Tekst ritmeester Jessica Bode
Foto archief MCD
‘Meer aandacht voor handhaving van de openbare orde en veiligheid’
Terwijl Zr.Ms Karel Doorman opstoomt naar het Caribisch gebied om extra ondersteuning te bieden in strijd tegen het coronavirus, is de Koninklijke Marechaussee permanent actief in de West. Maar hoe verschilt de reguliere taak op de boven- en benedenwindse eilanden met de huidige inzet in deze crisistijd? Brigadecommandant Caribisch gebied luitenant-kolonel Roland Scheltes legt uit.
1. Kunt u de huidige situatie in de Carib omschrijven?
“Surrealistisch. In het Caribisch gebied zijn snel, vergevorderde maatregelen getroffen in strijd tegen het coronavirus. Er geldt overal een lockdown, maar het soort maatregelen daarbij verschilt per (ei)land. Het is hoe dan ook ingrijpend voor de inwoners en heeft verstrekkende gevolgen.
Zo worden bewoners beperkt in hun bewegingsvrijheid. Op Curacao bijvoorbeeld mogen bewoners zonder vitale functie 2x per week naar buiten voor een boodschap. Het tijdslot wordt bepaald op basis van je kenteken. De rest van de tijd blijf je binnen. In Nederland geldt een zogenoemde ‘intelligente lockdown’ waarin nog relatief veel mogelijk is. In het Caribisch gebied staat het leven stil.
Bovendien resulteert deze pandemie in economische gevolgen. Alle eilanden zijn voor hun inkomsten grotendeels afhankelijk van het toerisme en dat staat volledig stil. Ondanks het begrip dat dit de enige juiste keuze is voor de regio, kan het van invloed zijn op het naleven van de noodverordening. Ervaringen uit het verleden, zoals op Sint Maarten de dagen na de orkaan Irma, hebben ertoe geleid dat diensten vroegtijdig al nadenken over best- and worst-case scenarios.”
2. In hoeverre heeft deze pandemie het werk van marechaussees in het Caribisch gebied veranderd?
“De noodmaatregelen zijn gericht op het voorkomen of beperken van een corona-uitbraak. Dat slaagt alleen als iedereen zich daaraan houdt. Het is onze taak om er samen met de lokale politie en andere defensieonderdelen op toe te zien dat de maatregelen gehandhaafd worden.
De zichtbare aanwezigheid van veel politie, marechaussees en andere defensieonderdelen op straat (het Korps Mariniers, Compagnie in de West, de milities van Aruba en Curaçao en vrijwilligerskorpsen) is bovendien een waarschuwing voor mensen die misbruik willen maken van de situatie, door criminaliteit te plegen.
Concreet betekent dit dat marechaussees nog steeds de grensbewaking en militaire politietaken verrichten, zoals ze dat altijd doen. Alleen het accent verschuift. Op bepaalde locaties is minder werk en op andere plekken juist meer. Aan de grenzen is het rustig, omdat de lucht- en zeevaart extreem is afgenomen. Daardoor komt capaciteit beschikbaar die ingezet wordt voor de openbare orde en veiligheid. Want de lokale politie wordt nu extra zwaar belast. Personeel wordt, in afstemming met de landen en het gezag, ingezet daar waar het ’t hardst nodig is.”
Flexpool
De KMar ondersteunt Curaçao, Aruba en Sint Maarten aan de hand van het flexpool-protocol, dat wordt gefinancierd door het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koningrijkrelaties (BZK). In dit protocol staat beschreven welke taken de Koninklijke Marechaussee binnen deze autonome landen op kan pakken. Dat doen 43 marechaussees, die operationeel worden ingezet aan de grenzen (luchthaven en zeehaven), binnen de opsporing (mensenhandel/mensensmokkel, het afpakteam, en georganiseerde criminaliteit), intell en binnen de Kustwacht. Vanwege het coronavirus worden deze collega’s nu ook ingezet in het kader van handhaving openbare orde en veiligheid.
3. Waar ligt de focus van de werkzaamheden nu?
“Door de lockdown-maatregelen ontstaat méér aandacht voor de handhaving van de openbare orde en veiligheid. Onze taken zijn daar in overleg met de lokale politie op gericht. Marechaussees bieden ondersteuning aan de lokale teams, om er samen op toe te zien dat de noodverordening wordt nageleefd.
Op Aruba is deze steun (nog) niet nodig, maar Sint Maarten daarentegen heeft aangegeven dat de huidige capaciteit mogelijk onvoldoende is. Het eiland heeft een hulpverzoek gedaan voor extra marechaussees. Dit staat overigens los van de extra hulp die Zr.Ms. Karel Doorman biedt. Met orkaan Irma nog vers op het netvlies weten ze goed wat een noodtoestand voor de inwoners kan betekenen. Daar willen ze op voorbereid zijn.
Op Curaçao, Sint Maarten en Aruba surveilleert de Koninklijke Marechaussee (in het kader van de militaire politietaak) intensiever dan normaal in de wijken waar Nederlandse militairen met hun gezin wonen. Dat doen we om extra zichtbaar te zijn en een signaal af te geven. We merken dat dit op prijs wordt gesteld. Indien nodig treden we op en geven zaken over aan lokale politiekorpsen.
De BES-eilanden (Bonaire, St. Eustatius en Saba, red.) zijn bijzondere Nederlandse gemeenten, waar de marechaussee nog steeds wordt ingezet zoals in Nederland. We zijn verantwoordelijk voor het grenstoezicht voor de luchthaven(s) en zeehaven(s) en voeren de politietaken uit op de aangewezen luchthaven Bonaire uit. Voor die taken werken wij nauw samen met de lokale politie.”
4. In hoeverre heeft de komst van Zr.Ms. Karel Doorman invloed op jullie werk?
“Het gaat ons helpen, omdat het reservecapaciteit en extra mobiliteit creëert in de regio. Daardoor worden wij flexibeler en kunnen we klappen opvangen.
Het schip is onderweg met extra hulp waar ook wij gebruik van kunnen maken. Enerzijds met materieel, anderzijds met militairen. Op het gebied van transport, menskracht, supportmogelijkheden en zorgcapaciteit. Dat is belangrijk, omdat inwoners bang zijn dat door corona de reguliere zorg mogelijk in het geding kan komen. Het is een goede back-up.”