Tekst RITM Djenna Perreijn
Foto SGT Jan Dijkstra en MATR 1 BDA Yoeri Bonarius

'We maken een professionaliseringsslag'

Mijnenjagers werkten meer dan 30 jaar lang zonder, maar verwelkomen nu de functie 'Hoofd Logistieke Dienst' (HLD) met open armen. Op zowel Zr.Ms. Zierikzee als Schiedam werkt sinds eind augustus een HLD, vers van het Koninklijk Instituut voor de Marine (KIM). De logistiekelingen krijgen het druk, vooral als de Mijnendienst in 2025 overstapt op de 6 nieuwe mijnenbestrijdingsvaartuigen. De jonge officieren maken niet alleen kennis met de logistiek vanuit thuishaven Den Helder, maar ook met de Belgische werkwijze vanuit Zeebrugge, waar de Mijnenjagers worden onderhouden.

Steeds vaker klinkt geklop aan de hut van luitenant ter zee 2 (LD) Merle Brager. Op Zr.Ms. Zierikzee weet de bemanning hun nieuwe HLD inmiddels goed te vinden. Van vragen over planning van havenbezoeken en details op loonstroken, tot verzoeken voor nieuwe reserveonderdelen. "In het begin moest ik uitleggen wat ik voor de bemanning kon betekenen. Tegenwoordig zijn ook dagen die er qua planning rustig uitzien, snel gevuld met dit soort dienstverlenende taken", vertelt Brager.

Groepscommandant Mijnendienst KTZ Eric Toebast.

OD’ers deden het erbij

Ondanks de volle dagen van Brager werkte de Mijnendienst meer dan 30 jaar zonder HLD's. De taken waren toen belegd bij zeeofficieren van de Operationele Dienst (OD). "Zij deden het 'erbij', maar hebben er weinig affiniteit mee en moesten zich natuurlijk focussen op de inzet van het schip”, vertelt Groepscommandant Mijnendienst kapitein ter zee Eric Toebast. "De taken kregen niet altijd de aandacht die ze verdienden. Bovendien werd er meer en meer van hen gevraagd, omdat logistieke zaken steeds vaker waren gebonden aan strengere regelgeving. Op andere schepen was het HLD niet voor niets al lang een primaire functie. Ik ben ontzettend blij dat ze nu ook op mijnenjagers werken."

LTZ 2 (LD) Brager is het eerste Hoofd Logistieke Dienst op Zr.Ms. Zierikzee.
KTZ Toebast is blij met de aanwinst van HLD's op Klein Bovenwater-schepen. “We maken zo een professionaliseringsslag.”

Varende plaatsingen

De mijnenbestrijdingsvaartuigen die in 2025 hun intrede doen, zijn een stuk groter en zwaarder. Met nieuwe onbemande systemen en het modulair bemanningssysteem gaat het bedrijfsvoerings- en operationele concept er volledig anders uitzien. De samenwerking met België wordt nog intensiever. Toebast: "In de onderhoudshaven van Zeebrugge krijgen de HLD's nieuwe uitdagingen om transport, accommodatie, sleepboten, en ga zo maar door, goed te regelen. En als de ene week 30 bemanningsleden meevaren en de week erop 60, moet logistiek en administratief veel worden georganiseerd. Denk alleen al aan bevoorrading."

'De taken kregen niet altijd de aandacht die ze verdienen'

Het komt goed uit dat de plaatsing van HLD’s plaatsvindt voor de introductie van de nieuwe platformen, vindt de kolonel. Toebast: "Het kwam mij ter oren dat er te weinig varende plaatsingen waren voor nieuw afgestudeerde KIM-officieren. De Mijnendienst had vacatures en dus bedjes aan boord vrij. Met het oog op de toekomst, leek het mij van toegevoegde waarde om HLD's nu al kennis te laten maken met de Mijnendienst. We maken zo een professionaliseringsslag."

Bemanning kan bij het nieuwe HLD terecht met allerlei vragen.

Ben ervoor opgeleid

Een eerste plaatsing op de wal leek Brager, net als veel andere jonge officieren, niets. "Als je eindelijk bent afgestudeerd, willen de meesten graag varen. Ik hoopte op het KIM al op een functie als HLD, maar veel posities waren al bezet door officieren die vorig jaar afstudeerden."

Nu het eerste HLD op Hr.Ms. Zierikzee is 'ingeslingerd', merkt Brager dat logistieke taken beter worden opgepakt. "Ik ben ervoor opgeleid en heb er tijd voor. Bijvoorbeeld voor mijn nevenfunctie als Public Affairs Officer: ik deel foto's van activiteiten aan boord op social media of sta de pers te woord. Daar was eerst weinig tijd of ruimte voor, maar dat heeft zowel binnen de marine als extern een effect op werving. Hartstikke belangrijk dus."

'Op andere schepen is HLD niet voor niets een primaire functie'

Het werk van het HLD verschilt op kleinere schepen niet van dat op patrouilleschepen of Groot Bovenwater-schepen, het is alleen kleinschaliger.

Goede voorbereiding

Het werk van het HLD verschilt op de kleinere schepen volgens Toebast niet van dat op patrouilleschepen of Groot Bovenwater-schepen. "Het regelen van voeding, bevoorrading, havenbezoeken, in- of uitvliegers, opstappers, administratieve zaken; alle processen zijn hetzelfde." Wel is het werk kleinschaliger. Het HLD van een mijnenjager heeft dan ook weinig logistiek personeel onder zich. Brager: "Ik krijg daarom veel ondersteuning van de wal. Dat vind ik voor een eerste functie heel prettig. Het is een goede voorbereiding op mijn verdere loopbaan."