Tekst kapitein Arthur van Beveren
Foto Mediacentrum Defensie
Defensiebeurs Londen: aandacht voor bedrijfsleven en samenwerking
“We moeten als Europa meer doen om onze eigen veiligheid en manier van leven te beschermen. Met de substantiële en massale verhoging van de Europese defensiebegrotingen is er een belangrijke stap gezet. De vraag is vooral hoe je dat extra geld concreet en efficiënt kunt inzetten. Het korte antwoord is: snel, verstandig en samen!”. Dat zei staatssecretaris Christophe van der Maat op 12 september tijdens het Defence and Security Equipment International (DSEI) Event.
De DSEI is één van de meest toonaangevende beurzen voor de defensiesector wereldwijd. Het vierdaagse evenement vindt plaats in het Excel Centrum in Londen.
De staatssecretaris was onder meer aanwezig om het Nederlandse bedrijfsleven internationaal te positioneren. Dat is een van de maatregelen uit de Defensie Industrie Strategie die in 2022 geactualiseerd is. “Er is een grote behoefte aan een veerkrachtige industrie die snel kan opschalen. Ik ben mij er ook van bewust dat het voor bedrijven alleen zinvol is om te investeren in meer productiecapaciteit als overheden een bepaalde vraag voor een langere periode garanderen. In ruil daarvoor moet de industrie deze kans effectief benutten. Daarnaast moeten we slimmer werken, bijvoorbeeld door standaardisatie. Europa heeft 16 soorten gevechtsvliegtuigen, 12 soorten tanks en 33 soorten fregatten. Dit is niet ideaal.”
Toekomst
Nederland en het Verenigd Koninkrijk werken al geruime tijd samen binnen de United Kingdom/Netherlands Amphibious Force. Dit jaar vierde die strijdmacht haar 50-jarig bestaan. “Tijdens onze Marinedagen ondertekenden beide ministers van Defensie een Letter of Intent. We zijn overeengekomen om in de toekomst verder samen te werken op het gebied van amfibische oefeningen en training.”
Van der Maat werd op de beurs ook geïnformeerd over het versterken van de samenwerking met het Verenigd Koninkrijk op het gebied van innovatie.
Zr. Ms. De Ruyter
De Rijksoverheid ondersteunt de Nederlandse defensie- en veiligheidsindustrie in haar internationale ambities. Het ministerie van Economische Zaken en Klimaat maakt het mede mogelijk dat er op de beurs een Nederlands Paviljoen met Nederlandse bedrijven uit de sector aanwezig is. Daarnaast ligt het luchtverdedigings- en commandofregat Zr. Ms. De Ruyter afgemeerd in de Theems. Het schip host diverse evenementen voor de NIDV.
De DSEI wordt elke 2 jaar georganiseerd, dit keer van 12 t/m 15 september.
Eerste lichting aan de slag als dienjaarmilitair
Kameraadschap, discipline, goed voor de professionele en persoonlijke ontwikkeling, vrienden voor het leven gemaakt. Het zijn enkele veelgehoorde herinneringen van mannen die ooit hun dienstplicht vervulden. Dat kan sinds 1 mei 1997 niet meer, want toen is de opkomstplicht opgeschort. Spijtig? Dan is er goed nieuws. Het Dienjaar maakt het mogelijk om een jaar lang een functie te vervullen bij de krijgsmacht. De eerste lichting van 140 nieuwe militairen verzamelde zich op 9 september op de Generaal Spoorkazerne in Ermelo voor de formele 'kick off'.
Staatssecretaris van Defensie Christophe van der Maat verwacht met het Dienjaar niet alleen extra personeel binnen te halen. “We willen zo ook de band versterken tussen de krijgsmacht en de samenleving”, voegde hij er tijdens zijn welkomstwoord aan toe.
