Tekst Jack Oosthoek
Foto Collectie Niels Woudstra

NLDA-kolonel als troepencommandant in Mali

opuitzending
Foto boven: Woudstra reikt een certificaat uit aan de rector van een Malinese school die een week heeft samengewerkt met Minusma.


Deze rubriek gaat over een militair of burger van het Commando DienstenCentra die naar het buitenland is of was uitgezonden, of daarvoor op de nominatie staat. Kapitein-ter-zee Niels Woudstra is in Nederland universitair hoofddocent Maritieme Strategie aan de Nederlandse Defensieacademie. In Mali voerde hij de Nederlandse troepen van het Minusma-contingent aan. Totaal ander werk waarin de zeeman Woudstra zich echter als een vis in het water voelde.     

"Ik voelde me man met de smeeroliekan"

Contingentscommandant. Woudstra was het van maart tot en met september. Verantwoordelijk en veelzijdig werk waarin het ook om diplomatie draait. Het bureau van Woudstra staat op het Nederlandse Kamp Castor bij de Malinese stad Gao. Zijn portefeuille met werkzaamheden puilt uit. Elke ochtend om 06.30 uur lokale tijd de jongste ontwikkelingen bespreken met de staf van de directeur Operaties van Defensie in Den Haag; contacten onderhouden met burger- en militaire autoriteiten, onder wie de commandant van de Franse militaire operatie Barkhane in Mali en de regiocommandant van het geregelede Malinese leger (FAMA). Gasten ontvangen onder wie vips als minister van Buitenlandse Zaken Bert Koenders. Het is een kolfje naar de hand van de Frans sprekende Woudstra. 

KTZ Woudstra (links) draagt het commando over het Nederlandse Minusma-contingent over aan zijn opvolger, kolonel Dick van Ingen (luchtmacht).

Woudstra: “Als trait d’union waakte ik onder meer over de inzetbaarheid van het Nederlandse personeel (circa 450 man; red.). Tijdens mijn regelmatige rondjes over het kamp investeerde ik veel tijd in het personeel; wilde precies weten wat er speelde. Het was mij er niet primair om te doen om mensen aan te sturen. Vooral de oudere militair is professioneel genoeg om te weten wat hij moet doen. Ik zocht het onder meer in coachen van vooral jonge militairen en, als dat nodig was, in bemiddelen. Bijvoorbeeld bij een verschil van inzicht. Ik voelde me de olieman; de man met de smeeroliekan.”

Nederlandse militairen van de Minusma-missie helpen mee om wachtposten rond de stad Gao te versterken.

“Als je in Mali de poort uitgaat, moet je constant bedacht zijn op bermbommen, mijnen en hinderlagen”

Danslessen

Woudstra typeert de sfeer op Kamp Castor als kameraadschappelijk. Hij schrijft dat onder meer toe aan de sociale activiteiten die worden georganiseerd, zoals de cursus Frans en de danslessen. Ook de interne krant de Maliënkolder is een hit. Verder werken de militairen van de verschillende krijgsmachtdelen goed samen, precies zoals dat hoort, vertelt Woudstra. “Overigens is het belangrijk om daarbij je eigen identiteit te bewaren”, benadrukt hij. “Een marineman blijft een marineman. Samenwerken is altijd goed, maar moet wel synergie opleveren (teamwerk; red.). Maak niet de fout te denken dat samenwerken per definitie synergie oplevert. Je moet vooraf eerst nagaan in hoeverre dat een kans van slagen heeft.” 

Ook de samenwerking met de Malinezen verloopt vlot, weet Woudstra. Ze doen graag zaken met de militairen uit Nederland. “Maar wij helpen de bevolking dan ook met allerlei projecten vooruit.” Bijvoorbeeld de commandant van het Malinese leger waardeert het dat de Nederlanders hem helpen om wachtposten rond Gao te versterken en dat ze bereid zijn om hem te leren hoe het militaire inlichtingenproces werkt. Ook kan hij door de inzet van Hollandse Chinook-helikopters snel zijn regimenten in de woestijn bezoeken. “Door de samenwerking met ons voelde de man zich sterker”, zegt Woudstra.

In Mali wemelt het van de strijdgroepen die allemaal hun eigen belangen hebben.

“Ik wilde constant weten wat er speelde”

Heel diffuus

De zeeofficier zegt zich in het instabiele Mali geen moment onveilig te hebben gevoeld. De Nederlanders krijgen aanvallen te verduren, maar het dreigingsniveau ligt er lager dan in Afghanistan. “Maar als je de poort uitgaat, moet je constant bedacht zijn op bermbommen, mijnen en hinderlagen.”
Het typeert de toestand in Mali die zich volgens Woudstra het beste als ‘heel diffuus’ laat omschrijven. “Met zijn territoriale, politieke en etnische belangen en tegenstellingen is het land een wespennest. Alle groeperingen hebben hun eigen aspiraties. Verder zijn er terroristen actief, de (vaak illegale) handelsbelangen zijn groot. Dat loopt allemaal dwars door elkaar heen. Moeilijk om daar een vinger achter te krijgen. De toekomst van het land is moeilijk te voorspellen. Maar ik had deze uitzending niet willen missen. Kijk, als docent richt ik me op de theorie en werk ik in een academische omgeving. In Mali gaf ik leiding aan een grote groep mensen in een operationele omgeving, nota bene de woestijn. Voor een zeeofficier als ik een totaal nieuwe en geweldige ervaring.”  

Woudstra (midden) in overleg met de commandant van het Malinese leger (rechts).

De belangrijkste doelstellingen van Minusma

  • De belangrijkste bevolkingscentra stabiliseren en meewerken aan de uitbreiding van het staatsgezag over heel het land.
  • De bevolking en VN-personeel beschermen.
  • De mensenrechten bevorderen. 
  • Levering van noodhulp ondersteunen. 
  • Het cultureel erfgoed van Mali helpen beschermen. 
  • Inspanningen ondersteunen om oorlogsmisdadigers voor de rechter te brengen (bron: Defensie.nl).