Tekst Ritmeester Saminna van den Bulk
Foto Adjudant Arnoud Schoor, master sergeant Matthew Plew (U.S. Air Force)
Internationale oefening tijdens crisis
Anderhalve meter afstand houden? Dat is voor gevechtsvliegtuigen zoals de F-16 en F-35 in de lucht geen enkel probleem. Ook tijdens deze coronacrisis is inzetbaar blijven een must. Daarom oefenden vliegers van de luchtmacht de afgelopen maand zowel met de Amerikanen als de Fransen. Het resultaat: een visueel spektakel boven de Noordzee.
Vanwege het coronavirus kon de grote internationale oefening Frisian Flag niet doorgaan. Dus bedachten de vliegers 2 iets minder grootschalige alternatieven. Enerzijds werd van 23 tot en met 27 maart geoefend met de Fransen. De week ervoor gebeurde dat met Amerikaanse partners.
Bekijk hieronder het fotoverslag van de oefening met de Fransen.
Nederlandse F-16-vliegers trainden samen met Franse Rafale-vliegers, ondersteund door een E-2C radarvliegtuig. De luchtgevechtsleiders van het Air Operations Control Station Nieuw-Milligen begeleidden het vlieggeweld. Een oefening met een nautisch tintje. Op zee voer het Franse vliegdekschip Charles de Gaulle mee. Een unicum. Nooit eerder werd in deze samenstelling getraind.
“We hebben geoefend in het stuk luchtruim waar we normaal gesproken in deze periode met Frisian Flag in vliegen. Dat besloeg behalve een groot gedeelte van het Nederlandse luchtruim boven de Noordzee ook een groot gebied ten westen van Denemarken”, vertelt een F-16-vlieger van het 322 Squadron. Bij elkaar een gebied van 150 bij 400 kilometer.
De focus lag tijdens Frisian Resiliance op samenwerking: tussen de Fransen en de Nederlanders, tussen de marine en de luchtmacht. En opereren met verschillende vliegtuigtypen, legt de F-16-vlieger uit. “Het plannen, uitvoeren en nabespreken van een oefening is al een operatie op zich, daarom is het goed dit te trainen. We hebben tijdens de oefening alle mogelijke missietypen de revue laten passeren. Zowel defensieve als offensieve operaties, waaronder het vliegdekschip aanvallen.”
Voor elke missie werd een ‘agressor’ aangewezen die de vliegers moesten tegenhouden. “Hierbij simuleerden zowel de Franse als de Nederlandse vliegtuigen beiden dat ze een vijand waren, compleet met andere capaciteiten dan het eigen vliegtuig heeft. Het heeft niet zoveel trainingswaarde om alleen maar in de pan gehakt te worden. Daarom wilden we ervoor zorgen dat de gesimuleerde dreiging aanzienlijk was, maar dat we die dreiging door goed gezamenlijk optreden wel konden overwinnen.”
Een aardige uitdaging. “Opereren vanaf 2 locaties heeft als nadeel dat je niet face-to-face met iemand kunt plannen en nabespreken. Vooral het nabespreken is belangrijk omdat je daar lessen uit kunt trekken en dus beter kunt worden. Het is ook lastiger om dingen uit te leggen of om er zeker van te zijn dat je elkaar helemaal begrijpt.”
Bekijk hieronder het fotoverslag van de oefening met de Amerikanen.
Het is een formatie die je niet vaak ziet. De strategische bommenwerpers B-2 Spirit en een F-15 van de Amerikanen, samen met een F-35 van de vliegbasis Leeuwarden. 18 maart vlogen ze samen boven de Noordzee, ter ondersteuning van de Bomber Task Force Europe 20-2 van de Amerikanen.
Normaliter staan de B-2’s op de Whiteman Air Force Base in de staat Missouri, maar vorige maand waren de vliegers van 509th Bomb Wing te gast op de Amerikaanse luchtmachtbasis RAF Fairford in Engeland. De F-15’s van de 48th Fighter Wing opereren vanaf hun Britse thuisbasis op RAF Lakenheath.
“Het is cruciaal interoperabele missies uit te voeren met de B-2 en de platforms van de vijfde generatie om de capaciteit en capabiliteit van het partnerschap te verbeteren”, aldus generaal Jeff Harrington. Hij is de commandant van de Amerikaanse luchtmacht in Europa en de Air Forces Africa.
Harrington benadrukt hoe belangrijk deze oefening, hoe klein ook, is voor wereldwijde inzet. “Dit toont onze kracht om cruciale, behendige en dodelijke gevechtskracht te leveren. Samen met onze NAVO-bondgenoten, tegen elke tegenstander, op elk moment, overal ter wereld.”