Tekst KAP Arjen de Boer
Foto Hans Roggen
Oekraïense militair revalideert maandenlang in MRC Doorn
Oorlog is chaotisch en smerig. Daar weet de 27-jarige Rode Baret Illia alles van. Een zware Russische mortieraanval veranderde het leven van de jonge Oekraïner voorgoed.
De Oekraïense Illia is zo’n 5 centimeter ‘gekrompen’. Niet door een of andere gekke ziekte of ouderdom. Nee, hij is pas 27 jaar. Zijn nieuwe lengte van 1.65 meter is het gevolg van een Russisch spervuur in de zomer van 2022. “Ze beschoten ons met zware mortieren en ik zocht dekking. Er explodeerde een granaat vlakbij. Ik voelde een dof, brandend gevoel onderaan mijn lichaam”, vertelt Illia bijna 3 jaar later in het Militair Revalidatie Centrum (MRC) in Doorn. Daar zit hij op een lichtgroene bank, op zijn gemak. Rustig pratend, zijn benen voor zich uit gestrekt. Zijn nieuwe, hightech benen welteverstaan, zijn speciaal op maat gemaakte protheses van onder meer titanium, carbon en aluminium. Een sensor bepaalt 4 keer per seconde de stand van de knie, zodat Illia goed in balans blijft als hij loopt.

‘Ik wilde geen pijnstiller die mij buiten westen zou brengen’
Extra tourniquets
“Mijn commandant verleende direct na de beschieting eerste hulp. Ik was volledig bij kennis. Ik kon hem vertellen waar ik mijn extra tourniquets had, zodat hij mijn benen kon afbinden.” Bij het gebruik van een tourniquet is het standaard om ook het tijdstip te noteren waarop deze is aangebracht. Deze info is voor de artsen belangrijk. Het weefsel achter het tourniquet kan slechts een bepaalde tijd zonder zuurstofrijk bloed. Te lang wachten en het lichaamsdeel is verloren. “Maar mijn commandant had geen stift om de tijd op te schrijven. Dus heeft hij die met mijn eigen bloed op mijn buik geschreven. Ik wilde geen pijnstiller die mij buiten westen zou brengen. Stel dat het bloed en dus de tijd zou worden weggespoeld. Ik wilde bij bewustzijn blijven om zelf de tijd door te geven.”

Rode Baret
lllia is vóór de oorlog al in dienst. Hij is soldaat der eerste klasse bij een luchtlandingseenheid die de Rode Baret draagt. Op zijn rechterschouder prijkt een patch met een leeuw met zwaard en vleugels. Hij is een afgestudeerd architect, maar dat beroep ziet hij na een stage niet zitten. “Ik vond de defensiewereld interessant en wilde dat van dichtbij meemaken”, zegt Illia.
Hij springt uit vliegtuigen en verdient zijn wing; een bewijs van vaardigheid die parachutisten mogen dragen. Hij zorgt ervoor dat hij fysiek fit blijft, want wie faalt op de fitheidstesten, krijgt minder salaris. En de jonge soldaat draait talloze oefeningen. Dat is op 22 februari 2022 niet anders. “We kwamen laat terug van een oefening en konden pas ’s nachts naar bed omdat we uitrusting en voertuigen moesten onderhouden”, blikt hij terug. Ze liggen net te tukken als er groot alarm klinkt.

‘Eigenlijk kon ik het niet geloven’
Invasie
Russische troepen zijn in alle vroegte massaal de grens overgestoken, de hoofdstad Kyiv ligt onder vuur. “De grote inval was begonnen, maar eigenlijk kon ik het niet geloven. Dat ze het echt zouden doen. Ik dacht dat het om een nieuwe oefening ging.”
Maar de realiteit wordt al snel duidelijk. Illia is chauffeur van een pantservoertuig dat 4 luchtdoelraketten kan afschieten. De opdracht is alles wat rondvliegt uit de lucht te knallen om eigen troepen te beschermen. “We moesten vechten, hadden geen keuze. We moesten ons land verdedigen.”
Brandend gevoel
In de bossen en velden rond de zwaarbevochten stad Bachmoet neemt zijn eenheid posities in. Ze moeten mortierstellingen dekken tegen luchtaanvallen. Russische troepen gooien alles in de strijd om de stad in te nemen en schieten de gebouwen aan gruzelementen. Op 29 juni 2022, 06:00 uur, zijn Illia en zijn collega’s het doelwit. Zwaar kaliber mortiergranaten regenen op en rond hun loopgraven. Hij zoekt dekking, dan is er een explosie dichtbij. Illia ziet dat zijn benen aan gort zijn. Alleen de pezen houden de boel bij elkaar. In een medische post achter het front besluit de arts tot amputatie. “Toen ik wakker werd, was alles gezwachteld. In een auto onderweg naar een ander ziekenhuis, kreeg ik een plastic tas mee. Daar zaten mijn benen in. Om ergens te cremeren. Die konden ze niet aan de honden voeren natuurlijk.”

