Tekst Jessica Bode en Evert Brouwer
Foto sergeant Sjoerd Hilckmann

Grote rol COMMIT bij nieuwe mijnenbestrijdingsvaartuigen

Het nieuwe Nederlandse mijnenbestrijdingsvaartuig Vlissingen is vorige week officieel te water gelaten. Het komende jaar wordt het schip afgewerkt, zodat 'ie in 2025 door COMMIT kan worden overgedragen aan de Koninklijke Marine. Dan wordt het ook Zijner Majesteits (Zr.Ms.) Vlissingen. “Het gaat hier écht om het neusje van de zalm”, zegt projectleider namens COMMIT, kapitein ter zee Eric Toebast.

De Vlissingen is de tweede van twaalf spiksplinternieuwe mijnenbestrijders die de Nederlandse en Belgische marine gezamenlijk hebben aangeschaft. Het contract voor het programma werd in 2019 gegund aan Belgium Naval & Robotics, een consortium bestaande uit Naval Group en ECA Group, nu bekend als Exail. De eerste nieuwe Belgische mijnenjager, (BNS) Oostende, is in maart dit jaar te water gelaten. En inmiddels zijn ook de Tournai en Scheveningen in aanbouw. Frankrijk heeft zich sinds kort ook aangesloten bij het Belgisch-Nederlandse programma. “Er is belangstelling voor het concept vanuit de hele wereld”, zegt Pierre Eric Pommellet, CEO van Naval Group.

Bakelieten telefoon

De huidige generatie mijnenjagers van de Alkmaarklasse is ruim veertig jaar oud. Er zijn in de tussentijd wel updates geweest, maar de vaartuigen lopen tegen het einde van hun operationele levensduur. Bovendien voldoen de schepen niet meer aan moderne eisen. “Vergelijk het met een bakelieten telefoon en een gloednieuwe smartphone. Je kunt met allebei bellen, maar er zit behoorlijk wat verschil tussen”, voert KTZ Toebast aan.

Links de getekende afbeelding van de toekomstige Zr.Ms. Vlissingen. Nu ligt het schip nog ‘kaal’ in de haven van Concarneau. Het ligt aan de Atlantische kust, in het zuiden van Bretagne.

Met de bouw van nieuwe mijnenbestrijdingsvaartuigen voor de Koninklijke Marine levert het Commando Materieel en IT een modern en robuust schip dat ingezet kan worden voor mijnenbestrijdingsoperaties waar ook ter wereld.

“We lopen samen met de Belgische marine vooropEr wordt door andere landen wel geëxperimenteerd met onbemande systemen, maar geen enkele andere krijgsmacht vervangt zo’n groot deel van haar Mine Countermeasures (MCM) vloot.”

Jan Versteeg, de Nederlandse ambassadeur in Frankrijk, Commandant Zeestrijdkrachten vice-admiraal René Tas, Pierre Eric Pommellet (CEO Naval) en de Plaatsvervangend-directeur COMMIT generaal-majoor Ludy Schmidt woonden de ‘tewaterlating’ bij. De CZSK en generaal Schmidt ondertekenden daarna een officieel document.

Onbemande systemen

Daartoe krijgen de Vlissingen en de rest van de vloot een uitgebreid pakket (de toolbox) aan onbemande oppervlakte- en onderwatersystemen aan boord. Afhankelijk van de operatie wordt gekeken welke van deze nieuwe gereedschappen mee aan boord gaan. Innovatief is ook het launch and recovery system waarmee onbemande vaartuigen zonder menselijke tussenkomst aan boord kunnen komen van het bemande moederschip. Scheepsbouwer Naval heeft hierop het patent.

Projectleider KTZ Eric Toebast (COMMIT) voor de Vlissingen, afgelopen donderdag.

Er is volgens Toebast nog geen enkel ander land ter wereld dat op deze schaal dit soort hypermoderne schepen laat bouwen. En hij kan het weten met een marineleven in die wereld, onder meer als Groepscommandant van de Mijnendienst.

De bouw gebeurt bij de Franse scheepsbouwer Naval Group in Concarneau (Bretagne). Pierre Eric Pommellet noemt de schepen ‘een symbool van zowel Europese als industriële samenwerking’. Zo heeft bijvoorbeeld Thales Nederland met de NS50-radar een vinger in de pap en komen de kant-en-klare ‘natte groepen’ – douche en toilet – uit Spanje. Het UAV (unmanned aerial vehicle) aan boord, de Skeldar, is dan weer een product van het Zwitsers-Zweedse UMS. “Degenen die dit concept hebben bedacht, met de bijna volledig onbemande bestrijding van mijnen, zijn visionairs. Deze schepen voldoen aan alle eisen van de toekomst”, roemde de CEO van Naval.

