03

Dit artikel hoort bij: Defensiekrant 26

Gedenkkruis 70 jaar op Leusderheide

Tekst Nico Schinkelshoek
Foto sergeant Gregory Fréni

Monument op militair oefenterrein herinnert aan verzetsstrijders

Precies 70 jaar geleden werd op de Leusderheide een monument onthuld in de vorm van een groot, wit kruis. Een eerbetoon aan de twintig verzetsstrijders die de Duitse bezetter daar op 20 juli 1943 executeerde. Ondanks het belangrijke werk dat deze groep op inlichtingengebied deed, is hun verhaal bij velen onbekend. “Zonder hen was er aan het begin van de Tweede Wereldoorlog veel minder (gedetailleerde) informatie geweest”, benadrukt historicus Erwin van Loo, verbonden aan het Nederlands Instituut voor Militaire Historie (NIMH).

Op het zanderige pad dat vanaf de ingang van het militaire oefenterrein naar het ‘Jannetjesdal’ leidt, zijn meer vogelpoten dan schoenafdrukken zichtbaar. De stilte overheerst in het bosrijke gebied. “Het monument staat niet op een prominente plek”, beaamt Van Loo, die zich specialiseerde in de Tweede Wereldoorlog. “Maar als je hier staat, realiseer je je dat deze mensen hier hun leven verloren voor onze vrijheid.”

Portretfoto van historicus Erwin van Loo, achter hem het gedenkkruis.
Historicus Erwin van Loo bij het gedenkteken op de Leusderheide.

Het verhaal achter het gedenkkruis begint in 1940

Radio en zendkristallen

Voor het verhaal achter het eenvoudige monument moeten we terug naar de zomer van 1940. De Nederlandse regering en de leden van het Koninklijk Huis bevinden zich op dat moment in Londen. Ze hebben weinig zicht op wat zich dan, redelijk kort na de Duitse invasie, in Nederland afspeelt. De behoefte aan militaire inlichtingen groeit, ook bij de geallieerde leiding.

Enkele maanden later vliegt de Nederlandse marineofficier Lodo van Hamel daarom vanuit Engeland naar Nederland. Hij krijgt de opdracht mee om daar een inlichtingennetwerk op te zetten. Met zijn parachute landt hij in de buurt van Hillegom. Van Hamel heeft een radio en drie zogenoemde zendkristallen bij zich. “Wie een beetje handig is, kan met deze radio-ontvangers zelf een radio bouwen en daarmee informatie verzenden”, legt Van Loo uit.

Het monument op het militaire oefenterrein.

“Vervolgens komt Van Hamel in contact met ingenieur Johan van Hattem”, vervolgt de historicus. “Deze ingenieur gaat een landelijk opererende zendgroep leiden: de Inlichtingen Dienst. Daarvoor gebruikt hij een door Van Hamel meegenomen zendkristal. Vanuit Delft zendt Van Hattem informatie naar de Britse geheime dienst MI6. Een linke operatie, omdat de Duitsers de informatie kunnen onderscheppen met hun radiowagens.”

Mogelijk gebruikten de geallieerden de informatie voor bombardementen

Informatie verzamelen

De verzetsgroep wordt steeds groter, tot het punt dat zich over het hele land personen bevinden die inlichtingen verzamelen. “Denk aan informatie over de Duitse eenheden of gebeurtenissen op vliegvelden. Of bijvoorbeeld aan locaties van de Duitsers waar (luchtafweer)geschut staat.”

Portretfoto van Erwin van Loo.
Van Loo: ‘Het sturen van informatie was een linke operatie.’

Waar de Britten aan het begin van de oorlog alleen een beroep kunnen doen op hun fotoverkenners, biedt deze Nederlandse verzetsgroep al snel een bron aan belangrijke en gedetailleerde informatie. Er zijn volgens Van Loo aanwijzingen dat de geallieerden de informatie in die tijd gebruiken voor het bombarderen van doelen in Nederland. “Het is lastig om die connectie daadwerkelijk te leggen, omdat in de Nederlandse archieven vrijwel niets van deze groep te vinden is. En veel van de Britse archieven hieromtrent zitten nog op slot.”