‘Ik moest leren traplopen, zitten en opstaan uit een stoel’
Naar Nederland
In een Oekraïens revalidatiecentrum hoort Illia over de mogelijkheid om in Nederland te revalideren. Als er een uitnodiging ligt, aarzelt hij niet en vertrekt naar het MRC in Doorn. Daar krijgt hij eerst een soort kleine pootjes aangemeten, waardoor hij misschien 1.30 meter lang is. Hij kan dan nog niks, hij moet opnieuw leren lopen. “Die pootjes waren om te wennen aan protheses en alvast oefeningen te doen. De training hebben we tijdens fysio- en ergotherapie steeds opgebouwd. Ik moest leren traplopen, zitten en opstaan uit een stoel, van de grond opstaan.”
Illia laat het in de oefenzaal allemaal zien. Als een soort breakdancer plant hij zijn handen op de vloer en werkt zichzelf omhoog. Voor zover zijn stijve, nieuwe ‘benen’ dat toelaten. Eerst een hand los, iets meer balans, verder omhoog, andere hand los, dan totale balans. Obstakels ontwijken, plotseling stoppen. Alles bij elkaar duurde het meest intensieve deel van het traject zo’n 8 maanden.

‘Soms heb ik goede dagen, soms slechte dagen’
Slinkende stompen
Met zijn nieuwe benen is hij dus 5 centimeter kleiner geworden. “Ik heb korte stompen. De linker is 24 centimeter, de rechter 19. Daarmee moet ik mijn protheses voortbewegen, dat kost veel kracht. Dus kunnen ze niet te lang en zwaar zijn. Elke prothese weegt ongeveer 4 kilo. Daarom ben ik nu kleiner dan vroeger”, zegt hij met een lach. “Soms heb ik goede dagen, soms slechte dagen. Zo slinken mijn stompen nu een beetje. Dus moeten er nieuwe kokers komen voor de prothesen. Dat is weer wennen, soms zit het niet lekker.”

Leven gaat door
Hij lijkt zijn lot sowieso stoïcijns te ondergaan. Niks aan te doen, het is wat het is. Hier kan hij ook een warrior mindset toepassen. Niet opgeven, maar doorgaan. “Het leven gaat door”, zegt hij. Zo spreekt hij na een half jaartje les opvallend goed Nederlands. “We hebben wekelijks 2 uur les en er komt ook een vrijwilliger langs met wie we kunnen kletsen om te oefenen”, zegt hij over zijn basiskennis. Overigens gaat de rest van het interview via een tolk. “Dat praat nu toch makkelijker.”

Steile wand beklimmen
Tegenwoordig gaat hij graag naar een klimhal om daar via kleine greepjes en houvasten op een steile wand te klimmen. “Daar gebruik ik mijn benen niet voor, dat heeft geen zin”. Hij pakt zijn telefoon en laat een foto zien. Op de achtergrond zijn de klimmuur en gekleurde greepjes te zien, er hangen touwen voor de veiligheid. Illia is op de foto nog kleiner geworden. Om te klimmen heeft hij weer kleine pootjes direct aan zijn stompen. “Dus komt het vooral op mijn bovenlichaam aan. Eigenlijk alles!”
Of hij verder nog sportieve ambities heeft, weet hij niet. Sommige gewonde veteranen richten hun pijlen op deelname aan de Invictus Games. Op dit internationale sportevenement komen militairen, burgers en veteranen in actie die tijdens hun werk voor Defensie fysiek en/of mentaal gewond raakten of ziek werden. Deze spelen vinden deze maand in Canada plaats. Illia heeft ervan gehoord toen hij nog in Oekraïne revalideerde. “Ik was al voorzichtig met boogschieten begonnen om kans te maken op een plek in het team. Maar toen kwam de mogelijk om naar Doorn te gaan en heb ik daar voor gekozen. Zo kon een ander mijn plek innemen. Helemaal prima.”

‘Ik heb nooit oorlog gewild’
Toekomst
Illia weet nog niet precies wat de toekomst brengt. Of er snel vrede komt? Hij heeft geen idee. Op de hoge politieke dekken wordt gerept over een staakt-het-vuren. Maar ja, wat dan nog? De toekomst is hoogst onzeker. Een ding weet hij wel: “Ik heb nooit oorlog gewild. Ik wil vrede. Lekker van de zon genieten.”
Het is fijn in Nederland, dus als het kan zou hij hier een leven willen opbouwen. In Oekraïne wacht geen partner of andere verplichtingen. Maar terug naar Oekraïne sluit hij niet uit, als er eenmaal vrede is. “Ik moet dat even bekijken. Wie weet in welke levensfase ik op dat moment zit. Misschien toch de architectuur? Geen idee, dat zie ik dan wel.”