Tekst kapitein Jaap Wolting
Achtergrond: Onderzoek vraagt om anticipatie Defensie op verschuivingen energiemarkt
De wereldwijde energiemarkt verandert snel. Nationale oliebedrijven worden sterker en in landen die sterk afhankelijk zijn van olie- en aardgasexport nemen de spanningen toe. Nederland – aardgasproducent en belanghebber in Shell – wordt hier ook door geraakt. Het Den Haag Centrum voor Strategische Studies (HCSS) ziet een prominentere rol weggelegd voor Defensie.
De Verenigde Staten (VS) hebben een sleutelrol op de energiemarkt, waar de wereldwijde vraag nog steeds stijgt. Doordat Amerika grote stappen maakt op het gebied van de productie van schaliegas en -olie (zie kader), is het in de toekomst in staat de energievoorziening steeds meer zelf te regelen. De VS zullen zelfs brandstof kunnen exporteren. De interesse in het Midden-Oosten neemt hierdoor geleidelijk af. De stabiliteit in die regio vergt daardoor op de lange termijn meer Europese inbreng.
“Energie is in bepaalde al instabiele landen een belangrijke inkomstenbron”, zegt dr. Sijbren de Jong, strategisch analist en mede-auteur van het HCSS-rapport No Blood for Oil?. Daarin wordt de economische veiligheid van Nederland geanalyseerd. “Als die inkomsten afnemen, is er risico op sociale onrust. Daar moet je op anticiperen.”
Jong schaliegas: brandstof van nieuwe generatie
De commerciële winning van schaliegas en schalieolie is een jong fenomeen.
Schaliegas en –olie zijn onconventionele energiebronnen die worden gewonnen uit
schalie. Bij dit proces komen radioactieve elementen vrij.
Deze methode wordt pas sinds het einde van de 20ste eeuw op grote schaal
gebruikt. Het Internationaal Energie Agentschap (IEA) voorspelt dat de VS tegen
2035 een uitvoerder in plaats van een invoerder van gas zijn door de winning van
schaliegas. Rond 2020 zouden ze Saoedi-Arabië voorbij streven als grootste
olieproducent ter wereld.
Hulp aan fragiele staten
Rusland is ook een grote jongen op de energiemarkt, maar ziet in de VS nu een nieuwe concurrent opdoemen. De VS hebben hun kolen niet zelf meer nodig en exporteren ze dus naar Europa. De Jong: “Het is zonneklaar dat het nadelig is voor Nederland als de inkomsten in het grootste land ter wereld teruglopen. Alleen al de Rotterdamse haven verwerkt jaarlijks miljoenen liters Russische olieproducten. Die processen zorgen voor veel bedrijvigheid en leveren banen op.”
Roering bij energie-exporteurs als Rusland en in landen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika kan de economische veiligheid van Nederland in het gedrang brengen. Nederland is namelijk afhankelijk van een stabiele vrije markt.
Marjolein de Ridder, mede-auteur van ‘No Blood for Oil?’: “Economische veiligheid gaat hand in hand met andere politieke doelstellingen. Bijvoorbeeld het bevorderen van de internationale rechtsorde en hulp aan fragiele staten. Defensie kan hier een belangrijke rol in spelen. Kijk bijvoorbeeld eens naar de anti-piraterijmissies rond de Hoorn van Afrika. Zij stellen handelsroutes zeker. En Nederland is niet het enige land dat met dit vraagstuk kampt. Niet voor niets zijn deze missies coalitieverbanden van de NAVO en de EU.”
Focus op anticipatie
Naast specifieke landen die aandacht vereisen zou Nederland bepaalde knelpunten in de gaten moeten houden. Bab-el-Mandeb, het Suez-kanaal, de Straat van Hormuz en de Straat van Malakka zijn de voornaamste (zie kaartje). Volgens de onderzoekers van het HCSS zijn anticipatie en preventie toverwoorden.
Vooruitzien en voorkomen, dus. Door instabiele landen te betrekken bij oefeningen en hun lokale staven te trainen kun je een positief effect creëren. Ook zogenoemde Security Sector Reform-missies werken heilzaam. Als puntje bij paaltje komt, is het toch de aanwezigheid van een goed functionerend veiligheidsapparaat dat vaak doorslaggevend is voor stabiliteit van een land. “Daar zou Defensie meer de focus op moet leggen”, meent De Jong.