Brandstof, kerosine, oftewel peut. Vooral die laatste benaming gebruiken de mannen van het KDC-10 tankervliegtuig voor het vloeibare goedje dat zij in de lucht boven Irak en Oost-Syrië overpompen naar coalitievliegtuigen.
Luchtmachtbasis Al Mubarak, Koeweit. Met nog enkele minuten te gaan tot de take-off, staat iedereen op scherp. Straks vliegt de Nederlandse KDC-10 boven Irak en Oost-Syrië, gebieden waar terreurorganisatie ISIS het op veel plaatsen voor het zeggen heeft. De missie: vliegtuigen van de coalitie in de lucht bijtanken, zodat zij langer in de lucht kunnen blijven om posities van de terroristen te bestoken.
“Een F-15 op volle snelheid kan binnen twee uur zijn brandstofvoorraad verbruiken”, schetst detachementscommandant majoor Marcel de Pee. “Dan is het handig als er in de lucht een ‘benzinestation’ vliegt, en dat zijn wij.”
Nederland werkt tijdens deze missie nauw samen met coalitiepartners. Dat gaat gesmeerd, merkt De Pee. “Iedereen ziet ons als een volwassen partner. We denken misschien weleens dat we een klein landje zijn. Maar we vliegen belangrijke missies en dat zorgt ervoor dat we serieus worden genomen.”
Bekijk hieronder een fotoreportage van deze luchtmachtmissie en kom meer te weten over de inzet in het kader van operatie Inherent Resolve.
Tonnen brandstof: Onder de staartmotor hangt de boom, de ‘arm’ waarmee andere vliegtuigen worden bijgetankt. In de eerste 3,5 week van de missie zijn er zeker 16 missies gevlogen en heeft de bemanning van de KDC-10 bijna 640.000 liter brandstof overgepompt in de lucht. Volop bewapend: Het is duidelijk, dit is geen oefening. Kijkend op het schermpje van de boom operator is goed te zien dat een F-15 Strike Eagle volhangt met bommen en raketten. Daarom is het des te belangrijker dat het bijtanken secuur gebeurt. Een klein foutje kan grote gevolgen hebben. Zeker bij zwaarbewapende vliegtuigen. Klein team: De bestuurder van de ‘brandstofarm’, de boom operator, gebruikt 2 joysticks en videoschermen om de gevechtsvliegtuigen bij te tanken. Maar hier gaat een heel team achter schuil. Het detachement bestaat uit bijna 40 personen. Het gaat dan om 2 vliegende crews van ieder 4 personen (2 vliegers, een boordwerktuigkundige en boom operator). Plus 2 ploegen van de technische dienst, militairen verantwoordelijk voor de verbindingen en communicatiesystemen, een inlichtingenofficier en logistiek personeel. Schaars goed: Waarom doet Nederland eigenlijk mee met de KDC-10? Tankercapaciteit is een schaars goed in de militaire luchtvaartwereld. Nederland was in staat om zo’n vliegtuig te leveren, nadat de coalitie hierom had verzocht. Anders dreigden er gaten in de vluchtplanning te vallen. Even bijtanken: De Nederlandse KDC-10 is niet het enige tankertoestel boven het missiegebied. Vanuit de cockpit van de Nederlandse kist is te zien hoe een Brits tankvliegtuig enkele gevechtstoestellen bijtankt.
Boven het strijdtoneel worden tot wel 40 ‘vliegende benzinestations’ ingezet, de meeste van de Amerikaanse luchtmacht. Maar bijvoorbeeld ook Duitsland, Frankrijk, Groot-Brittannië en Australië doen mee. 6 uur in de lucht: Take-off voor een nieuwe missie. Er wordt dagelijks gevlogen, een vlucht kan zeker 6 uur duren. De inzet van de KDC-10 duurt nog tot half maart. Dan is voldaan aan de behoefte van de coalitie voor tankercapaciteit. Bovendien is het hoog tijd dat het toestel een onderhoudsbeurt krijgt. Momenteel wordt bekeken of in de tweede helft van dit jaar nog een missie vanuit Koeweit kan worden gevlogen.
