Tekst Evert Brouwer
Foto Jarno Kraaijvanger

Personeel Munitiecomplex Veenhuizen oefent realistisch scenario

Ontploffingen, brand en een aantal zeer realistische gewonden zorgen voor een opwindende dag op Munitiecomplex Veenhuizen. Het gaat acht uur lang goed los op de twee locaties van het Defensie Munitiebedrijf (DMunB). Acteurs van 2-rescue, onder wie twee – zeer confronterend - daadwerkelijke geamputeerden, leven zich compleet uit. “Waar zijn z’n benen, ik weet niet waar de benen zijn,” gilt de één. De ander valt ‘in paniek’ de hulpverleners aan, die eerst aan hun eigen veiligheid moeten denken.

‘Met een overtuigend script en reële gewonden’

Het was wel weer eens tijd: een gezamenlijke oefening van de brandweer van Munitiecomplex Veenhuizen en het vrijwilligerskorps in die Drentse plaats, gemeente Noordenveld. Normaal gesproken is die minimaal een keer per jaar. De coronaperiode heeft echter ingehakt op de geoefendheid van de spuitgasten, die samen in oktober 2021 nog daadwerkelijk in actie moesten komen. Destijds kantelde een vrachtwagen met munitie langs de Kolonievaart en dat zette iedereen op scherp.

Vaker

De brandweer van Defensie kan bij een groot incident een beroep doen op de omliggende korpsen van bijvoorbeeld Veenhuizen, Haulerwijk (Fr) en Norg. Moet er dan nog eens worden opgeschaald, dan komt de brandweer uit Assen, en zo nodig, Zwolle aangesneld. Het bracht aan het licht dat het misschien verstandig is wat vaker de handen ineen te slaan.

De samenwerking tussen de brandweer Veenhuizen (gemeente Noordenveld) en de bedrijfsbrandweer van het Munitiecomplex Veenhuizen in beeld.

‘We beheren hier zo’n vijfhonderd munitiesoorten’

Veiligheidsdeskundige Ingeborg Goutbeek van het munitiebedrijf (DMunB) bedacht daarom deze kleinschalige oefening, waarmee zowel het tachtigkoppig personeel als de brandweer de puntjes op de ‘i’ kunnen zetten. “Dit moet ook een oefening zijn zoals het kàn plaatsvinden, met een overtuigend script en reële gewonden”, schetst zij.

Grootste munitiecomplex West-Europa

Op het enorme terrein, met zo’n tweehonderd bunkers het grootste munitiecomplex van West-Europa, wordt dagelijks gewerkt met alle soorten munitie. “Van klein kaliber tot anti-luchtdoelraket Patriot, we beheren hier ongeveer vijfhonderd verschillende munitiesoorten”, schetst het hoofd Fysieke Distributie Emiel Mulder. “Die moeten worden ingeslagen, opgeslagen, verzendgereed gemaakt, verzonden en in sommige gevallen onderhouden. . Dat gebeurt vanzelfsprekend onder de strengste veiligheidseisen, maar je wilt wel voorbereid zijn mocht zich een incident voordoen.”

Theorie en praktijk: Een gewonde is gestabiliseerd bij de brandweerkazerne. Kapitein-arts Joep geeft uitleg hoe te handelen. De burger- en militaire medewerkers kregen twee akelig realistische casussen voor de kiezen.

Effecten van inslag

In het eerste deel van die oefening komt de theorie uitgebreid aan bod. “Het zou perfect zijn als elke militair een opleiding als combat life saver (CSL’er) krijgt”, vindt docent kapitein-arts Joep (11 Luchtmobiele Brigade). “Dat geeft vertrouwen in elkaar.”

Overleg tussen de nieuwe bevelvoerders, Pascal (vrijwillige brandweer Veenhuizen) en Marco (links).

