Tekst Bert van Elk
Foto NIMH

Het verhaal van: luchtmachtveteraan Dick Buchel van Steenbergen

Op 15 augustus herdenken we het einde van de Tweede Wereldoorlog in Azië. Hoewel de oorlogsjaren in ‘De Oost’ in heftigheid niet onderdeden voor wat er in Europa gebeurde, trekt de strijd in Nederlands-Indië veel minder de aandacht dan die in Nederland. Veel van de militairen die destijds de wapenen opnamen zijn, 76 jaar later, inmiddels overleden.

Als eerbetoon aan hen besteed de Defensiekrant 76 jaar later aandacht aan de oorlog in de Indische Archipel op basis van al eerder gepubliceerde artikelen.

“Een heldere lichtflits, net als een gigantische fotoflitser, alleen dan met desastreuze gevolgen.” Zo omschreef de 95-jarige luchtmachtveteraan Dick Buchel van Steenbergen wat hij ruim 76 jaar geleden meemaakte. Hij was als krijgsgevangene, getuige van de Amerikaanse nucleaire aanval op de Japanse stad Nagasaki. “Na het optrekken van de wolk werd langzaam maar zeker de chaos zichtbaar. Echt álles was weggevaagd. Het is een wonder dat ik het heb overleefd.”

Onderstaand artikel is geschreven door Johanna van Waardenberg en Arno Marchand en verscheen in De Vliegende Hollander van juli 2015. Dick Buchel van Steenbergen overleed op 11 juli 2019 op 99-jarige leeftijd in zijn woonplaats Aalst.

Dick Buchel van Steenbergen krijgt een medaille voor z’n inzet.

Victory of Japan

76 jaar geleden, op 2 september 1945, ondertekent Japan de overgave aan boord van het Amerikaanse slagschip USS Missouri dat in de baai van Tokyo ligt. Het officiele einde van de Tweede Wereldoorlog. Ruim twee weken eerder, op 15 augustus, hebben alle Japanse strijdkrachten zich al overgegeven. Beide data worden wel als 'Victory over Japan' of VJ Day aangeduid, maar de vijftiende houdt Nederland aan voor de jaarlijkse herdenking.

'Over het nut en de noodzaak van de atoombommen is veel geschreven’

In as

Japan wordt vanaf eind 44 door zware lange afstandsbommenwerpers platgebombardeerd. Veel bouwwerken zijn van hout en brandbommen blijken na een 'proef' op de stad Kobé, zeer succesvol. Het doel daarna is Tokyo. Liefst 334 bommenwerpers van het type Boeing B-29 Superfortress leggen, aangewakkerd door de wind, zo’n 26 vierkante kilometer van de stad in de as.

Op deze manier volgen talloze aanvallen, waarmee de oorlogsindustrie van het keizerrijk grotendeels wordt stilgelegd. Maar Japan geeft zicht niet over, waarna de Amerikanen besluiten tot twee nucleaire aanvallen. Over het nut en de noodzaak van de atoombommen in relatie tot het beëindigen van de strijd is veel geschreven. Feit is dát ze plaatsvonden.

De dikke man en de kleine jongen

Na atoombom 'Little Boy' op Hiroshima werpen de Verenigde Staten op 9 augustus 1945 ook op Nagasaki een atoombom af. De ‘Fat Man’. Het 3,25 meter lange vernietigingswapen is met 4.545 kilo iets zwaarder dan Little Boy. Bij de aanval vallen tussen de veertig- en tachtigduizend doden. Van wie de helft op de eerste dag en de rest in vier maanden erna. Door het heuvelachtige terrein van Nagasaki is de 'schade' beduidend beperkter dan bij de aanval op (het vlakke) Hiroshima. Kort na de aanvallen capituleert Japan onvoorwaardelijk. Hiermee komt een eind aan de Tweede Wereldoorlog. Tevens leiden de atoombomaanvallen tot de onafhankelijkheid van de Aziatische landen die Japan tijdens de oorlog heeft veroverd.

'Verschrikkelijke bom'

De verwoesting die de bom veroorzaakt, is gigantisch. “We zagen direct dat dit een ander soort wapen was”, vertelt Buchel van Steenbergen. “Verder wisten we niets. Ook de Japanners niet. We noemden het de 'verschrikkelijke bom', maar dachten er verder niet over na. We waren op dat moment ook te druk bezig met overleven onder die barre omstandigheden, dus spraken we er verder niet over.”

Op weg naar de vrijheid mochten de ex-gevangenen slechts enkele spullen meenemen

Vrede en chocolade

Een aantal dagen na de aanval meldt een Japanse officier plechtig maar geëmotioneerd dat de oorlog is afgelopen. “We waren vanaf dat moment vrij om te doen wat we wilden. Kort erna vlogen Amerikaanse vliegtuigen boven het kamp die voedselpakketten afwierpen. Ik heb er meteen van genoten. Lekkere zoete chocolade. Later werden we door de Amerikanen opgehaald. Toen pas hoorden we iets over vervuiling door de bom; daarom moesten we ons douchen.”

Op weg naar de vrijheid mochten de ex-gevangenen slechts enkele spullen meenemen. In het geval van Buchel van Steenbergen een horloge, een Japans voedselblikje, een kunststof beker en een bidboekje. “Tijdens dit soort momenten grijp je snel terug naar het geloof. Ik had een boekje bijgehouden. Dat móest mee. De andere items nam ik mee als herinnering aan die tijd. Tot op de dag vandaag heb ik de spullen nog. Een deel heb ik aan de Bronbeek gedoneerd”, vertelt hij met gepaste trots.

‘De erkenning en besef van de ramp komt pas vele jaren later’

Spanning, plezier en gevaar

Terug in Indië treedt Buchel van Steenbergen, net als voor de oorlog, in dienst bij de Militaire Luchtvaart van de Koninklijk Nederlands Indisch Leger. “Karteringsvluchten met overboordfotografie uit een Lockheed 12 en Piper Cub. Prachtig om te doen! Later ben ik vrijwillig met de politionele acties meegegaan. Als chauffeur, later ook met het uitstrooien van pamfletten uit een Catalina van de Marine Luchtvaartdienst. Voor mij wat het een fantastische en avontuurlijke tijd. Een grote mate van vrijheid en geweldige kameraadschap. Ik heb eigenlijk alleen maar spanning en plezier gezocht en gevaar was daar zeker bij.”

Besef

Regelmatig kreeg Buchel van Steenbergen verzoeken voor interviews over de atoomaanval. Volgens de luchtmachtveteraan komt de erkenning en besef van de ramp pas vele jaren later. “Ik ben een aantal keer teruggegaan naar Japan. Daar kregen de mensen die in het kamp hadden gezeten erkenning. Alles wat er over de ramp in de media gepubliceerd is, heb ik bewaard. Door de jaren heen heb ik een uitgebreid archief samengesteld. Dat is voor mij een manier om de ramp nooit te vergeten.”