Tekst Kapitein Saminna van den Bulk
Foto Rob Gieling
Metamorfose Koninklijke Militaire Academie Breda bijna klaar
Menig oud-cadet zal het Kasteel van Breda van binnen niet meer herkennen. De Koninklijke Militaire Academie (KMA) is namelijk grondig verbouwd. Oude grandeur in een nieuw jasje.
Benieuwd wat hieraan vooraf ging? Lees hier het verhaal.
De KMA heeft een metamorfose ondergaan. Waar systeemplaten voorheen het laaghangende plafond ontsierden, zijn de legeringskamers nu hoog en baden ze in het licht. De groezelige muren in de gang zijn strak gestuct en gewit. En: geen kou meer! De tocht in de ruimten is weg. Het is slechts een greep uit de lange lijst aan verbeteringen. In 2019 werden de eerste en tweede verdieping, alsook de zolder, gesloten voor onderhoud. Cadetten werden tussentijds geherbergd in noodgebouwen op het hockeyterrein.
Van kasteel naar academie
Het Kasteel van Breda stamt uit 1535 en diende ooit als ‘stamslot’ van de voorouders van de Nederlandse Koninklijke familie, de (Van) Nassaus. In de zestiende eeuw werd het kasteel verbouwd tot Renaissancepaleis, waarna het Rijksmonument in 1828 het thuis werd voor de Koninklijke Militaire Academie.
Verspijkerd
Het project, dat architect Loes van Rijnsbergen al twaalf jaar bezighoudt, begon als verzoek om de brandveiligheid te verbeteren. Maar de problemen bleken groter dan dat. De ene ruimte leek op een oud ziekenhuis, de ander op een kamer in een statig paleis. Daarbij werd het gebouw in de afgelopen zeventig jaar regelmatig verspijkerd. “We zijn op zoek gegaan naar samenhang. Daarbij zijn verduurzaming, verbetering en renovatie de uitgangspunten”, vertelt de architect enthousiast.
Nieuwsgierig? Loop mee door een vernieuwd kasteel.
De zolder
Van Rijnsbergen loopt eerst naar de zolder, het ‘hart van de verbouwing’. Er staan grote grijze machines. Het zijn luchtbehandelingskasten die de lucht in het kasteel verversen. Door de nieuwe schoorstenen wordt lucht toe- en afgevoerd. Hier zijn de buizen nog vervlochten in de spanten van het dak. Beneden zijn de leidingen verwerkt in schouwen en plafonds. Op zolder komen alle systemen samen. "Zo bespaar je veel functionele ruimte beneden.”
Een kasteel als de KMA verduurzamen brengt een gigantisch energievraagstuk met zich mee. Op basis van berekeningen weet Van Rijnsbergen te vertellen dat met de nieuwe, slimme systemen straks veertig procent van de energievraag wordt bespaard. Zo is er stadsverwarming aangelegd, wat zorgt voor een duurzame verwarming van alle ruimtes. Een knap staaltje moderne techniek in een eeuwenoud pand.
Achthonderd ramen
De tocht is eruit. Alle kozijnen met grofweg achthonderd ramen zijn gerenoveerd. In de kozijnen zit nu monumentaal isolerend enkelglas. Waarom geen dubbel glas? “Dat zou de warmte goed binnenhouden in de winter, maar weer teveel vasthouden in de zomer.” Voor het comfort zijn alle legeringsruimten voorzien van dikke gordijnen die eventuele de koude straling tegenhouden. Ze gaan automatisch dicht zodra de schemer intreedt en open als de zon opkomt. Vanzelfsprekend zijn ze ook handmatig te bedienen.
Stralingsplafonds
De verwarming maakt het comfort compleet. Voorheen waren de ruimtes uitgerust met radiatoren. Nu is gekozen voor stralingsplafonds. Deze geven een continue warmte af en zorgen niet voor convectie (luchtstromen).
Deze nieuwe verwarming is bewegingsgestuurd. Is de eenheid bijvoorbeeld op bivak, dan gaat de temperatuur terug naar vijftien graden. Bij terugkomst is de ruimte binnen een half uur weer op temperatuur. Op de gangen van de eerste verdieping zitten gewelven, waardoor de plaatsing van een stralingsplafond hier niet mogelijk is. Daar is dus wel gekozen voor radiatoren. Stemmige kastjes, die passen bij het karakter van het gebouw.
Mist tegen de vlammen
De brandveiligheid verbeteren was de initiële opdracht. Dat systeem is in het hele gebouw nu dus ook aangepakt. Overal hangen inmiddels watermistkopjes. Die creëren geen regendruppels, maar een mist in geval van brand. Hierdoor gaat het zuurstofpercentage in de ruimte omlaag en wordt het koeler. Beide effecten zorgen voor het doven van de vlammen. Daarbij staat de mensveiligheid natuurlijk voorop, maar door de mist loopt het Rijksmonument ook zo min mogelijk waterschade op.