Kijken naar Defensie
Dat er meer feeling met de maatschappij moet zijn, heeft volgens hem alles te maken met de verslechterde veiligheidssituatie op het wereldtoneel. Hij noemde de oorlog in Oekraïne en de Russische dreiging als voorbeeld. “Maar er is meer. De opstelling van China, terrorisme en de mogelijke gevolgen van klimaatverandering, zoals honger en vluchtelingenstromen. Voor een antwoord op deze dreigingen, kijken mensen naar Defensie en dat is logisch.”
Andere plek voor krijgsmacht
Het militaire bedrijf is na jarenlange bezuinigingen inmiddels geen sluitpost meer. Er is weer geld om de gevechtskracht en inzetbaarheid te versterken. Van der Maat houdt wel zijn hart vast als het om personeel gaat. “Er zijn te weinig mensen en door de vergrijzing zal dit niet snel veranderen”, verwacht hij. Hij pleit voor een andere plek voor de krijgsmacht in de samenleving. Want: “We zijn met z’n allen verantwoordelijk voor onze eigen veiligheid. Dat betekent bijvoorbeeld dat we meer gaan samenwerken met bedrijven en taken uitbesteden. Ook breiden we de komende jaren het aantal reservisten fors uit.”
Toch weer een dienstplicht invoeren? Het is volgens de staatssecretaris niet de oplossing. “Sinds het opschorten van de dienstplicht heeft Defensie zich ontwikkeld tot een efficiënt beroepsleger. Hoe goed de herinneringen van sommige hier aanwezige vaders ook zijn; we willen geen nieuwe massa’s dienstplichtigen. We zoeken gemotiveerde professionals.”
Kennismaken met militaire leven
Met professionals bedoelt Van der Maat zeker ook dienjaarmilitairen. Deze voor Defensie belangrijke doelgroep kan wat hem betreft op een aantrekkelijke en realistische manier kennismaken met het militaire leven. “En met de uitgebreide mogelijkheden die Defensie biedt”, voegt hij toe. “Iedereen is welkom, welke opleiding of achtergrond je ook hebt. Jullie doorlopen allemaal hetzelfde programma en leren elkaar zo kennen. In dat opzicht lijkt het wel degelijk op de dienstplicht. En het Dienjaar helpt zo om Defensie weer een vanzelfsprekend en zichtbaar onderdeel van onze maatschappij te maken.”
Interessant voor werkgevers
Van der Maat weet daarnaast zeker dat een Dienjaar op een curriculum vitae van grote meerwaarde is. “Persoonlijke vorming en ervaring maakt deelnemers extra interessant voor toekomstige werkgevers. Ik hoop dat dit Defensie is.” Het Dienjaar biedt de mogelijkheid 1 jaar bij de marine, landmacht, luchtmacht of marechaussee en dus ook bij COMMIT te werken. Kijk op deze pagina voor meer informatie over het dienjaar.
Defensie vervangt radarstations tijdelijk door mobiele systemen
Defensie zet een mobiel radarsysteem van de NAVO in om het radarstation in Wier voor een half jaar te vervangen. Dat is binnenkort buiten gebruik door een verbouwing vanwege geluidsoverlast. Daarnaast koopt Defensie een nieuw mobiel systeem, de Groundmaster 400a. Dat gaat het luchtruim in het zuiden bewaken tot eind 2026. Dan neemt een nieuw radarstation in Herwijnen die taak over.
De inzet van de mobiele radarsystemen is voor nu de best haalbare optie, maar staatssecretaris Christophe Van der Maat benadrukt dat het om een tijdelijke oplossing gaat. “Mobiele radarsystemen bieden een basisdekking. Defensie stelt hogere eisen en wil het luchtruim bewaken met state of the art SMART-L-radarstations die beduidend beter zijn. Het is daarom van groot belang dat het nieuwe radarstation in Herwijnen er zo snel mogelijk komt.”
Geluidsnormen
Defensie gebruikt nu twee radarstations om het Nederlandse luchtruim te bewaken en te beveiligen. Voor Noord-Nederland is dat het nieuwe SMART-L-radarstation in Wier. Dat mag volgens de geldende geluidsnormen alleen overdag aan staan. ’s Avonds en ’s nachts maakt het namelijk te veel lawaai. Vanwege de verslechterde veiligheidssituatie in Europa is de radar sinds maart vorig jaar toch 24/7 in gebruik.
