Tekst kapitein Arthur van Beveren
Foto korporaal Gregory Fréni
EOD maakt Amerikaanse 500-ponder onschadelijk
Bij de Explosieven Opruimingsdienst (EOD) verwacht je meestal een grote knal, maar vandaag ging dat ook gepaard met heel veel rook. Dat was precies de verwachting voor de zeldzame Amerikaanse brandbom uit de Tweede Wereldoorlog, die vandaag in het Hassinkbos bij Epse onschadelijk werd gemaakt.
“Dat is een flinke melkbus!”, grapt meneer Klijn Velderman (83) bij het zien van de Amerikaanse brandbom. “Goed voor carbidschieten!”. Velderman heeft zich met een aantal vrijwilligers van de voetbalclub verzameld rond een vrachtwagen van de EOD in het Gelderse Epse. “Hebben jullie hem al uit de grond gehaald?”, vraagt iemand anders. De mannen vinden het bezoek van Defensie reuze-interessant. Daar had majoor Peter van de EOD al rekening mee gehouden. Speciaal voor vandaag heeft hij een al onklaar gemaakte versie meegenomen. “Komt uit onze studieverzameling”, vertelt de EOD'er terwijl hij bij het gietijzeren gevaarte van bijna een meter lang tekst en uitleg geeft.
Bombardement
De brandbom die vandaag onschadelijk is gemaakt ligt op dat moment nog in het bos. Ingebouwd in een constructie van containers en een berg zand. Op 21 maart 1945 lieten geallieerde bommenwerpers boven het Hassinkbos 64 bommen, waaronder deze AN-M76, los. Het doel? Een Duitse brandstofopslag.
Heel explosief was de lading niet. Wel zeer brandbaar weet majoor Peter. “De twee ontstekers aan beide kanten zorgden bij contact met de grond voor een kleine explosie die de bom liet scheuren. Een lading fosfor ontstak vervolgens de honderd liter brandgel die over een gebied van honderd bij tweehonderd meter werd verspreid. Alleen bij deze bom in Epse hebben de ontstekers hun werk niet gedaan.”
Verplaatsen of niet?
De EOD is vandaag met tien man sterk. “Een groot team, omdat we dit soort bommen bijna nooit ontmantelen. Omdat het om een brandbom gaat, hebben we mensen bij ons die in beschermde pakken met ademlucht kunnen werken.”
Maar is verplaatsen geen optie? “Nee, de bom heeft een dunne wand. Die is bij het neerkomen waarschijnlijk ingedeukt. We weten niet in hoeverre de binnenkant beschadigd is. Als we de ontstekers eruit halen, kan er zuurstof bij de fosforlading komen die de brandemulsie van diesel en magnesium in brand zet. Dat is niet wenselijk. Daarom hebben we ter plekke een springlading van twee kilo op de bom geplaatst waarna die gecontroleerd uitbrandt.”
1.600 graden
En dan is het even voor één uur ’s middags. De wegen zijn afgezet, bewoners in de directe omgeving moeten binnen blijven. Drie, twee, een….en een doffe harde klap volgt. Tot 1.600 graden Celsius moet het nu in de container zijn. Dikke zwartgrijze en later witte rook komt uit zowel de speciaal gemaakte ‘kachelpijpen’ en de voorkant van de container. Een meetteam van het RIVM controleert op giftige stoffen.
Het is als kijken naar de schoorsteen van het Vaticaan. “Lochem heeft een Paus”, klinkt het. Dan nog twee knalletjes en een grote explosie met vuur. Achter elkaar ontploffen de oorspronkelijke explosieve ladingen. Na twintig minuten is het vuur gedoofd en een uur na de laatste klap trekt de laatste rookwolk weg. Na een uitdampperiode voert de EOD volgende week een nacontrole uit, waarnaar de operatie wordt afgerond.
Metaaldetector
De bom werd in april ontdekt door iemand met een metaaldetector. En daar is boswachter René Abbink niet blij mee. Hij komt vaker mensen tegen die op zoek zijn naar oorlogstuig. “Men is zich niet bewust van de gevaren en de schade aan de natuur. Vrij wandelen op de paden staat er op de bordjes, maar men gaat middenin het vogelbroedseizoen diep het bos in en zet een schep in de grond.”
Het gaat volgens Abbink bovendien om levensgevaarlijke munitie. “Laatst kwam ik in een ander gebied vier jongens tegen van rond de vijftien jaar die hun zakken vol hadden met tachtig jaar oude scherpe .50 patronen. Eén zat er al hard op een patroon te poetsen. Die kregen een boete. Maar verbieden voorkomt alleen maar dat mensen hun vondst ook melden.”
Gezond verstand
Dit beaamt burgemeester Sebastiaan van ’t Erve van de gemeente Lochem waar Epse onder valt. “We kunnen nooit alle risico’s uitsluiten. We hebben een groot buitengebied waar veel oorlogshandelingen hebben plaatsgevonden. Vind je iets? Laat het liggen en bel de politie. Gebruik je fatsoen en gezond verstand. Ik hoop dat we samen de buurt veilig kunnen houden. In dit geval proberen we met een uitgebreid draaiboek rond de ontmanteling de situatie zo voorspelbaar mogelijk te maken, uiteraard met de kennis van EOD.”