06

Dit artikel hoort bij: Defensiekrant 06

Terugkijker

Tekst Leo de Rooij
Foto Collectie Nederlands Instituut voor Militaire Historie

Het is weer tijd voor een blik op de kalender. In de rubriek 'Terugkijker' richten we het vizier om de week op een bepaalde gebeurtenis uit het verleden. Van militair-historische aard en gebeurtenissen waarbij Defensie betrokken was, maar ook situaties met globale impact.

Om het ‘o ja’-gevoel op te roepen, maar ook omdat we in deze jachtige tijd gebeurtenissen vaak zo snel vergeten en weinig stilstaan bij ons verleden. In deze derde aflevering gaan we terug naar 22 februari 1944. Nijmegen wordt  getroffen door een bombardement van geallieerde vliegtuigen.

De door bombardementen verwoeste panden, gezien vanuit de Korte Molenstraat, (Fotopersbureau Gelderland. Dit werk is afkomstig uit de collectie van het Regionaal Archief Nijmegen).

De stad Nijmegen wordt op 22 februari getroffen door een luchtbombardement. Rond halftwee 's middags werpen Amerikaanse (!) bommenwerpers een dodelijke lading op de binnenstad. Hierbij komen ruim achthonderd mensen om het leven. Een groot deel van de historische binnenstad wordt verwoest, waaronder de Grote of Sint-Stevenskerk en de Sint-Augustinuskerk.

De Amerikaanse piloten waren op weg naar Duitsland, maar moesten vanwege slecht weer rechtsomkeert maken. Als het oorspronkelijke doelwit niet bereikbaar was, moesten de vliegtuigen op zoek naar een target of opportunity, een ander geschikt doel dat wel kon worden gebombardeerd. Dat was simpel de procedure. Daarom bestookten de bommenwerpers op die 22e februari Nijmegen, Arnhem, Deventer en Enschede.

Luchtfoto van het Nijmeegse bombardement. Foto: collectie NIMH

Desastreuze gevolgen

De piloten kozen hun gelegenheidsdoel nadat hun missie naar het Duitse Gotha was mislukt. Doelwit was onder meer het Nijmeegse spooremplacement. Door onervarenheid van de vliegers, slechte richtlijnen en verkeerde inschattingen kwamen de bommen echter voor een groot deel midden in het centrum van de stad terecht, met desastreuze gevolgen. Omdat ze door Amerikaanse vliegtuigen werden afgeworpen, werd lange tijd - soms nog tot op de dag van vandaag - over een vergissingsbombardement gesproken.

Het eigenlijke doelwit, het Nijmeegse spoorwegstation, raakte ernstig beschadigd. Achteraf beweerden officiële geallieerde bronnen dat de piloten dachten dat ze nog boven Duitsland vlogen en Nijmegen aanzagen voor de Duitse steden Kleef of Goch. Sommige vliegers verklaarden echter een uur na de landing in Engeland al dat ze Nijmegen hadden gebombardeerd en een navigator meldde dit zelfs al tijdens de vlucht, vlak na het bombardement.

Geen kritiek

Hoewel van officiële zijde dus lang werd gesproken van een 'vergissingsbombardement' (Nijmegen zou het verkeerde doelwit zijn), wees historisch onderzoek uit dat de aanval wel degelijk doelbewust was gekozen. Immers, de stad was bezet door de Duitsers. De aanval werd echter zeer slecht uitgevoerd. De Nederlandse regering in ballingschap in Londen wilde geen kritiek leveren op landen die een rol konden spelen bij de bevrijding van ons land. Nationale en lokale autoriteiten besloten decennialang grotendeels te zwijgen over de rampzalige gebeurtenis. Daardoor bleven veel vragen onbeantwoord en konden complottheorieën over de 'ware' toedracht wortel schieten.

Foto collectie NIMH