Het radarstation wordt binnenkort verbouwd en krijgt een geluidswerende koepel en een aangepaste aandrijving om de geluidsoverlast tegen te gaan. Na de verbouwing moet het station aan de geluidsnormen voldoen. Om de verbouwingsperiode van een half jaar te overbruggen, gebruikt Defensie een Deployable Air Defence Radar (DADR) van de NAVO, vanaf Vliegbasis Leeuwarden.
Risico
Het luchtruim in het zuiden wordt bewaakt door het zwaar verouderde MPR-station in Nieuw Milligen. Dat loopt een steeds groter risico om uit te vallen. Het duurt zeker nog tot eind 2026 voordat een nieuw te bouwen SMART-L-radarstation in Herwijnen de luchtruimbewaking kan overnemen. Om die periode te overbruggen koopt Defensie een Groundmaster 400a van Thales Frankrijk. Deze wordt geplaatst op het militair terrein in Nieuw Milligen. De Groundmaster is vanaf het derde kwartaal van 2024 beschikbaar.
Defensie heeft de NAVO gevraagd om de DADR na het half jaar in Leeuwarden voor een paar maanden te verplaatsen naar Nieuw Milligen. Dit omdat het onzeker is of het verouderde MPR-station blijft werken. Zo heeft ook het zuidelijk deel van het luchtruim in het tweede kwartaal van volgend jaar een basis radardekking.
De Vacature Podcast van COMMIT op Spotify
COMMIT staat voor een grote capaciteitsuitdaging. Om de krijgsmacht te blijven voorzien van wat nodig is, zijn er hard nieuwe collega’s nodig. Om zowel huidige collega’s als potentiële nieuwe medewerkers van buiten Defensie een inkijkje te geven in ons werk, is De Vacature Podcast gelanceerd. In de 8-delige podcastserie brengen we vacatures extra onder de aandacht en geven we verdieping op de bestaande vacatureteksten.
Host Ronald Vossestein, recruiter bij COMMIT, belicht elke aflevering een andere vacature. Hierbij sluiten COMMIT-collega’s van de desbetreffende afdeling aan. Want wie kunnen potentiële sollicitanten nu beter informeren over de functie dan onze eigen collega’s? Zij gaan in gesprek over het werk dat ze doen en vertellen wat iemand écht wil weten alvorens te solliciteren. Zo worden de afdeling, het team, de functie en de impact die de functie heeft op de krijgsmacht uitgebreid besproken. Bovendien komen de benodigde vaardigheden, kwalificaties en potentiële doorgroeimogelijkheden aan bod.
Via de podcast zijn al nieuwe collega’s binnengekomen vertelde Koos, die aan het woord kwam in de aflevering ‘Elektromonteur bij DPO’.
De Vacature Podcast is te beluisteren op Spotify. Daarnaast zijn de afleveringen terug te vinden op de COMMIT-pagina van werkenbijdefensie.nl.
Bijna 2 miljard euro aan militaire steun naar Oekraïne, onder meer brugleggende tanks
De totale waarde van de geleverde militaire steun aan Oekraïne nadert de € 2 miljard. De vervangingswaarde van het geleverde materieel is wel iets naar beneden bijgesteld. Dat komt doordat meerdere goederen niet worden vervangen, maar zijn afgestoten. Dat meldde minister Kajsa Ollongren op 31 augustus aan de Tweede Kamer. Het betreft leveringen tot en met 23 augustus.
De totale vervangingswaarde van alle goederen bedraagt nu circa € 1,4 miljard, ten opzichte van € 1,5 miljard 2 maanden geleden. Dat betekent uiteraard niet dat er niets is geleverd. Sinds eind juni doneerde Nederland bijvoorbeeld brugleggende Leopard 1-tanks, bruggen, munitie en ontmijningsuitrusting. Maar ook zaken als vrachtwagens, tenten, veldhospitalen, computers en datasystemen zijn naar Oekraïne gegaan. De bijdrage van Nederland aan de F-16-training en het leveren van toestellen is in dit bedrag nog niet meegenomen.
