Tekst Ritmeester Djenna Perreijn
Foto Tim van Dijk
Situatie lijkt mee te vallen, maar toch genoeg te doen
Het grootste Nederlandse marineschip Zr.Ms. Karel Doorman is inmiddels voor coronahulp in het Caribisch gebied, maar de situatie lijkt mee te vallen. Tóch is er genoeg te doen voor de militairen.
'We zijn blij dat jullie er zijn en velen met mij. Het geeft hoop voor de toekomst'. De woorden van de loods (een lokale inwoner die adviseert bij de aankomst) in de haven van Curaçao gaven de commandant van Zr.Ms. Karel Doorman gisteren een warm welkom. "Dit soort geluiden horen we veel. Ons grote schip valt op en geeft de mensen een gevoel van veiligheid. We staan klaar", vertelt kapitein ter zee Henk Suurveld.
Het schip helpt nu stationsschip Zr.Ms. Zeeland met onder meer maritieme grensbewaking. De medische goederen die het schip meebracht, zijn vooralsnog niet nodig. "En laten we hopen dat dat zo blijft. Ter ondersteuning van de lokale autoriteiten kunnen we ook onze andere taken uitvoeren, zoals luchttransport, zeetransport en grensbewaking." Het joint support ship voert nu kustwachtpatrouilles uit ten zuiden van de bovenwindse eilanden.
'Wie in aanraking komt met een besmette verdachte, moet 2 weken in quarantaine'
Weinig capaciteit
Na een militaire steunaanvraag van Sint Maarten werd eerder al extra intensive care capaciteit ingevlogen. Vorige week donderdag zette de Doorman 48 mariniers af. Zij helpen het Korps Politie bij het handhaven van de openbare orde en veiligheid. Voornamelijk het controleren van de naleving van de maatregelen. Denk aan het houden van afstand en toezien op documenten die op zak moeten zijn om aan te tonen dat iemand naar buiten mag.
Het militair transportvliegtuig KDC-10 zette 20 KMar-collega's en 14 medici op het eiland af. “Die hulp is welkom gezien het feit dat het Politie Korps Sint Maarten zelf te weinig capaciteit heeft”, vertelt kapitein Dirk Jan Falize, Hoofd Operatiën op het eiland. “Wie in aanraking komt met een besmette verdachte, moet 2 weken in quarantaine. Bij de eerste verdenking missen we dus al 2 collega's.”
Carnaval vieren
Falize woont op Sint Maarten en verwacht dat de premier de maatregelen over 2 weken verlengt. “In de shanty towns, (dichtbevolkte buurten, vergelijkbaar met sloppenwijken, red.) werd gewoon carnaval gevierd. Zo stijgt het aantal besmettingen weer. Medici bezoeken dit soort wijken met veel laagopgeleiden en illegalen om op het virus te testen en voorlichting te geven. Politie zorgt voor hun veiligheid. Veel eilandbewoners leven de regels strikt na, maar sommige mensen willen de ernst niet begrijpen. We hopen dat de informatie zich over het eiland verspreidt en onze aanwezigheid voor rust zorgt.”
Net als in Nederland beginnen sommige mensen de maatregelen als hinderlijk te ervaren
Door naar Curaçao
Vanaf Sint Maarten ging de Doorman door naar Curaçao, met een tussenstop op Aruba om daar 19 landmachters af te zetten. Zij helpen de kustwacht met het observeren van maritieme grenzen met de Integrator, een onbemand vliegtuig.
Op een bevolking van ruim 160.000 mensen is 16 bevestigde besmettingen relatief laag op Curaçao.Toch geldt er net als op Aruba een avondklok. “Verder mogen we boodschappen doen op dagen die zijn gekoppeld aan je nummerplaat", vertelt communicatieadviseur LTZ2 OC LD Canan Babayigit, wier nummerbord met een J begint. "Dus mag ik op dinsdag en vrijdag boodschappen doen. Net als in Nederland beginnen sommige mensen de maatregelen als hinderlijk te ervaren, toch blijft iedereen er over 't algemeen rustig onder. Er is geen sprake van wanorde.”
Verlaten
Ondertussen liggen de populaire toeristische plekken op de Caribische eilanden er verlaten bij. Voor de economie een ramp, maar de regeringen van de eilanden wisten door adequate maatregelen het coronavirus in te dammen. Maar de eilandbewoners hebben het niet makkelijk. Babayigit: “Het land draait op toerisme, dat ligt nu helemaal plat. Er werden al snel initiatieven ontplooid voor mensen die honger hebben. Zo kookten militairen op Aruba een week lang meer dan 1.700 maaltijden voor de voedselbank.” De Nederlandse regering schenkt 16,5 miljoen euro, bedoeld voor voedselpakketten en producten voor persoonlijke hygiëne.