Gedateerde gegevens

De operatie verloopt relatief soepel, totdat de bezetters in november 1940 een van de leden van de groep van Van Hattem oppakken. Het zenden wordt stopgezet, de apparatuur uitgeschakeld. Achteraf blijkt deze veiligheidsmaatregel overbodig, omdat de aanhouding niets te maken heeft met het inlichtingwerk, maar met de verspreiding van illegale kranten, waar het groepslid zich eveneens mee bezighoudt. Een link met de inlichtingengroep blijft vooralsnog uit.

Het witte kruis van dichtbij, daarop de tekst ‘R.I.P’.
Het kruis herdenkt de twintig daar gefusilleerde verzetsstrijders.

Bij het hervatten van het werk wordt de verzamelde informatie bij gebrek aan apparatuur noodgedwongen meegegeven aan Nederlanders die over land naar Zwitserland vluchten. Daarnaast gaan de data via Delfzijl met schepelingen mee naar Zweden. Via die wegen komen de gegevens alsnog in Engeland terecht. “Waar informatie eerst via de radio gaat, kost het meegeven van berichten aan personen veel meer tijd. Soms met gedateerde gegevens tot gevolg”, vertelt de historicus.

Een van de eigen leden verraadt de groep uiteindelijk

Intern verraad

Na verraad van binnenuit rollen de Duitsers de groep even later alsnog op. Ze grijpen van Hattem in 1942 als eerst in de kraag. Spoedig daarna worden ook de meeste andere leden gepakt. Van Hattem komt in het Oranjehotel in Scheveningen terecht en gaat vervolgens naar Kamp Amersfoort. Na een één week-durende berechting in Haren worden hij en negentien andere collega’s ter dood veroordeeld. Samen met veroordeelde leden van de Ordedienst, een aan de Inlichtingen Dienst gelieerde verzetsgroep waar veel militairen deel van uitmaken, worden zij gefusilleerd in het Jannetjesdal. Van Loo: “De Duitsers wilden daarmee laten zien: ‘Begin niet aan verzet, we treden keihard op.’”

Van Loo loopt langs het witte gedenkkruis.
‘Deze plek raakt me.’

Onthulling in 1954

De twintig omgebrachte verzetsstrijders worden in 1947 herbegraven. Zestien op begraafplaats Rusthof in Leusden en vier elders in Nederland. Een oom van Van Hattem vraagt het houten kruis in 1953 aan bij de gemeente Amersfoort, die het verzoek goedkeurt. Een jaar later is de onthulling. Vanwege de ligging op een militair oefenterrein is het gedenkkruis helaas niet openbaar toegankelijk.

Opstaan tegen de bezetter

Het wit gelakte gedenkkruis, met daarop de tekst ‘R.I.P’, staat er die vele decennia later eenzaam bij tussen het hoge struikgewas. Terwijl Van Loo het verhaal vertelt, kijkt hij om zich heen. “Het zal mij niks verbazen als de verzetsstrijders hier hebben gestaan tijdens de executie.” Hij wijst richting het heuveltje waarop het kruis staat. “Het is zo afgelegen en rustig hier; deze plek raakt me.”

Van Loo naast het houten kruis. Hij kijkt naar een verdord boeketje van de herdenking op 4 mei.
Bij het gedenkteken ligt nog een aantal boeketten van de herdenking van 4 mei.

Hoewel er tal van monumenten zijn die ons herinneren aan de gebeurtenissen uit de Tweede Wereldoorlog, noemt de historicus dit gedenkteken ‘bijzonder’, vanwege het grote aantal slachtoffers dat hier viel. “Je ziet dat het verzet in Nederland pas in 1943 echt op gang komt. Deze groep was al vroeg overtuigd van het feit dat ze moesten opstaan tegen de bezetter.”

Verraad leidt tot vuurgevecht

De Duitsers pakken Lodo van Hamel op als hij samen met een paar anderen wil terugkeren naar Engeland. Dat gebeurt wanneer zij op het Tjeukemeer in Friesland op een watervliegtuig willen stappen. Vanwege slechte weersomstandigheden kan het toestel bij de eerste poging niet landen. De plaatselijke rijksveldwachter krijgt het wachtende groepje vervolgens in de smiezen en verraadt hen. Wanneer het vliegtuig de volgende nacht een nieuwe poging doet tot landen, ontstaat een vuurgevecht met de ondertussen gearriveerde Duitsers. Het met kogels doorzeefde vliegtuigje ontkomt alsnog veilig, de groep van Van Hamel niet. In juni 1941 wordt Van Hamel samen met medeverzetsstrijders geëxecuteerd.

Het kruis met daarnaast een vlaggenmast.