‘De laatste kogel zou ik voor mezelf bewaren’

Een eerbetoon aan hen die dienen of gediend hebben. Dat is de boodschap van Veteranendag, die dit jaar precies twintig jaar bestaat. Morgen worden veteranen met verschillende initiatieven in het hele land bedankt voor hun inzet in dienst van de vrede, nu en in het verleden. In dat kader vertellen we vier weken lang, indringende verhalen van hen die bereid zijn om het hoogste offer te geven voor het Koninkrijk der Nederlanden. Deze week is dat Dominique Schreinemachers, die op 10 december 2009 als helikoptervlieger ternauwernood aan de dood ontsnapte in Afghanistan.
 

Tekst: kapitein Jessica Bode i.s.m. Nationaal Comité Veteranendag | Foto: Nationaal Comité Veteranendag

Als klein meisje wil ze de ‘allertofste baan van de wereld’ en als ze als dertienjarige de Starfighter op televisie ziet concludeert Schreinemachers dat gevechtsvlieger worden daar heel dichtbij zou komen. Een droom die uitkomt, al is het een lange weg met een zware selectieprocedure en nog zwaardere opleidingen en trainingen. “Je moet over exact de juiste fysieke capaciteiten en intelligentie beschikken, niet te onrustig zijn en hard kunnen trainen”, somt ze op.

Als ze op haar 25e eindelijk combat ready is, wordt ze vrijwel direct (2009) uitgezonden naar Afghanistan. Daar wordt haar droom al snel een nachtmerrie als de Taliban de helikopter die ze bestuurt uit de lucht schiet. “Het is onmogelijk dat we dit hebben overleefd.”

Jonge vrouw met grote vliegerhelm en bril op, in de cockpit van een Cougar.
De nog jonge Schreinemachers in 2009 in Afghanistan voor de ISAF-missie in de provincie Uruzgan.

Mortieren

De ISAF-missie in de provincie Uruzgan is officieel een vredesmissie… “Maar toen we daar aankwamen was het duidelijk dat er voor die vrede nog flink gevochten moest worden”, benadrukt de voormalig Cougar-vliegster die sinds 8 december uit dienst is. “Tien minuten nadat we waren geland sloegen de eerste mortieren al in. Dan besef je meteen dat het oorlog is en ze proberen om je te vermoorden.”

Schreinemachers vliegt gedurende de missie zes dagen per week in de Cougar en ziet veel van het oorlogsgeweld. Dat ze zelf ook moet vechten wordt duidelijk op 10 december 2009. Ze zou een vrije middag hebben, maar moet op het laatste moment toch tien passagiers vervoeren. Tien minuten na vertrek wordt de heli onderschept door een Taliban-strijder die het kogelvuur opent. "Hij schoot een gordijn van kogels in onze richting. Een raakte ons in de staart; alle leidingen werden doorgesneden, dertig liter olie lekte over de passagiers en de helikopter werd onbestuurbaar. Alles wat ik geleerd had, was niet te rijmen met die situatie.”

Militairen zitten op grond en wenden hun gezicht af voor ronddwarrelend zand. In de lucht een Chinook.
Militairen in Uruzgan beschermen zich tegen het opwaaiende fijne zand, veroorzaakt door de dalende Chinook- helikopter die ze na hun actie op komt pikken. Foto: adjudant Richard Frigge, Mediacentrum Defensie.

Twaalf minuten

Wat volgt zijn de langste twaalf minuten van haar leven. “We wisten niet wat er was gebeurd en dat we geraakt waren, alleen dat alles ineens kapot was. Ik weet nog heel goed dat ik constant naar beneden keek en dacht aan waar ik heen zou moeten sturen als we crashten. Zouden die gasten eerder bij ons zijn in de bergen of in de open woestijn?”

In haar gedachten schieten allerlei scenario’s voorbij. “Ik dacht dat als ze mij zouden pakken, ik door het hele dorp verkracht en uiteindelijk vermoord zou worden. Als ze dat zouden filmen en die video naar mijn moeder zouden sturen, zou die vrouw daar nooit overheen komen. Toen heb ik besloten dat ik mijn laatste kogel voor mezelf zou bewaren”, vertelt ze in de podcast Mee op Missie.

Militairen liggen op de grond in bruin zand en schieten op een oefendoel
Dominique Schreinemachers en een collega tijdens een schietoefening in Afghanistan.
Schreinemachers naast een Cougar met haar hand op het toestel.
“Men dacht heel lang dat veteranen alleen oude mannen in colbertjes zijn.”

Niet volledig afgebroken

Omdat de staart niet volledig was afgebroken, lukte het de vliegster en haar collega’s om, weliswaar in doodsangst maar ongedeerd, te landen op een Amerikaans bevoorradingskamp. “Wonder boven wonder hebben we dat overleefd. Dat is het resultaat van goede keuzes, maar ook een hele grote dosis geluk. Waar we geland waren was ook heel bizar. Op veertig meter afstand aan de ene kant stonden drie vrachtwagens vol kerosine en op dertig meter aan de andere kant stonden vierduizend raketten opgeslagen.” Hoewel Dominique voor vertrek geen rekening had gehouden met afgeschoten helikopterstaarten, was ze zich wel degelijk bewust van de risico’s van haar ‘vette baan’.

Defensiementaliteit

Inmiddels is ze de dienst uit en heeft ze met hulp van andere veteranen een bedrijf opgericht, waarmee ze de defensiementaliteit introduceert in het bedrijfsleven en militaire ervaringen deelt. “Men dacht heel lang dat veteranen alleen oude mannen in colbertjes zijn. Ik vind dat de verhalen van alle veteranen verteld moeten worden. Mensen hebben echt geen idee wat we doen en ik wil dat de waarde ervan wordt gezien.”