Luchtmacht speelt grote rol bij opleiding Oekraïners tot crewchief

Drie maanden lang zijn 26 Oekraïense militairen in Nederland opgeleid tot crewchief voor de F-16. De luchtmacht leverde hier een bijdrage aan door onder meer leslokalen, slaapplekken én toestellen beschikbaar te stellen. Vorige week is de opleiding afgerond en inmiddels zijn de militairen terug naar Oekraïne om daar hun opgedane kennis in te zetten. “Ze waren heel leergierig. Het ging ze bijna niet snel genoeg, de noodzaak is groot.”

Tekst: kapitein Kirsten de Vries | Foto’s: archief Defensie

Dat de Nederlandse luchtmacht betrokken was bij het opleiden van de crewchiefs is niet geheel toevallig. Ons land levert 24 F-16’s aan Oekraïne en leidt vliegers uit het land op in het Europese F-16-trainingscentrum in Roemenië. “Via onze contacten in Oekraïne hadden we gesprekken over waar zij behoefte aan hadden. Toen kwam de uitvraag dat zij een tekort hadden aan crewchiefs en of wij niet een club mensen voor ze konden opleiden”, zo legt directeur projectdirectie Oekraïne generaal-majoor Arnoud Stallmann uit. “Wij hebben daarnaar gekeken en binnen een paar weken hebben we dat gefaciliteerd.”

F-16’s in Roemenië
Nederland leverde twee jaar geleden de eerste F-16’s aan het Europese trainingscentrum in Roemenië. Daarnaast helpt ons land bij het opleiden van Oekraïense vliegers.

Crewchiefs zijn voor en na vertrek verantwoordelijk voor de F-16’s. Zij doen onder meer de laatste checks en zorgen ervoor dat het toestel gereed is voor een volgende vlucht. Voor de opleiding werd een extern bedrijf ingehuurd dat de inhoud van de lessen verzorgde, de luchtmacht regelde de rest. In enkele weken tijd stond er een opleiding waarmee de Oekraïense militairen in eigen land verder kunnen. “Om dit op zo’n korte termijn te regelen geeft ook wel aan dat het voor Oekraïne van groot belang is. Zonder crewchiefs ga je niet vliegen, dus die heb je echt nodig.”

‘Zonder crewchiefs ga je niet vliegen’

Looppatronen en wielen vervangen

Tijdens de opleiding begonnen de Oekraïners from scratch’. Zo kregen ze bijvoorbeeld looppatronen aangeleerd; dus niet voor een motor langslopen als die draait en niet zomaar onder een vleugel doorlopen. Maar ook olie bijvullen, wielen vervangen en inspecties uitvoeren. In de praktijk hield dat in: dagenlang F-16’s opstarten. “Dat was echt de hele dag: aan-uit, aan-uit”, schetst Stallmann. “En dan kwamen er steeds crewchiefs, die de theorie kenden, langs om te trainen. Dan stonden ze de hele tijd om het toestel heen om alles te testen. Maar op die manier leren ze hoe je het samen doet.”

Portret generaal-majoor Arnoud Stallmann
Generaal-majoor Arnoud Stallmann

‘Ze moesten niet naar Nederlands niveau toegroeien, maar naar F-16-niveau’

Complex

Geen van de Oekraïense militairen had echt ervaring met een F-16, vertelt de generaal. Maar uiteindelijk slaagden ze alle 26 voor de opleiding. “Sommigen hadden er wel een beetje aan gesnuffeld, maar het ervaringsniveau was heel gevarieerd. Het waren wel technici die iets met het vliegbedrijf te maken hebben. Dus we konden snel starten met de opbouw.”

Behalve het gebrek aan ervaring zorgden ook de taalbarrière en een andere mindset voor de nodige uitdagingen. “Pas als iets stuk is, vervang je het daar. Terwijl wij kijken van: ‘goh, die band heeft zoveel gedaan, vervang hem maar. Dan blijf hij in ieder geval oké’. Een F-16 is best een complex toestel, waar dus ook aan de voorkant meer onderhoud zit. Oost-Europese of Sovjet-types zijn veel basaler; als iets stuk is, schroef je het eruit. De Oekraïners moesten dus niet per se naar Nederlands niveau toegroeien, maar naar het F-16-niveau.”

Een crewchiefs aan het werk bij een F-16.
De crewchiefs leerden onder meer olie bijvullen, wielen vervangen en inspecties uitvoeren.

Langetermijnopleiding

Het opleiden van de crewchiefs was in principe eenmalig. Nu Nederland afscheid heeft genomen van de F-16 en is overgestapt op de F-35, verdwijnt op den duur de benodigde kennis. Ook kan Oekraïne met de opgeleide crewchiefs voorlopig weer vooruit.

Maar Stallmann sluit niet uit dat er in de toekomst weer een beroep op de Nederlandse luchtmacht gedaan wordt. Al ziet hij meer in een opleiding voor de lange termijn. “Dit was een club mensen aan wie tijdelijk een tekort was. Maar we werken aan een technische opleiding, zodat grotere hoeveelheden en ook langjarig mensen opgeleid kunnen worden. We willen Oekraïne niet alleen F-16’s leveren, maar we willen hen helpen een moderne luchtmacht naar westers model te creëren. Voor de langere termijn willen we dan inregelen dat mensen een basisopleiding tot techneut krijgen. En daarna kunnen ze zich specialiseren in de F-16 of een ander vliegtuig.”

De generaal realiseert zich dat een langetermijnoplossing nu niet altijd datgene is dat Oekraïne kan gebruiken. “Dat is wat dagelijks de weegschaal is. Wat hebben we nu nodig? En hoeveel tijd besteden we aan de opbouw van de krijgsmacht van Oekraïne naar de toekomst toe? Daar moet een balans in zijn.”

Opening Europese F-16-trainingscentrum in Roemenië.
Nederland opende in 2023 het Europese F-16-trainingscentrum in Roemenië.

‘De Oekraïners gaan door totdat het niet meer nodig is’

Vrede

De directeur projectdirectie Oekraïne sprak zelf met een aantal van de crewchiefs die zijn opgeleid. Wat hem opviel, was hoe graag ze de nieuwe kennis in praktijk wilden brengen. “Ze waren heel leergierig. Het ging ze bijna niet snel genoeg, de noodzaak is groot. Hoewel er vredesonderhandelingen gevoerd worden, hebben ze niet het gevoel dat de oorlog morgen over is. Zij zitten echt nog in de strijd en ze gaan door totdat het niet meer nodig is. De Oekraïners kijken uit naar vrede, maar het is niet zo dat ze daarop kunnen rekenen.”

Nederland is een van de landen die deel uitmaken van de Air Force Capability Coalition. Dat is een samenwerkingsverband dat de Oekraïense luchtmacht ondersteunt. Het opleiden van de crewchiefs is hier onderdeel van. Nederland heeft de leiding samen met Denemarken en de Verenigde Staten. Sinds de inauguratie van president Donald Trump waait er in de VS een andere wind wat betreft de (financiële en militaire) steun aan Oekraïne. Iets wat Stallmann ook ziet. “Ik merk wat afwachtendheid. Maar de F-16 is ontegenzeggelijk een Amerikaans toestel en daarbij zijn we dus ook heel afhankelijk van Amerikaanse ondersteuning. Gelukkig loopt deze gewoon door.”