Onder de geleverde goederen die Defensie niet vervangt, vallen onder meer de Bofors 40L70 luchtdoelkanonnen. Het gaat om ouder materieel dat Defensie niet meer gebruikt.
Een uitgebreid overzicht van de geleverde militaire steun is op deze pagina terug te vinden. De openbare lijst is niet uitputtend. Er ontbreekt informatie die vanwege operationele- of nationale veiligheidsoverwegingen niet openbaar wordt gemaakt.
Nederland draagt verder bijna € 600 miljoen bij via andere initiatieven. Denk hierbij aan commerciële leveringen en fondsen.
Effecten krijgsmacht
De leveringen van materieel hebben een effect op de gereedheid van de Nederlandse strijdkrachten. De gevolgen daarvoor worden onder de huidige omstandigheden nog steeds als acceptabel beoordeeld. Er is bijvoorbeeld sprake van een vertragend effect op verwervingsprojecten. Defensie hoopt die te verzachten door onder meer aankoop van vervangend materieel te versnellen. De prijzen stijgen echter snel doordat de markt voor defensiematerieel onder druk staat.
Europese Vredesfaciliteit
Vanuit de Europese Vredesfaciliteit (European Peace Facility – EPF) is momenteel € 3,5 miljard beschikbaar gesteld. Dit bedrag dient als compensatie voor leveringen van militair materieel van EU-landen aan Oekraïne. Nederland heeft per 18 juli € 791 miljoen gedeclareerd. Ruim € 242 miljoen is al gecompenseerd. Niet alle declaraties worden uitbetaald.
Nederland stuurde onder meer brugleggende Leopard 1-tanks. Op de foto een Duits exemplaar.
Defensie weerbaarder tegen dronedreiging met nieuwe systemen
Defensie krijgt capaciteit voor de bestrijding van zogeheten unmanned aerial systems (UAS). De nieuwe systemen moeten vooral bescherming bieden tegen kleine drones tot 20 kilo. Het contract met fabrikant Elbit Systems is 16 augustus door Defensie getekend.
De systemen worden ingezet op alle Nederlandse vliegbases en de marinehaven in Den Helder. Verder krijgt de speciale counterdrone-eenheid van de landmacht ze.
Een systeem bestaat uit speciale sensoren om UAS te detecteren, classificeren en identificeren. Daarnaast beschikt het over middelen om een drone op verschillende ‘soft-kill’ manieren te neutraliseren of onschadelijk te maken. Denk hierbij aan jamming.
Dreiging neemt toe
Het gebruik en de dreiging van drones neemt wereldwijd steeds meer toe. Het is daarom noodzakelijk om de counter-UAS capaciteit verder uit te bouwen. Op het gebied van bestrijding van grotere UAS heeft Defensie al verschillende luchtverdedigingssystemen als de Patriots en Stingers.
Voor de drones tot maximaal 20 kilo was Defensie al geruime tijd op zoek naar de juiste capaciteit. Die is nu gevonden bij het Israëlische Elbit Systems. De counter-UAS systemen helpen de eenheden en hoofdwapensystemen van de krijgsmacht te verdedigen tegen vijandelijke acties. Ook kunnen ze worden ingezet ter bescherming van vitale niet-militaire infrastructuur en processen in Nederland.
Rijksoverheid zet in op meer hergebruik en verwerking van kleding
Biga Groep gaat meer kleding sorteren voor de Rijksoverheid. Ook nemen er, naast Defensie, meer rijkspartijen deel aan de opdracht voor het sociaal werkbedrijf. Dit is op 22 augustus in Zeist vastgelegd in een zes jaar durende samenwerkingsovereenkomst. Staatssecretaris Christophe van der Maat en directeur Biga Groep Erik van der Veen plaatsten er hun handtekening onder. De overeenkomst bevat de optie voor vier jaar verlenging.
