Landen in Cold Response

Een lang lint van mariniers slingert door de met rood licht verlichte gangen en trappenhuizen van Zr.Ms. Rotterdam naar het ‘stalen strand’ om in te schepen in de landingsvaartuigen. De gigantische achterklep van het dok van de Rotterdam is open en de koude nacht doet zijn intrede. Cold Response is begonnen!

Na de wintertraining is de 2nd Marine Combat Group (2MCG) vrijwel direct aan boord gestapt van het amfibisch transportschip voor de grote internationale oefening Cold Response. Samen met marinierseenheden uit de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk vormen zij de landing forces.

Aan de bak

Cold Response is een tweejaarlijkse internationale oefening in een klimatologisch uitdagend gebied. In het kader van het deployment Aurora Archer van de Netherlands Maritime Force (NLMARFOR) is Zr.Ms. Rotterdam op 26 februari naar Noorwegen vertrokken. Na aankomst in het noorden van Noorwegen kon de Rotterdam direct aan de bak in een integratietraining samen met de 2MCG en de Nederlandse en Britse landingsvaartuigen.

Effectief vanuit zee

Volgens de Commander Landing Force, luitenant-kolonel der mariniers Stephan Blaas, worden de effecten van een Amfibische Taakgroep op land onderschat. “De te landen mariniers zorgen direct voor tactische resultaten. Door hun snelheid ontstaat er een verrassingseffect. Maar vergeet de gevechtskracht aan boord van de schepen niet. Denk daarbij aan luchtverdediging, vuursteun, commando- en informatiesystemen en logistieke ondersteuning tot ver landinwaarts. Dit alles kan bijdragen aan het succes van een operatie.”

Droge voeten

Nederlandse mariniers staan klaar om ongezien op het kleine landingsstrand te komen. Met een fikse sneeuwstorm en een temperatuur van min 20 graden is dat met recht een Arctische ervaring. “Prepare assault stations…”, klinkt het over de scheepsomroep. Het moment is aangebroken. De mariniers stappen in de landingsvaartuigen op weg naar het landingsstrand…