Sportieve missie in Afrika
Het is even wat anders dan training geven aan Friese Boys in Kollumerzwaag of bij SV SSS uit Udenhout. “Een mooi avontuur”, zo betitelen de voetbalcoaches van het nationaal militair team adjudant Rob van Belkom en sergeant-majoor Hans Feenstra de trainerscursus die ze in het Oost-Afrikaanse Tanzania hebben gegeven. “Van de gastvrijheid en gedienstigheid daar kunnen wij in Nederland nog wat leren.”
Tekst: Evert Brouwer | Foto’s: CISM Tanzania
Ondanks de hoge temperaturen - overdag dik dertig graden en ’s nachts maar ietsje koeler - noemen de twee de reis ‘verfrissend’. Het idee om in Tanzania een coaching-cursus te houden, wordt geboren tijdens het Militair Wereldkampioenschap (MWK) voetbal voor vrouwen in ons land, vorig jaar. Op de velden van IJsselmeervogels en Spakenburg is Tanzania een van de elf deelnemers. Om allerlei redenen gaat het niet zonder slag of stoot om het team naar de boorden van het IJsselmeer te krijgen, maar daardoor ontstaan wel nauwe contacten.
Solidariteit
Hoofd Bureau Internationale Militaire Sport (BIMS) luitenant-kolonel Jan Maree heeft meteen oren naar het initiatief. “Tijdens het MWK kreeg hij de vraag of we voetbaltrainers konden leveren voor een cursus. Dat is vorig jaar ook met basketbal gebeurd, toen door Duitsland. Er bestaat binnen de internationale militaire sportbond CISM (Conseil International du Sport Militaire, red.) een solidariteitsprogramma waarin landen elkaar helpen bij de ontwikkeling van sport in de krijgsmacht. Het motto daarvan is niet voor niets friendship through sport (vriendschap door sport, red.)”, zegt Van Belkom.
‘We hebben online heel wat gespard’
Aanvankelijk zouden hij en Feenstra met z’n tweeën gaan, maar ook de coach van het nationaal militair vrouwenteam, sergeant-majoor Sigi Carrera, sluit aan. “Samen vertaalden we opgezochte documentatie in het Engels. We hebben online heel wat gespard”, zegt Van Belkom. “Gelukkig hadden Sigi en ik nog documentatie van onze KNVB-opleiding en trokken veel informatie van internet. Overigens deden we dit allemaal naast ons werk.”
‘Het ging de volgende morgen om vijf uur al los’
Natuurlijke wekker
Daarmee gewapend begint op een zondag in september de lange reis naar Dar es Salaam. Van Belkom: “We dachten even te kunnen acclimatiseren, gezien de temperaturen geen overbodige luxe. Maar het ging de volgende morgen om vijf uur al los met een, zeg maar, natuurlijke wekker. En om acht uur al mochten we op audiëntie bij een generaal, waarna er een klas met gretige studenten op ons zat te wachten.”
Onder hen militairen, maar ook bewakers van een gevangeniscomplex en douanepersoneel. “We hadden op dertig man gerekend, door allerlei omstandigheden waren het er in het begin twintig, onder wie uiteindelijk vier vrouwen. In de rang van soldaat tot kapitein”, weet Van Belkom.
‘Toen we vragen gingen stellen, kwam er alleen ‘antwoord’ van een krekel’
Enorm beroep
“Ze reageerden allemaal positief op onze inleiding. Maar toen we vragen gingen stellen, kwam er alleen ‘antwoord’ van een krekel”, lacht Feenstra. “Niet iedereen bleek het Engels zodanig machtig om alles te kunnen volgen. We hebben toen uit de klas een paar tolken geworven. Daardoor duurde het allemaal wat langer, maar je weet dan zeker dat de stof goed overkomt. Voor ons was het soms ook puzzelen, vertaalapps bieden ook niet altijd de juiste omschrijving voor voetbaltermen. Er is twee weken lang een enorm beroep op onze talenknobbel gedaan.”
Waar ging het bij de theorielessen om? Van Belkom: “We gaven vooral handvatten over de aanpak van een wedstrijdbespreking en de opbouw van een warming-up. Daarnaast wisselden we theorie af met praktijklessen. Daarvoor hadden we jeugdvoetballers uit de omgeving ter beschikking als demoteam. Zij werden dus geïnstrueerd door onze cursisten. Dat was hartverwarmend. Die jongens maakten van elk doelpunt een groot feest.”
Methode Wiel Coerver
Het niveau van de aankomende trainers? “We hadden tevoren om deelnemers met een redelijke basiskennis gevraagd, vergelijkbaar met UEFA-C (jeugdvoetbal, red.)”, legt de adjudant uit. “Dat was niet bij allemaal het geval, maar het enthousiasme maakte veel goed. In Tanzania gaat voetbal gepaard met een enorme inzet en fysiek spel. Pas nu begint de methode Wiel Coerver (een voormalige Nederlandse trainer die op techniek hamerde, red.) daar voet aan de grond te krijgen.”
‘Soms was het een beetje gênant. Iedereen wilde met ons op de foto’
Van Belkom, Feenstra en Carrera hoefden zich na een dag voetbal nooit te vervelen. “We zijn onder meer bij de interland Tanzania - Ethiopië (0-0) geweest en bij de militaire sportopleiding in de hoofdstad Dar es Salaam”, vertelt Van Belkom. “We zijn écht overal met open armen ontvangen en kregen veel respect. Soms was het voor ons zelfs een beetje gênant. Iedereen wilde met ons op de foto.”
Prima op hun plek
Dat gebeurde veelvuldig tijdens de slotceremonie op 13 september in Dar es Salaam. Plaatsvervangend commandant Operaties bij de Tanzaniaanse landmacht brigadegeneraal Charles James Ndiege kwam woorden te kort om het Nederlandse drietal te bedanken. “De training heeft de goede relaties tussen Tanzania en Nederland versterkt”, oordeelt Van Belkom. Ondertussen deelden de Nederlanders de diploma’s uit aan de cursisten. “De teamtassen en sommige kledingstukken die we hebben achter gelaten, zijn daar prima op hun plek”, weet Feenstra.
‘Ik heb prettig kennisgemaakt met een andere cultuur’
De drie trainers kijken terug op ‘een heel bijzondere ervaring’. Ze waarderen het dat Defensie hen de mogelijkheid geeft om hun favoriete sport te beoefenen.’ “Wat wij ervan hebben geleerd? Ik heb in ieder geval prettig kennisgemaakt met een andere cultuur; een compleet andere wijze van omgaan met elkaar”, stelt Van Belkom. En Feenstra? “Deze militairen toonden een gedienstigheid en discipline waar wij wat van kunnen leren. De opmerking ‘ja, maar’ komt echt niet uit hun mond.”