03

Dit artikel hoort bij: Defensiekrant 43

Defensie kleurt steeds groener

Tekst Evert Brouwer
Foto sergeant-majoor Gerben van Es

Energieoplossingen van de toekomst onder de loep

Defensie is de grootste gebruiker van fossiele brandstof bij de overheid

Wat kan de krijgsmacht doen om de komende jaren af te stappen van fossiele brandstoffen? Zo’n 350 belangstellenden kregen daarvan afgelopen zaterdag een voorproefje bij Fieldlab SmartBase op het voormalig defensiecomplex Ede-Driesprong tijdens een ‘open dag’.

Defensie heeft tot doel om in 2030 vijftig procent zelfvoorzienend als het gaat om energie op kampementen in missiegebieden. Voor 2050 is dat zelfs honderd procent. En dan moet ook de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen met zeventig procent naar beneden. Zaterdag trotseerden de bezoekers wind en regen om te zien wat Defensie, binnen de overheid de grootste gebruiker van fossiele brandstoffen, daar nu al voor doet.

‘Samen innoveren we met meer kracht’

Klimaatevenementen

De datum van de ‘open dag’ in Ede-Driesprong, waarvan de landmacht gastheer is, was niet geheel willekeurig. Het evenement viel samen de start van de Nationale Klimaatweek en de VN-Klimaattop in het Canadese Glasgow.

De open in Ede dag trok zo’n 350 belangstellenden. De regen was regelmatig spelbreker.

‘Het goed uitvoeren van onze taken blijft prioriteit’

Kracht

Een dag eerder, toen het heerlijke najaarszonnetje nog scheen, kwamen al vertegenwoordigers van industrie en kennisinstituten langs. Want, zo stelt commandant Innovatie Landmacht kolonel Alain Schoonderbeek: “We komen op deze Fieldlab bijeen om te testen waarmee we elkaar kunnen helpen. Samen innoveren we met meer kracht, meer impact en krijgen we de innovatieve oplossingen die we morgen nodig hebben in het landoptreden.”

Kolonel Alain Schoonderbeek legt uit wat de Fieldlab SmartBase allemaal kan betekenen.

Diesel

Het is bepaald geen gemakkelijke klus om het streven voor 2050 te halen. “Want voor Defensie blijft de uitvoerbaarheid van onze taken en de veiligheid van militairen op één staan”, aldus Schoonderbeek. Het is dus zaak om te onderzoeken wat wél kan.

Daarbij denk je al snel aan het aanpassen van voer- en vaartuigen die nu nog veelal op vervuilende diesel draaien. Zoals de elektrisch aangedreven Easy Rider en de E-Quad, een scooter en quad die al langer in de testfase zitten. Tot groot genoegen van de bezoekers, lieten hij en collega majoor Xander Beks in het modderige terrein zien wat deze motoren kunnen. “Deze quad is al in gebruik bij het Korps Commandotroepen”, benadrukt majoor Gerben Seevinck van het Programma Energietransitie Defensie. “Door te testen kun je samen met de producent kijken waar verbeteringen mogelijk of noodzakelijk zijn.”

Lekker raggen met de Easy Rider en de E-Quad. De majoors Beks en Seevinck testen de scooter en quad.

Waterstof

Maar de militaire basis van de toekomst draait niet alleen om ‘kleine’ elektrische vervoersmiddelen. Op het terrein in Ede was ook een elektrische truck te zien, vooralsnog bedoeld voor binnenlandse logistieke operaties. En een Fennek verkenningsvoertuig dat deels op lithiumbatterijen rijdt. De Koninklijke Marine is inmiddels een traject gestart om de toepassing van alternatieve brandstoffen te onderzoeken. Het gaat dan met name om waterstof.

Een tafel gemaakt van plastic en kleding, het kan…

Water uit de lucht

Maar er is meer dan alleen ‘mobiele’ energietransitie. Het kan ook gaan om water en voedsel. Zo schreef de Defensiekrant eerder al over het experiment met een energiereep uit de 3D-printer. “We hebben een onderzoek gehouden en acceptatie van dit voedsel blijkt best groot te zijn”, weet Mark Tamis van het Kenniscentrum Logistiek van de landmacht. “Het voordeel is dat je er geen brandstof verbruikende logistiek voor nodig hebt. Én je gaat voedselverspilling tegen.”

Mark Tamis (rechts) legt uit wat de Doppler kan betekenen.

En water dan? “Daarvoor hebben we inmiddels twee dopplersystemen aangekocht. Deze apparaten halen water uit de droge lucht. Werkt heel goed in warme landen”, legt Tamis uit. “Nu is het nog een grote machine, maar die maken ze ook steeds kleiner. Straks kan een individuele militair ermee op pad.” Ook hier dus geen opvoer van (plastic) waterflessen.

Tafelkleding

En vergeet kleding niet! Van oude, militaire kleding kan tegenwoordig meer worden gemaakt dan alleen een stoffen tas. Zo staat kolonel buiten dienst Harold Jacobs, oormalig commandant van het Kleding en Persoonlijke Uitrustingbedrijf, te glunderen bij een glanzende tafel. De directeur van de Echos Homes, de ontmoetingsplaats voor militairen in binnen en buitenland, moet keer op keer uitleggen dat er geen hout aan te pas is gekomen. “Gemaakt van 48 procent kleding en 48 procent ingezameld plastic. Defensie leverde daarvoor 960 kilo gevechtskleding”, verkondigt hij niet zonder trots.

Urban Mining heet dat, waarbij de twee producten worden vermalen tot granulaat. “Inmiddels staan ze in al onze Nederlandse vestigingen.” De tafels, die nooit meer hoeven te worden geschuurd of geverfd, besparen per stuk 787,68 kilo Co2 en 519,20 KWh stroom”, onderstreept kolonel Schoonderbeek nog maar eens.