Opereren in extremere weersomstandigheden, conflicten die ontstaan door een schaarste aan grondstoffen: klimaatverandering gaat ontegenzeggelijk invloed hebben op hoe Defensie opereert. Zeker ook op het gebied van Hoofdtaak 1, vertelt Gerben Seevinck, coördinerend adviseur duurzaamheid. “Verduurzaming kan zeker tactische voordelen opleveren.”

Tekst: Michael Simon | Foto’s: archief Mediacentrum Defensie

Tijdens De Nationale Klimaatweek, van 11 tot en met 17 november, organiseren bewoners, bedrijven en overheidsorganisaties activiteiten voor een beter klimaat. Zo ook Defensie. Niet alleen omdat de organisatie haar maatschappelijke verantwoordelijkheid wil pakken, maar ook omdat klimaatverandering een flinke invloed heeft op de operatie, middelen en mensen. Verduurzaming is daarbij geen doel op zich meer, maar een concreet en krachtig middel om de krijgsmacht te versterken en meer toekomstbestendig te maken.

Verduurzaming is geen doel op zich maar een middel om de krijgsmacht te versterken

Defensie mag sinds jaren weer groeien. Dat houdt in dat er meer activiteiten uitgevoerd worden, die uiteraard meer energie vergen. Die energie wil Defensie zo efficiënt mogelijk inzetten en waar mogelijk transformeren naar een duurzame vorm voor toekomstbestendig militair vermogen. “Maar verduurzamen mag niet ten koste gaan van de operationele taakstelling. Het dient er juist aan bij te dragen”, zegt Seevinck. “Om die taakstelling de komende jaren goed uit te voeren is het gebruik van fossiele energie onvermijdelijk. Maar schepen, vlieg- en voertuigen worden ook met steeds energie-efficiëntere systemen uitgerust. Dus meer energieverbruik, maar wel op een steeds duurzamere manier.”

Rijen jerrycans gevuld met brandstof.
Om de taakstelling de komende jaren goed uit te voeren is het gebruik van fossiele energie onvermijdelijk.

Duurzame Hoofdtaak 1

De transitie naar een duurzamere Defensie moet ook bij de ‘eigen mensen’ gaan leven. Alle operationeel commando’s hebben mede daarom duurzaamheidcoördinatoren. Vanuit de Defensiestaf is Gerben Seevinck adviseur. De meeste acties tijdens de Klimaatweek zijn intern gericht. “De deelname aan de Klimaatweek wordt niet centraal gestuurd vanuit Den Haag. Maar als coördinatoren proberen mijn collega en ik bij te houden wat voor acties er komen tijdens de week. We hebben ook regelmatig overleg met de andere coördinatoren daarover, om te inventariseren en te verbinden.”

portretfoto Gerben Seevinck
Als militair was Gerben Seevinck dienstplichtig bij het Korps Commandotroepen en tegenwoordig is hij reservist majoor bij 1 Civiel en Militair Interactiecommando.

Als voorbeeld benoemt hij de acties van de landmacht tijdens De Nationale Klimaatweek. “Zij organiseren een roadshow. Op verschillende locaties stellen de duurzaamheidscoördinatoren zich voor en vertellen ze wat hun rol inhoudt. Met een stand staan ze dan bijvoorbeeld bij een Paresto-restaurant om het gesprek aan te gaan met mensen die in- en uitlopen. Zo willen we bewustwording creëren bij de collega’s dat duurzaamheid en Hoofdtaak 1 elkaar niet uitsluiten. ”

Een Scania rijdt door de modder.
Duurzaamheid en hoofdtaak 1 sluiten elkaar niet uit.

Tactisch duurzaam voordeel

De vraag is vooral hoe duurzaamheid een plek binnen de operationele gereedstelling kan krijgen. Seevinck: “Een grootschalig conflict betekent ook een grootschalige inzet van mensen, materieel en middelen, en dus energie en grondstoffen. Het loont vervolgens enorm als wij kunnen bijdragen aan het verminderen van die energiebehoefte en gebruik van kritieke grondstoffen. Bij de luchtmacht wordt al biokerosine toegepast, daar is minder verbruik niet mogelijk en wordt onderzocht hoe gebruik van de duurzamere kerosine kan worden opgeschaald.”

Benzineslang in een groene omgeving

Een ander voorbeeld is eigen energie opwekken op kazernes of in kampementen. “Dan hoef je daar niet zoveel diesel naartoe te vervoeren”, legt Seevinck uit. “Hoe mooi is het ook wanneer je een tijdelijk operationeel hoofdkwartier in een bos hebt, voor een paar uur. En dat stil kan laten draaien door een hybride apparaat, deels op batterijen en deels op diesel of biobrandstof. Met de diesel laad je de batterij op en als hij vol is, kun je een langere tijd stil in een bos opereren.”

“Militairen kunnen daarnaast beter rusten, zonder het geluid van zo’n dieselaggregaat. Daarbij is hij veel zuiniger, dus je kan er langer mee doen. En heb je minder logistieke opvoer nodig. Eenheden, kazernes en kampementen die door slimme en duurzame energie-oplossingen langer en onafhankelijker kunnen opereren, zijn flexibeler, meer autonoom, slechter detecteerbaar en weerbaarder.”

Een vliegtuig wordt bijgevuld met biokerosine.
Bij de luchtmacht wordt biokerosine toegepast.

'Eenheden die onafhankelijker opereren door duurzame oplossingen zijn flexibeler en weerbaarder'

Evenwichtsoefening

Het blijft een continue evenwichtsoefening tussen het versterken van het militair vermogen en het toepassen van duurzaamheidsaspecten. Want hybridiseren van voer-, vaar- en vliegtuigen draagt ontegenzeggelijk bij aan een duurzamere Defensie enerzijds. Anderzijds is het ook niet even snel geregeld. “Je hebt te maken met lange levensduur van wapensystemen, levertijden en inkoopprocessen”, merkt Seevinck op. “Wij kunnen niet zo snel acteren en innoveren als de markt dat doet. Bovendien komen wij in gebieden waar de brandstof slechter van kwaliteit is, waar ze alleen maar met fossiele brandstoffen werken en geen laadpalen zijn. Daarnaast werken we altijd samen met partnerlanden en zijn gebonden aan afspraken van interoperabiliteit. We lopen niet voorop, maar we volgen de markt van heel dichtbij.”

Waterstofauto’s staan geparkeerd op een rij.
In 2022 nam Defensie de eerste waterstofauto’s in gebruik.