Tekst kapitein Jessica Bode
Foto archief Mediacentrum Defensie

Personeelsproblematiek dwingt marine tot zware maatregel

Dit beeld is voorlopig verleden tijd.

Vanwege het oplopende personeelstekort gaat Zr.Ms. Van Speijk noodgedwongen tegen de kant. Het personeel van het fregat moet worden ingezet op andere marineschepen. De maatregel geldt waarschijnlijk tot eind 2024. 

Sinds vorig jaar wordt er, tevergeefs, alles aan gedaan om de Van Speijk te laten varen. Maar het personeelstekort verbetert niet en door het coronavirus is er nóg minder personeel beschikbaar. Tot overmaat van ramp moest een deel van de bemanning worden afgestaan aan zusterschip Zr.Ms. Van Amstel. Dit fregat kampt eveneens met bezettingsproblemen, maar moet opwerken vanwege NAVO-inzet later dit jaar. 

Overigens is op dit moment geen enkel marineschip robuust gevuld. Ofwel, in staat om met een volledige bemanning 24/7 alle taken uit te voeren die worden opgedragen. Voor vrijwel alle vaaropdrachten geldt dat de bemanning aangevuld moet worden met collega’s van andere schepen.

Het gaat trouwens om allerlei functies en rangen. Of het nu de technische, logistieke of nautische dienst is. Al is het tekort onder matrozen het grootst."

Wat betekent dit voor de marine? De commandant van Zr.Ms. Van Speijk kapitein-luitenant-ter-zee Stephan Glaser legt uit:

1. Uw schip gaat naar verwachting 2,5 jaar tegen de kant. Dat lijkt me pittig!?

“Ja, dit is ingrijpend. We kunnen roepen dat het personeelstekort groot is, maar nu zie je concreet wat de impact daarvan is. En het is niet 1-2-3 opgelost. Tsja, als er volgende week duizend extra werknemers op de stoep staan, die ook allemaal ervaren en gekwalificeerd zijn, kunnen we heel snel schepen vullen. Maar dat zie ik niet gebeuren. Het schip gaat waarschijnlijk begin 2024 voor een jaar in zogenoemd ‘benoemd onderhoud’. Daarna kunnen we hopelijk weer varen.” 

Zr.Ms. Van Speijk gaat waarschijnlijk pas na het ‘benoemd onderhoud’ in 2024 weer varen.

2. Dus dat was het dan voorlopig? Motor uit en deuren dicht... 

“Nee, dat zeker niet. Ik vergelijk het met een auto. Als die jarenlang heeft stilgestaan, rijd je er ook niet zo mee weg. De dieselmotor van het schip moet af en toe aan, de systemen eens in de zoveel tijd draaien. Anders ontstaat schade door het niet gebruiken ervan. Er wordt gewerkt aan een plan waarin staat hoe het schip ‘personeelsarm’ kan worden weggelegd. Hoe dat precies ingevuld wordt is nog niet zeker. Het kan zijn dat er mensen aan boord moeten blijven, of dat een team wordt ingericht dat vanaf de wal opereert.”

De Van Speijk is al langere tijd een soort trainingsschip voor opleidingen.

3. Stonden er oefeningen of inzetten op de agenda die nu niet door kunnen gaan?

“Ja, maar vanwege de lage personeelsbezetting zijn we al een jaar een zogenoemd Forces of Lower Readiness. Dat betekent dat we met een kleinere bemanning voeren (100 van de 160 personen) en qua taken al langere tijd afschalen. Maar daardoor werd de Van Speijk wel een soort trainingsschip voor opleidingen. Dat werd zelfs de hoofdtaak. Dat kan nu niet meer. Ook zijn we niet te zien op de Rotterdamse Wereldhavendagen.”

“We hebben gelukkig heel wat operationele jaren achter de rug”, reageert Van Speijk-commandant overste Stephan Glaser.

4. Maar geen enkel schip heeft genoeg personeel. De problemen op de Van Amstel zijn ook groot. Waarom wordt dan de Van Speijk stilgelegd?

“Dat heeft te maken met de ‘vaarcyclus’ van de schepen. Zr.Ms. Van Amstel komt net uit groot onderhoud en werkt op voor operationele inzet later dit jaar in NAVO-vlootverband. De Van Speijk kreeg in 2017 voor het laatst onderhoud. We hebben heel wat operationele jaren achter de rug. Normaal gesproken is een schip vier jaar operationeel en volgt één jaar onderhoud. Dat was in ons geval uitgesteld naar 2024, maar zolang redden we het dus niet.”

5. Zr.Ms. Johan de Witt wordt na de zomer eerder aan de kant gehaald dan gepland. Nu de Van Speijk. Waar eindigt dit?

“Ja, goede vraag. Het personeelstekort is groot. Dat heb je niet zomaar opgelost. Je kunt wel mensen aannemen, maar dat betekent niet dat we gelijk korporaals met vijftien dienstjaren hebben. De tijd zal het leren.”