse kapitein”, vervolgt Roy. “Ik ben zelf forward observer en mocht bij de start en beëdiging van de nieuwe waarnemerstraining zijn. Ze gaven advies aan de vuursteuntak van de Afghaanse brigade en leerden reguliere Afghaanse eenheden noodprocedures om helikoptersteun bij contact te leiden.” Nu de redeployment is georganiseerd en het kamp overgedragen, zit het grootste werk voor hem er op. De terugkomst in Nederland zal door de coronamaatregelen apart worden. “Geen groots onthaal wordt het. Snel de auto in en naar huis”, besluit de luit.
Eten afhalen
Direct contact met de Afghaanse bevolking is voor nu verbroken. Ook het lokale personeel dat normaal op Dutch Mountain werkt, zit thuis. Dat betekent dus zelf schoonmaken, onkruid wieden en afval wegbrengen. Verder geldt een mondkapjes-, afstands- en desinfectiebeleid voor zover dat mogelijk is. In het bedrijfsrestaurant, de DFAC, controleert het personeel of iedereen zich houdt aan deze maatregelen. Net als in Nederland kunnen militairen bij de restaurantjes op de basis enkel eten afhalen. Nu veel adviseurs zijn vertrokken is de taak van de Force Protection-compagnie grotendeels verschoven van persoonsbeveiliging (Guardian Angel) naar patrouilles rond het kamp Marmal.