De brug, radiohut en commandocentrale zijn extra beschermd. Een verend dek dat hier wordt aangelegd, vangt de klap op mocht er onverhoopt een explosie nabij plaats hebben.
De Vlissingen bestaat inmiddels uit één stuk.

Dreiging actueel

Nu nog gaan mijnenjagers met de voltallige bemanning een mijnenveld in om daar explosieven op te sporen en te ruimen. De dreiging van zeemijnen is nog steeds actueel. Ze zijn goedkoop en makkelijk te produceren, waarmee bijvoorbeeld zeehavens zijn te blokkeren. Verder ligt de zeebodem nog vol met explosieven uit de Eerste en Tweede Wereldoorlog. Alleen al in de Noordzee liggen er naar schatting nog tienduizenden.

In de nieuwe situatie kan een groot deel van het werk worden gedaan op grotere en dus veiligere afstand. “Dit is een compleet nieuwe manier van werken, met andersoortige bemanning en bedrijfsvoering”, voert KTZ Toebast aan. “Het vernietigen van zeemijnen kán in principe onbemand worden gedaan, bijvoorbeeld met de K-STER. Maar dit is erg dure munitie die voornamelijk in zeer ernstige situaties gebruikt zal worden.

De afdeling maritieme systemen van COMMIT houdt de bouw nauwlettend in de gaten.

IT is leidend

(Maritieme) IT gaat dus een zeer belangrijke rol spelen op de mijnenbestrijdingsvaartuigen. “Op dit moment kijkt Maritieme IT vooral nog mee”, zegt Pascal van Houtert (JIVC). Hij houdt zich bezig met ‘een riedel aan systemen’, waarbij hij samenwerkt met onder anderen experts van CZSK, Defensie Materiële Instandhouding en de afdeling Maritieme Systemen van COMMIT. En uiteraard die van België. “Ons gezamenlijke motto luidt: ‘gelijk waar het kan, anders waar het moet’. Het Combat Management Systeem (CMS) komt in eerste instantie van Naval Group zelf: Polaris. Daarop moet de bemanning dus nog worden opgeleid.”

Er wordt hard gewerkt aan de inrichting van de Oostende, daarna komt de Vlissingen aan de beurt.

Verbeterpunten

Om de overgang wat minder groot te maken zijn al systemen aangeschaft waarmee straks wordt gewerkt. Dat gebeurde onder meer tijdens de recente mijnenbestrijdingsoefening Sandy Coast in en rond de Waddenzee. Hiervoor is door de marine een platform (MV Geosea) gehuurd. “Uit de experimenten zijn de afgelopen periode honderden leer- en verbeterpunten naar voren gekomen, waarmee de fabrikant aan de slag gaat”, legt kapitein ter zee Toebast uit. “Denk aan het gebruik van bepaalde materialen die niet wenselijk bleken of onderdelen die niet robuust genoeg zijn. Maar al met al zijn we ontzettend positief. Dit is écht een stap voorwaarts voor wat betreft maritieme veiligheid", aldus KTZ Toebast.

Aan boord van de inmiddels verder gevorderde Oostende kreeg generaal-majoor Schmidt uitleg over de mijnenbestrijdingsvaartuigen.

Vrije zee essentieel

“Met deze schepen kunnen de Belgische en Nederlandse marine een ongelooflijk grote bijdrage leveren aan de veiligheid in de wereld”, zei Commandant Zeestrijdkrachten vice-amiraal René Tas na de tewaterlating. “De dreiging, ook van zeemijnen, neemt niet bepaald af op dit moment. De communicatie tussen de continenten gaat al voor 90% onder zee en daarvan zijn we afhankelijk. De stremming in het Suezkanaal (door de Ever Given, red.) en de aanslag op Nord Stream-pijpleiding hebben bewezen dat een vrije zee essentieel is.”

Ook Plaatsvervangend Commandant van het Commando Materieel en IT, generaal-majoor Ludy Schmidt, woonde de plechtigheid bij. “Echt mooi om dit te zien. Als Directeur Plannen bij de Defensiestaf was ik al direct bekend met dit project. Dat ik in een landmachtuniform loop, is wat dat betreft helemaal niet van belang. Deze schepen beteken een verbetering in de bescherming van wat ons dierbaar is.”

De Vlissingen is eerder te water gelaten in Lorient en naar de haven van Concarneau gesleept (foto: Pascal van Houtert)