Bijzonder boek, nieuwe app, documentaires voor 10de Veteranendag

De 10de Veteranendag wordt zaterdag in Den Haag gevierd. Het Comité Nederlandse Veteranendag geeft ter gelegenheid van het jubileum een bijzonder boek uit: Tien Veteranenverhalen. Daarin doen 10 veteranen hun verhaal. Indië-ganger Jan Maas bijvoorbeeld. 

x
‘Tien Veteranenverhalen’ verschijnt 28 juni, de 10de Nederlandse Veteranendag. Doel van het project is ‘het verhaal’ van de Nederlandse veteraan vertellen. De 10 meest bijzondere verhalen zijn geselecteerd door een jury, voorgezeten door oud-Tweede Kamervoorzitter Gerdi Verbeet. De voorzitter biedt het eerste exemplaar tijdens de Veteranendag aan de Koning aan. Daarna is het boek verkrijgbaar via veteranendag.nl.

“In december 1949 waren wij, in afwachting van de thuisvaart naar Nederland, gelegerd op Wonokromo in Soerabaja in Nederlands-Indië. Dit kamp werd ‘De Laatste Snik’ genoemd. Er is menig traan gelaten door en voor hen die terugkeerden naar Nederland. De tijd die wij in dat thuisvaartkamp doorbrachten was er een van verveling. De tijd werd dan ook gedood met voetballen, kaarten en andere activiteiten. 

Zelf was ik tot de slotsom gekomen, dat er in de rivier die voor de kamppoort stroomde, prachtige grote vissen zwommen. Ik sneed een bamboehengel uit de verse bamboe die daar overal groeide en kocht in Soerabaja enige vishaken en wat snoer. Vol goede moed ging ik vissen, maar wat voor aas ik ook aan dat haakje deed, er kwam niet eens een vis in de buurt van mijn visgerei. 

Nu lag er in de rivier een prachtig stel latrines dat op oliedrums in de rivier dreef. Een ideaal toilet dus! Alleen je hoofd stak er bovenuit en dus had je volop frisse lucht. Dat was ook wel nodig, gezien de darminhoud die daar terechtkwam. Mij was al lang gebleken dat die mooie vissen, kakaps geheten, daar onder die latrines op de loer lagen om zich al vechtend op die drollen te storten die geregeld naar beneden vielen. Omdat ik niets, maar dan ook helemaal niets kon vangen, besloot ik een van de aanwezige mariniers te vragen om voor mij een ferme bolus in een blikje op te vangen. De eerste en tweede die naar het toilet gingen weigerden pertinent, maar bij de derde marinier had ik succes. Ik liet mijn haak in het blikje zakken en smeerde met een bamboelatje de bruine substantie aan de haak. 

‘Vol goede moed ging ik vissen’

Ik had deze lekkernij nog amper in de rivier laten zakken of ik had al een grote kakap aan de haak. Ik sleepte hem aan de wal en direct kwam de saté-ajamverkoper op mij af en vroeg hoeveel saté ik voor de vis wilde hebben. Wij werden het eens over honderd stokjes saté-ajam en deze werden door mij en de vele vrienden die ik onmiddellijk om mij heen kreeg, met veel smaak verorberd. Ik ving er tamelijk veel en de kipsatés kwamen de maten en mij bijna de neus uit. Het was echter een bijzondere tijdsbesteding waar ik onder oude maten een bijzondere bijnaam aan heb overgehouden: de strontvisser. 

Zelfs toen ik weer enige tijd terug was in Nederland werd ik aan deze bijzondere tijdsbesteding herinnerd. Zo was ik ooit met een meisje op stap naar de Stadsschouwburg in Amsterdam. Ze was heel mooi en ze had de mooie naam Frida. We waren netjes gekleed en verkeerden helemaal in de culturele sferen na het zien van een prachtige voorstelling. Bij het verlaten van de schouwburg werd ik op mijn schouder getikt. Achter mij stond een oud-collega uit Indië. Nog voor ik iets kon zeggen, draaide hij zich om naar de dame met wie hij op stap was en zei tegen haar: “Kijk, en dit is nou de strontvisser waar ik al zo vaak over heb verteld!”
Hoewel het weerzien met een oud-kameraad altijd prettig is, kon ik op dat moment wel door de grond zakken. Alle chic gleed van mij af en met Frida is het ook nooit meer wat geworden. 

Pas veel later, in 1993 bij een hernieuwd bezoek aan Indonesië, ontdekte ik dat op de menu’s van de allerduurste restaurants deze kakaps als een overheerlijke lekkernij werden aanbevolen. De saté-ajamverkoper heeft dus goed verdiend aan de kakaps die ik ving. Het is hem gegund. Maar geloof me, ik heb de vis zelf nimmer gegeten, zeker niet na de verkregen zekerheid over hun favoriete voedsel. Nog steeds komt de naam strontvisser regelmatig langs bij reünies met oude maten, maar dat maakt de trots die ik voel voor de onderscheiding ‘Orde en Vrede’ er niet minder om.”

Volg het defilé met de Veteranendag-app

De Nederlandse Veteranendag komt met een eigen, gratis app. Met de applicatie kunnen gebruikers op hun smartphone of tablet het laatste nieuws lezen over de Nederlandse Veteranendag, die zaterdag in Den Haag wordt gevierd.
In de app staat ook het programma en kun je tijdens het defilé volgen welk detachement voorbijloopt. Tijdens de Veteranendag zijn ook direct foto's van de dag te zien. De gratis app is te downloaden via de App store (Apple) of Google Play (Android).

Alle informatie over de Nederlandse veteranendag vindt u op www.veteranendag.nl.