Tekst eerste luitenant Wouter Helders
Foto Valerie Kuypers Video: Leandro Bistolfi

“Stilstaan is je enige redding”

“Halt, bewaking. Staan blijven!” galmt het over het weiland. Geen reactie. “Halt, bewaking. Stáán blijven of ik stuur de hond”, klinkt het nogmaals. De man negeert de waarschuwingen en loopt door, met in zijn rechterhand een stok. Op het commando ‘stellen’ van de hondengeleider, vliegt de Mechelse herder met een slordige 50 kilometer per uur op de ‘indringer’ af. Hoe Defensie, wanneer het echt niet meer anders kan, zijn tanden op deze manier laat zien. 

x

“Mensen zijn banger voor honden dan voor wapens”

De man probeert het beest met een stokslag te verjagen, maar dat heeft geen zin. Zijn arm verdwijnt in de opengesperde hondenbek. De ‘vliegende tackle’ van het beest maait hem onderuit. Op een afstand kijkt hondentrainer sergeant-majoor Martin van Kessel tevreden toe hoe de hond de commando’s van zijn trainer opvolgt en de ‘indringer’ loslaat. Als beloning krijgt hij een balletje. “Een hond is een beheersbaar ‘wapen’”, vertelt Van Kessel. “Als geleider bepaal jij wat de hond doet en haal jij de ‘trekker’ over. Daarom is het essentieel om hem grondig te trainen. Een goed geoefende hond en begeleider vormen een perfect middel om de ‘te beschermen belangen’ van Defensie, zoals een kazerne, te beveiligen. Honden schrikken immers af. Mensen zijn banger voor hen dan voor wapens. Het is vaak al genoeg om een grommende, grote hond met ontblote tanden te tonen.” 

x
DBBO-honden moeten verdachten kunnen signaleren en stoppen, feilloos luisteren naar commando’s en ‘schotvast’ zijn. Dat betekent dat ze niet bang mogen zijn voor het geluid van schoten. Verder moeten ze voorwerpen kunnen zoeken en hindernissen nemen. Bij de DBBO werken circa 90 honden (en geleiders).

“Als geleider bepaal jij wat de hond doet en haal jij de ‘trekker’ over”

x

Pijnlijk

De ‘indringer’, in werkelijkheid een hondengeleider in beschermingspak, krabbelt overeind en maakt zich op voor de volgende oefenaanval. Van Kessel: “Honden bijten hard, zo’n 200 kg kaakdruk per vierkante centimeter. Zelfs met de bescherming van het bijtpak kan dit soms pijnlijk zijn. Maar ook de ‘pakwerkers’ zijn goed opgeleid en hebben de ervaring en de techniek om met honden te werken.”

Toch gaat het soms mis. Van Kessel, zelf met een kleine 20 jaar in het vak een oude rot, toont de littekens die over zijn hand en onderarm lopen. “Tijdens een oefening gleed de hond uit over nat gras en hapte in plaats van in het pak, in mijn hand. Kostte me 7 maanden revalideren.” Ook het lichaam van de pakwerker vertoont blauwe plekken. Toch is de kans op een ongeluk in het verkeer volgens Van Kessel vele malen groter dan een bijtincident. 

x
Als een hond rond de 8 of 9 jaar is, gaat hij meestal met pensioen. Soms gaat hij dan bij zijn oude geleider wonen. Kan dat niet, dan wordt er gezocht naar een adres waar hij zijn oude dag wel kan slijten.

“Honden bijten hard, zo’n 200 kg kaakdruk per vierkante centimeter”

Prima bruikbaar

Behalve dat honden en hun geleiders ‘te beschermen belangen’ beveiligen, lopen ze ook patrouilles en stoppen indringers. Daarnaast zijn de beesten prima bruikbaar om gezag te herstellen, bijvoorbeeld bij ordeverstoringen. Zoals gezegd kunnen ze mensen schrik aanjagen. Ook kunnen ze die, evenals voorwerpen, opsporen en gaan ze mee op vredesmissie. Van Kessel. “Voordat ik als trainer bij DBBO kwam, werkte ik met een explosievenspeurhond, Chuck. Met hem was ik 5 maanden in Afghanistan. Tijdens een operatie vond hij in een weiland een begraven wapendepot met onder andere munitie, Kalasjnikovs en raketwerpers. Toen was ik echt beretrots.” 

x
Nederland heeft volgens Van Kessel een grote ‘hondensport-scene’. De kwaliteit van de dieren is hoog, de reputatie goed, weet hij. “Niet voor niets is Nederland een van de grootste exporteurs van ‘politiehonden’ ter wereld”, aldus Van Kessel.

“Honden gaan er altijd vol voor. Ren nooit voor ze weg”

Lef hebben

Het kost best veel moeite om voor Defensie geschikte bewakingshonden te vinden, vervolgt Van Kessel. De spoeling is dun, terwijl er alleen dit jaar al 30 DBBO-honden met ‘Functioneel Leeftijdsontslag’ (FLO) gingen. Van Kessel informeert regelmatig bij hondensportverenigingen of daar nog kwaliteit te koop is. “Vooral ‘herderachtigen’, de Mechelse -, Hollandse- of Duitse herder, lenen zich goed als diensthond”, weet hij. “Geslacht maakt niet uit. Het gaat om fysieke en karaktereigenschappen. Honden moeten lef hebben en tegen een stootje kunnen.” 

x
Sergeant-majoor Martin van Kessel (links), met naast hem een hondengeleider. Iedere hond heeft een vaste begeleider. Na de dagelijkse dienst (dag, avond of nacht) verblijven de dieren in de kennel op de kazerne of in een hondenpension in de buurt.
x

Is een hond geselecteerd, dan haalt hij eerst het Politiehond 1-certificaat. Daarin worden hem basisvaardigheden bijgebracht, waarna Defensie hem ‘inlijft’. De rest wordt hem tijdens trainingen en ‘on the job’ geleerd. “Het is voor honden één groot spel”, legt Van Kessel uit. “Ze maken geen onderscheid tussen het echte werk en de dagelijkse training. Ze gaan er áltijd vol voor. Ren nooit voor ze weg. Als een verdachte stil staat, hebben ze geleerd om niet te bijten; als hij beweegt juist wel. Stilstaan is dan je enige redding.”