Vanuit de Rijksdoelstellingen voor social return nodigde Defensie voor deze aanbesteding alleen sociale werkbedrijven uit. Mensen die niet zelfstandig een plek vinden of houden op de arbeidsmarkt, worden hiermee aan werk geholpen. Biga Groep won de aanbesteding.
Maximaal hergebruik en recycling
De medewerkers van Biga Groep sorteren bedrijfskleding en uitrustingsstukken voor maximaal hergebruik en recycling. Per jaar gaat het om anderhalf miljoen artikelen. Met dit nieuwe contract worden de goederen van onder meer Defensie, de Belastingdienst, de Douane, Rijkswaterstaat en Staatsbosbeheer verwerkt.
Van der Maat: “Een paar jaar terug werd er voor € 500.000 aan oude kleding verbrand. Dankzij Biga Groep krijgt het overgrote deel nu een nieuwe bestemming. Dat betekent: minder vernietigen, meer retour en minder veiligheidsrisico’s, want de uniformen komen niet in verkeerde handen.”
Het team dat de items sorteert telt 120 medewerkers. Zij hebben met deze opdracht een betaalde baan en bepalen welke bestemming iets krijgt. Een gedeelte gaat voor hergebruik terug naar de deelnemende rijkspartijen. Een ander deel wordt ontdaan van kenmerken, zoals logo’s, en wordt verkocht via Domeinen Roerende Zaken.
Nieuwe sokken en wandpanelen
Voor maximaal hergebruik wordt ook een deel verwerkt tot onder meer nieuwe kledingstukken. Zo veranderen oude polo’s en gevechtspakken in bijvoorbeeld nieuwe sokken en T-shirts voor militairen. Of er worden andere artikelen van gemaakt, zoals wandpanelen voor rijksgebouwen.
De overheid geeft met deze opdracht invulling aan haar duurzaamheidsdoelstelling om uiteindelijk volledig circulair te worden.
Zelensky krijgt in Nederland toezegging voor F-16’s en voortdurende steun
Oekraïne krijgt F-16’s van Nederland. Dat liet premier Mark Rutte 20 augustus aan president Volodymyr Zelensky weten. De Oekraïense president landde die dag op Vliegbasis Eindhoven voor een bliksembezoek aan Nederland. Rutte en de ministers Kajsa Ollongren (Defensie) en Wopke Hoekstra (Buitenlandse Zaken) ontvingen hem op de militaire locatie. Hier bleef Zelensky enkele uren waarna hij het land weer verliet.
Rutte noemde de oorlog op Oekraïens grondgebied niet alleen hun strijd. “Het zijn ook onze waarden die op het spel staan. Dat gevoel wordt breed gedeeld. Niet voor niets is er grote internationale steun voor Oekraïne.”
Afgelopen mei was Zelensky ook in Nederland. Toen werd hem al gemeld dat Nederland Oekraïense militairen wilde trainen om F-16’s te kunnen inzetten. Rutte: “Maar zoals iedereen begrijpt: zonder de beschikbaarheid van F-16’s, mist training ieder doel. Met andere woorden: Training means delivery.”
Om hoeveel toestellen het gaat en wanneer ze beschikbaar worden gesteld, is niet bekendgemaakt. Voordat Nederland F-16’s aan Oekraïne gaat leveren, dient eerst aan een aantal randvoorwaarden te zijn voldaan. Zo moet bijvoorbeeld de infrastructuur op Oekraïense vliegvelden geschikt worden gemaakt. Ook is het noodzakelijk dat er voldoende Oekraïners zijn opgeleid om met de F-16 te opereren.
'Logische en cruciale stap'
Niet alleen Rutte gaf opnieuw het duidelijke signaal richting Rusland dat Nederland Oekraïne blijft helpen. Dat gold zeker ook voor Ollongren. “Zo lang als nodig verdient Oekraïne onze steun. Dat vliegers van dat land in de toekomst onze F-16’s inzetten, is daarbij een logische en cruciale stap. Oekraïne geeft niet op, wij ook niet.”