Defensie en civiele partners zij aan zij bij oefening Wolkbreuk
Aan de boorden van het Amsterdam-Rijnkanaal, ter hoogte van het Utrechtse Schalkwijk, cirkelt op de eerste woensdag van november plots een helikopter boven flink wat hectaren weiland. Het blijkt te gaan om een transporthelikopter van Defensie. Deze Chinook levert luchtsteun en pendelt twee dagen lang tussen het ‘pick-up point’ en de ‘drop-off locatie’ met zogenaamde ‘big bags’ en ‘block bags’. Dit vanwege een doorgebroken dijk. Die is bezweken door aanhoudend noodweer met veel neerslag. Snelle actie vereist dus.
Tekst: Coen Heil |Foto’s sergeant-majoor Gregory Fréni
Dit fictieve scenario is, gezien de stijgende zeespiegel, niet langer ondenkbaar in Nederland. Met name langs de grote rivieren in laaggelegen polders en in Limburg, evenals bij regionale rivieren en beken, heerst gevaar voor overstroming. Reden te meer voor de allereerste samenwerking van de Koninklijke Luchtmacht met waterschap Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden (HDSR). Bij deze oefening zijn ook Rijkswaterstaat en de eigen defensiecollega’s van het Mobile Air Operations Team (MAOT) betrokken.
Wateroverlast in regio Utrecht
In de regio Utrecht en een deel van Zuid-Holland vond vorige week de grootschalige crisisoefening Wolkbreuk plaats. Tijdens deze oefening trainden ongeveer zevenhonderd medewerkers van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden (HDSR), Defensie, Rijkswaterstaat en het Rode Kruis gezamenlijk op een scenario met extreme regenval en wateroverlast.
Extreme buien worden door de klimaatverandering steeds waarschijnlijker. Daarom zijn voorzorgsmaatregelen noodzakelijk. Wateroverlast en schade zijn onontkoombaar, maar wel enigszins te beperken. Dat vraagt samenwerking van Defensie, waterbeheerders, veiligheidsregio’s, gemeenten én inwoners. En om oefening.
Schakel tussen grond en lucht
Doordat de Chinook in Schalkwijk nergens kan landen, hangen de noodzakelijke middelen onder het toestel. Daarbij is een belangrijke rol weggelegd voor het specialistische MAOT-team, de schakel tussen grond en de lucht. Deze luchtmachtmilitairen hangen de ladingen correct onder het toestel zodat dat deze tijdens de vlucht niet uit evenwicht raakt. “De voorbereidingen troffen we al een dag eerder, wat natuurlijk niet helemaal realistisch is”, vertelt sergeant en groepscommandant MAOT Nick eerlijk.
Leuk en divers
Sergeant Nick is tijdens de oefening eindverantwoordelijke voor de dropping op de grond. “Op de locatie waar wij staan, doet een MAOT-collega de grond-luchtcommunicatie. Ik doe de randzaken eromheen en iemand van Rijkswaterstaat vertelt ons waar de neerdalende zakken moeten komen.”
Die taakverdeling loopt gesmeerd. “Het mooie van dit soort inzetten is dat je met heel andere collega’s en organisaties in aanraking komt”, stelt de onderofficier. “Dat maakt het leuk en divers. Naarmate de tijd verstrijkt, verloopt bovendien de samenwerking steeds vloeiender.”
Groot belang van oefening
Hoofd Operaties 298 Squadron majoor Marco benadrukt het belang van oefening Wolkbreuk. “Door de gevolgen van klimaatverandering kunnen we maar beter goed voorbereid zijn door goede training”, zegt hij. “Daarom hebben we de kans aangegrepen om in deze samenstelling te trainen en ervaringen uit te wisselen met de civiele partners. Ook kijken we wat we van elkaar kunnen leren en hoe we de inzet en samenwerking zo efficiënt mogelijk maken.”
Meer zandzakken
De majoor zegt tevreden te zijn met de opgedane kennis bij de oefening. Tegelijkertijd is de evaluatie al in volle gang. “Om de helikopter stil te laten hangen met een zware lading onder het gestel, hebben we al een aantal dingen uitgeprobeerd”, vertelt de officier. Daarbij doelt hij op onder meer een zichtbare markerpanel op de grond. Ook het precies naast elkaar zetten van zandzakken vereist het nodige precisiewerk. “Kunnen we bijvoorbeeld met lijnen aan zo'n lading gaan werken, waardoor we in ieder geval het spinnen - ronddraaien - kunnen beperken? Of zijn we in staat iets te doen aan een bepaalde invliegsnelheid, waardoor we meer zandzakken kunnen plaatsen?” Vragen waarop binnenkort vermoedelijk antwoorden komen.
Veel leren van waterbeheer
Na de korte, eerste analyse blikt de officier met een goed gevoel terug op de samenwerking met de andere partijen en het Hoogheemraadschap in het bijzonder. “Intern bij Defensie weten we natuurlijk hoe de hazen lopen, maar met zo’n waterschap moet je eerst weer de taken en verantwoordelijkheden verdelen”, noemt de majoor een verschil. “Welke expertise en middelen hebben zij in huis? Wat is hun plan van aanpak en waar passen wij in dit specifieke geval onze Chinook in?”
“Echter, wij weten bijzonder weinig van dijken. Hoe je bijvoorbeeld optreedt bij een dijkdoorbraak of met apparatuur die stuk is. Dat is kennis die waterbeheer bezit en daar leren we heel veel van. Terwijl zij weer van ons leren hoe je commando voert en leiding geeft in unieke situaties. Of hoe onze helikopters mogelijk ontstane gaten vult.”
Ondersteunend personeel essentieel
Resumerend. Op deze nazomerse herfstdag in de polder nabij Houten, stal de Chinook zoals wel vaker de show. Het hoofd operaties breekt echter graag een lans voor alle ondersteuners. “De militairen die één kuub zand in de zak hebben geschept, de helpers op de grond, de technische dienst en de vluchtvoorbereiders. Zij zijn vaak wat minder zichtbaar, maar wel essentieel om die Chinook op de juiste plek te krijgen.”
Landmacht in actie
Behalve de luchtmacht kwam ook de landmacht in actie tijdens oefening Wolkbreuk. Samen met medewerkers van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden, Rijkswaterstaat en het Rode Kruis. Enkele kilometers verderop in IJsselstein inspecteerden militairen samen met waterbeheerders dijken. Verder sloten ze sluizen en weteringen af met speciale big bags, legden ze zandzakken, plaatsten ze noodpompen en testten ze waterbergingen.