Modern, doch traditioneel
Het gebouw was door aanpassingen uit het verleden 'hokkerig' geworden. Van Rijnsbergen: “We wilden de helderheid van het gebouw terugbrengen. We hebben onnodige muren gesloopt. De zichtlijnen zijn terug: dichte deuren zijn vervangen door zwartstalen brandwerende portalen met glas. De grote zwarte armaturen in de gangen zijn bedacht door een lokale ontwerper. Kloek, sterk en tegelijkertijd modern.”
Het moderne en het traditionele komen ook samen in de Grote Zaal (Groza). De oude kolommen zijn opgeknapt en voorzien van een kroon, dit stond ook op de tekeningen uit 1948. Ze zijn voorzien van moderne armaturen en noodverlichting.
Nieuwe ‘wasstraten’
Sanitaire ruimte? Eerder een smoezelige omgeving. In de nieuwe badkamers zijn de kleine oude tegeltjes verdwenen. De verlopen douchehokjes hebben ook hun weg naar de stort gevonden. Het kasteel is weer voorzien van moderne ‘natte ruimtes’, die op het eerste zicht niet in een hotel zouden misstaan. “Sommige sanitaire ruimtes zijn ‘cadettenwasstraten’”, zegt Van Rijnsbergen glimlachend. Die zijn gemaakt op het snel omkleden en poetsen van de cadet.
Cadettenproof
Allemaal prachtig, die luxe. Toch staan militairen niet bepaald bekend om hun fysieke subtiliteit. Een militaire academie moet wel tegen een stootje kunnen. Daar is volop rekening mee gehouden bij de metamorfose. Van wasbak tot portaal: alles is ‘cadettenproof’, zegt Van Rijnsbergen. Zo zijn de kaders bij de deuren gemaakt van extra sterk materiaal. De wasbakken in de badkamers zien er wellicht luxe uit: ze zijn tevens solide. Daarbij is de muur voorzien van schrobvaste verf. Wel zo handig voor de cadet die groen en bruin uit het veld komt.
Terug naar vroeger
De portalen voor de slaapvertrekken waren aardig afgeleefd. Dat is deels karakter: al die lagen verf zijn een laagje in de honderden jaren geschiedenis. Een lokale restauratieschilder zorgt er met een speciale sponstechniek voor dat de portalen weer een kleur krijgen die passen bij het kasteel.
Zichtbare grandeur
Het is het zichtbaar maken van de grandeur uit de geschiedenis. Dat gebeurde onder andere bij de Indiëzaal. Tijdens de verbouwing komt hier de verborgen gietijzeren trap tevoorschijn, die werd aangelegd aan het einde van de negentiende eeuw. Het gehele portaal alsook de aanpalende zaal zijn aangepakt. In de vitrines komt de oude historische verzameling.
Flexibel in te richten
De legeringsruimten zijn multifunctioneel. Nu worden ze ingericht als slaapvertrekken voor de cadetten, met verborgen stopcontacten om op de kamer te kunnen werken. Aan de muren komen legeringskasten. De ruimtes zijn met elkaar verbonden door een deur. Mocht het nodig zijn, dan is de ruimte in korte tijd om te toveren tot werkruimte.
Slapeloze nachten
Het resultaat is een knipoog naar paleis, op maat gemaakt voor de defensieorganisatie. Het kasteel mag met recht weer een kasteel genoemd worden. De monsterklus zorgde bij Van Rijnsbergen regelmatig voor slapeloze nachten. Zelfs tijdens haar vakantie kwam ze regelmatig een kijkje nemen. Het project was uitdagend. En, tegelijkertijd doodeng: “Natuurlijk konden wij deze opdracht aan, maar het is wel geschiedenis dat je schrijft. Het kasteel was een samenraapsel van verschillende verbouwingen en achterstallig onderhoud. Elke nieuwe keuze die je maakt heeft invloed op zo’n monumentaal gebouw. Deze moeten weloverwogen en toekomstbestendig zijn, en om de kwaliteit weer terug te brengen.”
Begane grond
Tijdens de verbouwing werden de zolder, de tweede en de eerste verdieping aangepakt. Voor de begane grond geldt dat de hinderlijke tussenwand in het bedrijfsrestaurant nog weggehaald wordt. Verder is daar, alsook in het souterrain, de brandveiligheid aangepakt.
Constructiefouten
De verbouwing liep een jaar uit door constructiefouten, chroom 6 en asbest die in het gebouw werden aangetroffen. De komende weken gaan de puntjes op de i. Zo moeten de nieuwe deuren van de legeringskamers nog komen. Eind oktober wordt het gebouw opgeleverd. Dan kunnen de cadetten terug naar hun kasteel.
En Van Rijnsbergen? Die loopt zichtbaar trots door het kasteel. Voor haar komt er een einde aan ruim een decennium Project KMA. “Hierna volgt een zwart gat”, grapt ze. En dan, serieuzer: “Hier kan geen project meer tegenop.”