‘Dit is echt mijn droombaan’

Munitietechnicus sergeant-majoor Peter weet dat als geen ander. “Omgaan met gevaarlijke situaties is dagelijkse kost.” Bovendien werd, tijdens de uitzending van Dutchbat III bij Simin-Han (Bosnië) in juni 1995, het pantservoertuig waarin hij en z’n collega’s zaten beschoten met een antitankwapen. “Twee van mijn maten zijn zwaargewond geraakt, maar mij mankeerde vrijwel niets.” Daarna wilde de technicus precies weten wat de effecten zijn van een directe inslag, de gevolgen van de drukgolf en de mogelijke scherfwerking.

Nieuwe bevelvoerders

Die effecten, met een gesimuleerde klap en rook, komen goed tot uiting tijdens de training voor de brandweerlieden in Veenhuizen. De gezamenlijke oefening met de burgerbrandweer is voor beiden bevelvoerders een primeur. Vrijwillig brandweerman Pascal had nog nooit een stap gezet op het munitiecomplex en Marco is pas een half jaar als spuitgast werkzaam bij Defensie. Met rood aangelopen hoofd: “Ik ben afkomstig van de doe-het-zelf branche, maar ben gepassioneerd brandweerman. Ik heb elf jaar ervaring als vrijwilliger bij de brandweer van de gemeente Eelde. Dit is echt mijn droombaan, hier bij Defensie.”

De brand wordt aangevallen terwijl de gewonden nog op hulp wachten. Aan water geen gebrek: de brandweerwagen heeft een capaciteit van 5000 liter en het munitiecomplex heeft 145 bovengrondse brandweerkranen, plus nog eens veertien waterputten.

Aanvoeren

Het duo mag de troepen, in totaal een man of vijftien, aanvoeren. Ze kunnen zo nodig terugvallen op zeer ervaren collega’, belangrijk voor de kennisoverdracht. Pascal heeft (waarschijnlijk) de oudste spuitgast in Drenthe in zijn team. Deze Jan (67), lachend: “En ik heb ook nog eens ervaring met munitie. Ik heb als dienstplichtig militair, lichting 77-5, gediend bij het Regiment Van Heutsz, hier vlakbij in Assen.”

‘De stroom is eraf, check. Er ligt geen munitie meer binnen, check.’ De gebouwen zijn veilig en kunnen worden geïnspecteerd. Op de etage blijkt nog brand te zijn uitgebroken, dus worden de spuiten uitgerold.

‘Volgende keer liefst met meer deelnemers’

Hij heeft vaker geoefend op het terrein en tevens met de bedrijfsbrandweer van het DMunB, waar normaal gesproken Herman bevelvoerder op de TS-5000 brandweerwagen is. Net als de meeste van zijn defensiecollega’s is hij actief bij de vrijwillige brandweer in zijn woonplaats en dat is toevallig Veenhuizen. Kortom, met de samenwerking zit het wel goed.

Smaakt naar meer

Ondertussen gaan de brandweerlieden gezamenlijk ‘deur gaogel en bos’ om de brand te bestrijden en de gewonden bij de munitiewerkplaats weg te slepen. Geen kleinigheid, aangezien er flink stennis wordt geschopt door de acteurs. Pascal en Marco onderhouden ondertussen intensief contact. “Stroom is eraf, check. Er ligt geen munitie meer binnen, check”, klinkt het.

“Er zijn verbeteringen mogelijk of beter gezegd: zaken die ik anders zou aanpakken”, reageert brandweercommandant Roelof. “Bovenwinds of benedenwinds aanrijden, dat is een keuze. Moet je eerst de gewonden verplaatsen of vol inzetten op de brandbestrijding in het bos?”

“Dat zijn zaken waarover we het gaan hebben in een grondige evaluatie”, meldt Ingeborg Goutbeek. “Maar dit smaakt naar meer, liefst met meer deelnemers.”

Roelof, de brandweercommandant op munitiecomplex Veenhuizen (midden), is ook vrijwilliger bij Veenhuizen.